Algemeen
MAFS-koppel Mariska en Peter verrassen tijdens het eindgesprek met emotionele onthulling
Liefde op latere leeftijd: Mariska en Peter vinden elkaar bij Married at First Sight
Na weken vol kennismaking, verdieping en verrassende wendingen is het moment eindelijk daar voor Mariska (55) en Peter (51) uit Married at First Sight. Tijdens het eindgesprek met de experts kijken ze terug op hun gezamenlijke avontuur. Wat begon als een spannend experiment met onbekende uitkomst, lijkt zich te hebben ontwikkeld tot een bijzondere band die dieper gaat dan alleen televisie.
In een seizoen waarin niet elk koppel standhield, is de verbinding tussen Mariska en Peter een lichtpunt. Hun verhaal laat zien dat echte liefde zich niet aan leeftijd houdt, maar groeit vanuit wederzijds respect, oprechte interesse en emotionele beschikbaarheid.
Een liefde die als thuiskomen voelt
Vanaf het eerste moment dat Mariska en Peter elkaar ontmoetten, was er iets wat opviel: rust. Geen vonken die oversloegen in een spektakel van emoties, maar een kalm vertrouwen en natuurlijke klik. Tijdens het eindgesprek omschrijft Mariska die ontmoeting als “een gevoel van thuiskomen”. Haar woorden worden beaamd door Peter, die haar blik steeds met warmte en zachtheid beantwoordt.
“Ik heb geen moment getwijfeld aan hem,” vertelt Mariska. “Hij voelt aan als iemand die echt naast me staat. Niet boven me, niet achter me, maar naast me.” Het is een uitspraak die veel kijkers zal raken, juist omdat het zo’n kernachtige weergave is van wat een gezonde relatie zou moeten zijn.
Elkaar de ruimte geven
Wat dit stel zo bijzonder maakt, is dat ze elkaar vanaf het begin in hun waarde laten. Volgens expert Eveline is dat de sleutel tot hun succes. “Wat zij zo goed doen,” zegt ze, “is dat ze niet proberen de ander te veranderen. Ze zijn zichzelf en laten de ander dat ook zijn.”
In een programma waarin de koppels in korte tijd veel van elkaar moeten leren, is dat zeldzaam. Mariska en Peter hebben geen moment van ruzie gekend, maar vooral veel met elkaar gepraat. Niet om conflicten te vermijden, maar om elkaar echt te begrijpen. Die basis van openheid en vertrouwen is wat de experts het meest prijzenswaardig vinden.
Sterke communicatie als fundament
Tijdens het eindgesprek wordt duidelijk dat Peter en Mariska beschikken over iets wat veel relaties vaak pas na jaren opbouwen: goede communicatie. Ze luisteren naar elkaar, geven ruimte voor emoties en durven ook onderwerpen aan te snijden die gevoelig liggen.
De experts zien hierin een gezonde basis voor de toekomst. “Het is natuurlijk niet realistisch om te denken dat er nooit meningsverschillen zullen zijn,” zegt psycholoog Anne. “Maar hoe zij nu al omgaan met moeilijke gesprekken, geeft vertrouwen.”
Die volwassen benadering spreekt ook de kijkers aan. In online reacties wordt het koppel veelvuldig geprezen voor hun kalmte, respect en relativeringsvermogen.
Achter de schermen: een ontmoeting die hoop geeft
Een bijzonder moment in het gesprek ontstaat wanneer het gaat over Peters dochter. Eerder in het seizoen werd duidelijk dat zij niet wilde deelnemen aan het programma en moeite had met het idee dat haar vader op televisie zou trouwen met een onbekende vrouw.
Toch vond er buiten beeld een belangrijke ontwikkeling plaats. Peter vertelt dat zijn dochter uiteindelijk toch nieuwsgierig werd naar Mariska. Er volgde een ontmoeting — niet voor de camera, maar in alle rust. En die ontmoeting verliep boven verwachting goed.
“Ze was benieuwd met wie ik het zo leuk heb,” zegt Peter met een glimlach. Mariska vult aan: “Ik voelde me welkom. Het was een warme kennismaking en ik hoop dat we in de toekomst verder kunnen bouwen aan een band.”
Deze stap is niet alleen betekenisvol voor hun relatie, maar ook voor hun blended toekomst als gezin. Het geeft het stel een extra laag van verbinding die buiten het experiment verder kan groeien.
Een duidelijke keuze: “Wij blijven getrouwd”
Na alle gesprekken, ervaringen en inzichten volgt de belangrijkste vraag van het seizoen: blijven Mariska en Peter getrouwd? De twee hoeven niet lang na te denken. Met een liefdevolle blik naar elkaar uit te wisselen, zeggen ze resoluut: ja.
“Het voelt als een begin,” zegt Mariska. “Niet als een einde.” Peter knikt. “We zijn er nog lang niet, maar we zijn samen. En dat is wat telt.”
Met die uitspraak sluiten ze hun deelname aan Married at First Sight af – maar hun gezamenlijke reis is nog maar net begonnen. De keuze om getrouwd te blijven voelt oprecht, doordacht en gedragen door een gevoel dat zich niet in één woord laat vangen, maar zichtbaar is in hun interactie.
Een koppel dat hoop biedt
Wat dit koppel voor veel kijkers bijzonder maakt, is dat hun verhaal niet draait om drama, conflicten of spektakel. Het gaat over emotionele beschikbaarheid, opnieuw durven vertrouwen en liefde vinden op een moment dat je het misschien niet meer verwacht.
Zowel Mariska als Peter hadden al een verleden achter zich — inclusief verdriet, verlies en onzekerheid. Maar ondanks die bagage zijn ze erin geslaagd om zich open te stellen. En dat levert iets op wat moeilijk te benoemen is, maar gemakkelijk te voelen valt: een verbinding die echt lijkt.
Positieve reacties van kijkers
Op sociale media regent het warme reacties. “Dit is precies hoe liefde eruit kan zien op latere leeftijd,” schrijft een kijker. Een ander zegt: “Eindelijk een koppel dat het programma serieus neemt én elkaar echt waardeert.”
De kijkers waarderen vooral de rust, het wederzijdse respect en de manier waarop Peter en Mariska elkaar door dik en dun blijven ondersteunen. Het is een verademing na eerdere seizoenen waarin sommige relaties onder druk kwamen te staan.
Voorzichtig richting de toekomst
Hoewel de toekomst nooit met zekerheid te voorspellen is, lijkt de fundering tussen Mariska en Peter solide. Ze gaan met elkaar verder, niet als televisiekoppel, maar als partners die elkaar gevonden hebben in een ongebruikelijke setting — en die kans met beide handen hebben aangegrepen.
Het Married at First Sight-avontuur is voor hen misschien begonnen als een sprong in het diepe, maar eindigt als een gedeeld pad dat nog volop te bewandelen is. En dat is misschien wel het mooiste resultaat van allemaal.
Wat vind jij van de band tussen Mariska en Peter? Laat het weten op onze Facebookpagina!
Algemeen
Dit zijn de nieuwe strenge regels voor 2026 met contant geld in huis

