Algemeen
Gezin met 3 kleine kinderen gedwongen hun woning te verlaten: “Dit is onacceptabel”
Een gezin met drie jonge kinderen, waaronder een baby van vijf maanden, wordt gedwongen hun huidige woning te verlaten door woningcorporatie Talis. De reden? Ze verblijven in een seniorenflat, en dit heeft tot een nijpende situatie geleid. Vader Arie staat voor een onmogelijke uitdaging en vreest dakloos te worden.

Gezin in een Seniorenflat
Dit gezin woont momenteel in seniorenflat De Meiberg, een
woonomgeving waar voornamelijk oudere bewoners met scootmobielen de
sfeer bepalen, en de gangen worden gedomineerd door rollators.
Echter, voor één van de appartementen staan kinderfietsen, want
hier wonen Arie (61), Naomi (30), Nathan (5), Jesse (2), en de
pasgeboren Tamara van vijf maanden.

Het gezin woont in een tweekamerappartement, met slechts één
slaapkamer waar alle bedden in zijn gepropt. Het is een krappe
ruimte, maar Arie klaagt niet. Hij vertelt ons: “We zijn hier heel
tevreden. De kinderen vinden het erg knus.” Hij benadrukt dat alle
bewoners de aanwezigheid van de jonge kinderen waarderen. “Ze
fleuren ervan op en willen de baby graag even aanraken. Je kunt aan
hun gezichten zien dat het hen goed doet.”

Echter, hier ligt het probleem. Het is simpelweg niet toegestaan
om met een gezin in dit seniorencomplex te wonen. Woningcorporatie
Talis wil dat het gezin vertrekt, maar gezien de huidige krapte op
de woningmarkt lijkt dit een vrijwel onmogelijke opgave.
Particuliere huur is financieel niet haalbaar voor de familie, en
voor een sociale huurwoning bedraagt de wachtlijst maar liefst 13
jaar, terwijl hun verzoek om urgentie keihard is afgewezen. Dit is
verre van gunstig nieuws.

Zwangerschap en Keuzes
Maar hoe is Arie eigenlijk in deze woning terechtgekomen? Na zijn
scheiding van zijn ex-vrouw woonde hij tijdelijk bij zijn broer in
Cuijk.

Arie werkte als leraar Nederlands in de Randstad en ging af en
toe naar Suriname om op adem te komen. Daar ontmoette hij Naomi,
ook een lerares Nederlands, en ze werden halsoverkop verliefd,
trouwden, en kregen samen een kind.

Toen zijn broer een relatie kreeg, moest Arie vertrekken. Omdat
hij geen betaalbare sociale huurwoning kon vinden, besloot hij in
Nederland te blijven werken en af en toe naar Suriname te gaan, in
afwachting van een geschikte woning. Hij stemde in met een woning
in het seniorencomplex, op voorwaarde dat hij daar zonder zijn
gezin zou wonen.

Maar het liep anders. Kort nadat hij terugkeerde naar Nederland,
raakte Naomi onverwacht zwanger. Arie achtte het onverantwoord om
zijn vrouw met twee jonge kinderen in Suriname achter te laten.

Hij stond voor een onmogelijke keuze: “Moest ik naar Suriname
gaan, naar mijn gezin, mijn baan opzeggen, en mijn collega’s en
leerlingen in de steek laten? Of moest ik mijn gezin tegen de
afspraak in naar Nederland laten komen om bij mij te zijn? Ik zat
met de rug tegen de muur.”

Geen Alternatief
Arie koos voor het laatste: “Ik had geen andere optie. We hadden al
besloten dat zij naar Nederland zouden komen, zeker gezien de
gezondheidsproblemen van ons zoontje.”

“De gezondheidszorg in Suriname is onvoldoende. Het gaat
economisch niet goed en als leraar verdien je er weinig. Je kunt er
geen gezin onderhouden.”

Daarom wil Arie niet emigreren. Hij is Nederlander, en zijn
kinderen hebben ook de Nederlandse nationaliteit. Ze hebben het
recht om hier te wonen.

Naomi moet nog een jaar studeren om haar diploma hier erkend te
krijgen. Pas daarna, met twee inkomens, zullen ze in staat zijn om
iets duurders te huren of te kopen. Maar dat zal komend jaar nog
niet haalbaar zijn.

Afwijzing van Urgentieaanvraag
Arie heeft geprobeerd om urgentie te verkrijgen, maar dit is
afgewezen omdat de commissie van mening is dat zijn woonprobleem is
ontstaan door ‘verwijtbaar gedrag’.

Hij heeft beroep aangetekend, maar de uitkomst daarvan is nog
onbekend. Als hij het beroep verliest, vreest hij dat Talis snel
wil dat het gezin vertrekt, en dan staan ze op straat.

