Nieuwste
Wielrenners schrikken van een aangelijnd hondje, fietsen het water in en willen geld zien

Twee ongelukkige wielrenners hebben een zaak aangespannen tegen een hondeneigenaar. Een van de fietsers schrok zo erg van een aangelijnde hond dat hij tegen zijn medefietser aanre*d, die daardoor in het water viel. De wielrenners wilden aanzienlijke sch*devergoedingen.
De gebeurtenis vond plaats op 30 januari 2022. De twee fervente
fietsers, beide adv0caten en collega’s, reden op die dag achter
elkaar langs de Amsteldijk.
Aan de overkant van de weg wandelde de eigenaar van de hond
samen met zijn verloofde, die hun aangelijnde hond bij zich hadden.
Een van de wielrenners schrok van de hond en b0tste tegen zijn
medefietser aan, die hierdoor in de Amstel terechtkwam.
De betrokken partijen wisselden contactgegevens uit, maar
vervolgens stuurde een van de advocaten een opmerkelijk verzoek.
Hij eiste dat de eigenaar van de hond zijn verzekeringsinformatie
zou verstrekken.
“Het wiel van mijn cliënt is volledig krom, de voorvork ook, het
stuur en de remmen zijn verbogen, zijn bril ligt nog ergens in
Amsterdam en zijn telefoon ook.
Bij mij is mijn derailleur afgebroken en het carbon is
beschad!gd. Een specialist moet hier echt naar kijken.”
De eigenaar van de hond vond echter dat de twee wielrenners hun
eigen verzekering moesten raadplegen: “Je schrikt van mijn hond,
die strak is aangelijnd, en jouw vriend rijdt achterop jou.”
Op 2 maart stuurde de advocaat het volgende bericht: “Helaas
hebben we geen andere keuze dan aang!fte te doen bij de p0litie en
een formele aansprakelijkstelling te sturen.” De adv0caat gaf aan
dat hij hoopte tot een ‘redelijke regeling’ te komen.
De advocaten claimden beide een sch*devergoeding van 5.200 euro,
althans dat beweerden ze. Ze wilden dit verhalen op de eigenaar van
de hond, die zijn hond niet ‘kort genoeg’ zou hebben
aangelijnd.
De kantonrechter oordeelde deze week echter dat de ene
wielrenner volledig verantwoordelijk was voor de sch*de van beide
fietsers.
De kantonrechter vond ook dat de vordering ‘buiten alle
proporties’ was. De advocaten hadden moeten uitgaan van de
dagwaarde en niet van de kosten van een volledig nieuw frame.
Bovendien uitte de kantonrechter kritiek op de ‘beperkte
bewijsmogelijkheden’ van de twee wielrenners, die in het v0nnis
werden aangeduid als ‘eiser 1’ en ‘eiser 2’.
De fietser die in het water viel, had de hond namelijk helemaal
niet gezien en had daarom geen kennis van de bewegingen van het
dier.
Er was zelfs een getu!ge die alles had waargenomen en verklaarde
dat het onredelijk was om de hond de sch*ld te geven.
Kortom, de twee scherpzinnige wielrenners met een
advocatenachtergrond hebben hun zaak verloren. Ze moeten de
eigenaar van de hond nu zelfs 660 euro aan pr0ceskosten
betalen.