Contant geld in huis bewaren is de afgelopen jaren weer onderwerp van gesprek geworden. Waar digitaal betalen lange tijd vanzelfsprekend was, zorgen recente pinstoringen, cyberincidenten en zorgen over digitale kwetsbaarheid ervoor dat steeds meer mensen nadenken over een financiële back-up in contanten. Tegelijkertijd blijft het grootste deel van ons betalingsverkeer digitaal verlopen en lijkt cash voor velen iets van vroeger. Juist dat spanningsveld roept vragen op: hoeveel contant geld mag je eigenlijk thuis bewaren, wat zijn de risico’s en waar moet je rekening mee houden?

Waarom contant geld weer aandacht krijgt
De aanleiding is helder. In de afgelopen jaren hebben meerdere landelijke pinstoringen laten zien hoe afhankelijk we zijn geworden van digitale systemen. Supermarkten waar niet afgerekend kan worden, tankstations die tijdelijk sluiten en betaalautomaten die uitvallen: het zijn situaties die veel mensen aan het denken zetten. Contant geld wordt daardoor weer gezien als een vangnet, iets wat zekerheid biedt als digitale betalingen even niet werken.
Daarnaast speelt ook een breder gevoel van onzekerheid mee. Cyberdreiging, geopolitieke spanningen en zorgen over de stabiliteit van systemen maken dat mensen zich willen voorbereiden op uitzonderlijke situaties. Cash voelt tastbaar en betrouwbaar, omdat het niet afhankelijk is van elektriciteit, netwerken of software.

Is er een wettelijk maximum voor cash thuis?
Een van de meest gestelde vragen is of er een maximum bestaat voor hoeveel contant geld je thuis mag bewaren. Het korte antwoord: nee. In Nederland is er geen wet die bepaalt dat je maar een bepaald bedrag in huis mag hebben. Juridisch gezien mag je elk bedrag aan contanten thuis bewaren, zolang het geld op legale wijze is verkregen.
De verwarring ontstaat vaak door fiscale regels. Die gaan niet over wat je mág bezitten, maar over hoe vermogen wordt belast. Contant geld valt namelijk onder je vermogen en moet worden opgegeven bij de belastingaangifte als je boven bepaalde vrijstellingen uitkomt.