Talis, de woningcorporatie, geeft aan dat ze willen voorkomen
dat het zover komt. Ze zeggen in gesprek te zijn en te zoeken naar
een passende oplossing. Echter, gezien het gebrek aan beschikbare
woningen lijkt dit een uitdagende taak. Toch blijft de corporatie
zich inspannen om te voorkomen dat het gezin dakloos wordt. Een van
de opties die wordt overwogen, is woningruil. Dit zou een mogelijke
uitweg kunnen bieden, waarbij senioren die in grotere woningen
verblijven en naar De Meiberg willen verhuizen, mogelijk kunnen
ruilen met Arie, hoewel zijn appartement al geruime tijd op de
lijst staat zonder succes.

Algemeen
Studies tonen aan dat mensen met deze bloedgroep een grotere kans hebben om 100 jaar te worden

Hoe bloedwaarden voorspellen wie 100 jaar kan worden: nieuw onderzoek onthult 10 opvallende biomarkers
Dat sommige mensen zonder veel moeite de leeftijd van 100 jaar bereiken terwijl anderen eerder wegvallen, blijft een van de grootste mysteries in de medische wetenschap. Toch komen onderzoekers langzaam dichterbij een antwoord. Een grootschalig Zweeds onderzoek heeft nu tien specifieke bloedmarkers ontdekt die opmerkelijk nauwkeurig voorspellen welke mensen de grootste kans hebben om extreem oud te worden. Het gaat niet om exotische tests of genetische analyses, maar om simpele bloedwaarden die veel mensen al vanaf hun middelbare leeftijd laten controleren.

De groei van een bijzondere leeftijdsgroep
Honderdjarigen werden vroeger gezien als levende wonderen: uitzonderingen die je maar zelden tegenkwam. Maar dat beeld verandert razendsnel. Sinds de jaren ’70 is het aantal honderdjarigen wereldwijd meer dan verdubbeld. Betere gezondheidszorg, veiliger werk, medicijnen én algemeen bewustzijn over voeding en beweging spelen daarbij een rol. Maar zelfs met al deze factoren blijft één vraag hangen: wat onderscheidt de mensen die het écht tot 100 schoppen?
Een team wetenschappers uit Zweden besloot precies dat uit te zoeken – niet door te kijken naar hun levensstijl, maar door letterlijk hun bloedwaarden te volgen over meerdere decennia.

Het grootste onderzoek naar lange levensduur tot nu toe
De studie betrof maar liefst 44.637 inwoners van Stockholm, allemaal geboren tussen 1893 en 1920. Tussen 1985 en 1996 onderging deze hele groep routinematige bloedtesten. Vervolgens werden ze tot 35 jaar lang gevolgd via nationale gezondheidsregisters. Het ging om mensen die op het moment van bloedafname tussen de 64 en 99 jaar oud waren.
Uiteindelijk bereikten 1.224 van hen de leeftijd van 100 jaar – opvallend genoeg was ruim 84 procent daarvan vrouw, helemaal in lijn met de bekende statistiek dat vrouwen gemiddeld langer leven dan mannen.
De grote vraag was:
zaten er in de bloedwaarden
van deze mensen aanwijzingen die al decennia eerder konden
voorspellen wie de magische grens van 100 zou
halen?
Het antwoord: ja, en
verrassend duidelijk ook.

De 10 bloedmarkers die de grootste rol spelen
De onderzoekers analyseerden twaalf standaard bloedwaarden, waarvan tien uiteindelijk sterke voorspellers bleken voor levensduur. Het ging onder andere om:
-
Glucose (suikerspiegel)
-
Creatinine (nierfunctie)
-
Urinezuur
-
Leverwaarden zoals GGT, ALP, ASAT en LDH
-
Cholesterol
-
Albumine (voedingsstatus)
-
IJzer en TIBC (ijzerbindende capaciteit)

Wat bleek?
Extreme waarden – zowel te hoog als te laag – verminderden de kans om 100 te worden. Maar meer specifiek viel iets opmerkelijks op: bijna alle 100-plussers hadden al rond hun 60e of 70e levensjaar tamelijk stabiele en gemiddelde waarden. Geen uitschieters, geen zorgwekkende verhogingen, maar rustige, consistente bloedwaardes.
Lage glucose, creatinine en urinezuur
Onderzoeker Karin Modig verwoordde het als volgt:
“Honderdjarigen hadden al vanaf hun zestigste beduidend lagere glucose-, creatinine- en urinezuurwaarden dan leeftijdsgenoten die vroeger 0verleden.”
Zo bleek bijvoorbeeld dat bijna geen enkele honderdjarige rond zijn/haar 60e een glucosewaarde boven de 6,5 mmol/l had gehad. Ook creatininewaarden boven de 125 kwamen onder de honderdjarigen nauwelijks voor.
Ook lever- en ontstekingswaarden voorspelden veel
Lagere waarden van ASAT, LDH, ALP, GGT en TIBC bleken eveneens samen te hangen met een langere levensduur. Dat duidt op:
-
een minder zwaarbelaste lever
-
lagere ontstekingsactiviteit
-
een metabolisme dat minder stress ervaart
Een verrassende wending: cholesterol
Misschien wel de meest opvallende uitkomst van het onderzoek is dat een hoger totaal cholesterolgehalte geassocieerd bleek met een grotere kans om 100 jaar oud te worden.
Dat statement botst frontaal met moderne richtlijnen, waarin juist vaak wordt gestreefd naar lage cholesterolwaarden. Maar deze bevinding sluit wél aan bij eerdere studies die aantonen dat bij zeer oude mensen een te laag cholesterol juist risicovol kan zijn, bijvoorbeeld doordat het kan wijzen op ondervoeding of chronische z!ekte.
Het sleutelwoord is dus opnieuw: balans, en vooral géén extreme waarden.
IJzer werkt hetzelfde: te laag is probleem, niet te hoog
Ook ijzerwaarden lieten een duidelijke trend zien: mensen met te lage ijzerwaarden bleken een veel kleinere kans te hebben om 100 te worden. Een te hoog ijzergehalte kan óók risico’s opleveren, maar extreem lage waarden bleken in deze studie een belangrijke voorspeller van sterfte op latere leeftijd.

Gaat dit over genen of levensstijl?
De grote vraag is natuurlijk wat deze biomarkers zeggen over oorzaken. Want bloedwaarden op zichzelf vertellen nog niet waarom ze goed of slecht zijn.
Volgens Modig:
“We kunnen niet exact zeggen welke levensstijl of genetische factoren zorgen voor deze bloedwaardes, maar voeding, alcoholgebruik en algemene metabole gezondheid spelen waarschijnlijk een grote rol.”
Ook onderstreept ze dat geluk – toevallige afwezigheid van ernstige z!ektes – altijd een factor blijft in extreme ouderdom.
Maar één ding is zeker: de verschillen zagen de onderzoekers al tientallen jaren vóór 0verlijden. Dat wijst erop dat zowel leefstijl als erfelijke aanleg een langdurige invloed heeft.

Wat kunt u zelf met deze informatie?
De studie is géén handleiding om meteen allerlei bloedwaarden te proberen te verlagen of verhogen. De belangrijkste lessen zijn veel subtieler – en vooral veel realistischer.
Hier zijn de rode lijnen:
1. Het gaat om stabiele, gemiddelde waarden
De honderdjarigen bleken geen “perfecte” bloedwaarden te hebben, maar vooral:
-
niet te hoog
-
niet te laag
-
nauwelijks schommelingen
Een rustige metabole gezondheid blijkt goud waard.
2. Een gezonde bloedsuikerspiegel is cruciaal
Hier is geen discussie over: lagere, stabiele glucosewaarden geven een grotere kans op een lang leven.
3. Let op nierfunctie en ontstekingswaarden
Creatinine en urinezuur lijken veel te zeggen over de algemene gezondheid op de lange termijn. Lage, stabiele waarden waren een duidelijke voorspeller.
4. Extreme diëten die cholesterol té laag maken zijn mogelijk niet gunstig
Cholesterol blijft complex, maar té laag is zeker niet altijd beter.
5. Houd uw lever gezond
Lage ALP, GGT en ASAT stonden vrijwel altijd gelijk aan een langere levensduur.
6. IJzer moet in balans zijn
Vooral een tekort op oudere leeftijd bleek nadelig.

Simpel gezegd: je hoeft niet perfect te zijn, maar je moet in balans blijven
Gezond eten, voldoende bewegen, goede slaap, matigheid met alcohol en regelmatige check-ups bij de huisarts liggen dus volkomen in lijn met de bloedwaardes van de honderdjarigen. Ze leefden niet extreem streng, maar wel consequent gezond.
Daarbij geldt: hoe eerder in het leven de bloedwaarden binnen een gezond bereik vallen, hoe gunstiger de voorspelling.

Denkt u na over uw eigen gezondheid?
Deze studie laat zien dat de basis van een lang leven, deels al vanaf middelbare leeftijd zichtbaar wordt. Niet als garantie, maar als richtingaanwijzer. Routinecontroles kunnen helpen trends in bloedwaarden vroeg op te merken, zodat u tijdig bij kunt sturen.
Of het nu gaat om bewegen, gezonde voeding, minder stress of simpelweg beter slapen: elke kleine verbetering telt mee voor de lange termijn.