Hoe zit het fiscaal precies?
De Belastingdienst beschouwt contant geld als onderdeel van box 3, samen met spaargeld en beleggingen. Er geldt een aparte vrijstelling voor contanten. Voor 2025 ligt die vrijstelling op 661 euro voor alleenstaanden en 1322 euro voor fiscale partners samen. Bedragen boven deze grens tellen mee als vermogen.
Dat betekent overigens niet automatisch dat je belasting betaalt. Of je daadwerkelijk box 3-belasting verschuldigd bent, hangt af van je totale vermogen en de algemene vrijstelling. Pas als je boven die algemene drempel uitkomt, wordt er belasting geheven over een fictief rendement.
Vanaf 2025 rekent de Belastingdienst voor banktegoeden en contant geld met een fictief rendement van 1,44 procent. Over dat veronderstelde rendement betaal je 36 procent belasting. Het gaat dus niet om belasting over het volledige cashbedrag, maar over een theoretische opbrengst.

Hoeveel kun je eigenlijk pinnen?
Wie contant geld wil aanhouden, moet het natuurlijk eerst opnemen. Ook daar gelden regels. Banken hanteren opname- en daglimieten die per bank en per klant kunnen verschillen. Die limieten zijn bedoeld om fraude, diefstal en witwaspraktijken tegen te gaan.
Standaardlimieten liggen vaak rond enkele honderden euro’s per dag, maar kunnen tijdelijk worden verhoogd als je dat aanvraagt. Bij grotere bedragen is het verstandig om vooraf contact op te nemen met de bank. Zo voorkom je dat opnames worden geweigerd of dat er later vragen ontstaan.
Waarom grote cashopnames aandacht trekken
Grote of frequente contante transacties vallen op. Banken zijn verplicht om ongebruikelijke transacties te monitoren in het kader van anti-witwaswetgeving. Dat betekent niet dat je iets fout doet, maar wel dat je mogelijk vragen krijgt over de herkomst of het doel van het geld.
Wie contant geld opneemt voor een duidelijk doel en dit kan uitleggen, heeft doorgaans niets te vrezen. Bonnetjes bewaren en overzicht houden helpt. Onverklaarbare patronen of chaotisch cashverkeer kan juist extra aandacht opleveren.
De risico’s van geld in huis
Contant geld thuis bewaren klinkt veilig, maar brengt duidelijke risico’s met zich mee. Inbraak is de meest voor de hand liggende. Contant geld is niet traceerbaar en bij diefstal vrijwel altijd definitief verdwenen. Ook brand of waterschade kan ervoor zorgen dat het geld verloren gaat.
Daar komt bij dat inboedelverzekeringen contant geld vaak maar beperkt vergoeden. Veel polissen keren maximaal 250 tot 500 euro uit bij verlies of diefstal van cash. Grotere bedragen zijn meestal niet verzekerd, tenzij daar expliciete afspraken over zijn gemaakt.
Een kluis kan het risico verminderen, maar biedt geen volledige garantie. Verzekeraars stellen vaak eisen aan het type kluis, de verankering en de locatie. Bovendien verandert een kluis niets aan fiscale verplichtingen.
Waarom mensen toch een noodbuffer willen
Ondanks de risico’s kiezen veel mensen toch voor een beperkte hoeveelheid contant geld in huis. De belangrijkste reden is praktische zekerheid. Bij storingen of calamiteiten kun je met cash nog steeds essentiële aankopen doen, zoals boodschappen of brandstof.
Adviesorganen benadrukken al langer dat een bescheiden noodvoorraad verstandig kan zijn. Het gaat daarbij niet om grote bedragen, maar om genoeg geld om enkele dagen te overbruggen. Hoeveel dat is, verschilt per huishouden en leefstijl.
Veelgemaakte misverstanden
Een veelgehoorde gedachte is dat “meer beter is”. In de praktijk geldt vaak het tegenovergestelde. Hoe meer contant geld je bewaart, hoe groter het risico en hoe minder het bijdraagt aan extra veiligheid. Een paar dagen aan basisuitgaven is meestal voldoende.
Ook vergeten mensen soms dat contant geld geen rendement oplevert en bij inflatie zelfs aan waarde verliest. Het is dus geen spaarvorm, maar een noodvoorziening.
Praktische tips voor wie cash bewaart
Wie besluit contant geld in huis te houden, doet er goed aan dit zorgvuldig te doen. Bewaar het op een discrete plek, deel de informatie met zo min mogelijk mensen en leg het niet samen met belangrijke documenten zoals paspoorten. Houd daarnaast administratief bij wanneer en waarom het geld is opgenomen.
Fiscaal gezien is transparantie belangrijk. Geef het bedrag op als het boven de vrijstelling uitkomt. Verzwijgen levert meer risico dan voordeel op.
De nuchtere middenweg
Contant geld is geen wondermiddel en ook geen overblijfsel uit een ver verleden. Het is een hulpmiddel voor uitzonderlijke situaties. Juridisch mag het, fiscaal zijn er duidelijke spelregels en praktisch zijn er risico’s die niet genegeerd mogen worden.
Wie kiest voor een bescheiden, goed opgeborgen noodbuffer en zich houdt aan de regels, combineert rust met realisme. Uiteindelijk draait het niet om de vraag of contant geld goed of slecht is, maar om wat past bij jouw situatie en gevoel van zekerheid.





