-

Algemeen

Deze Weermodellen voorspellen een recordkou – “Koudste winter in een eeuw!?”

Avatar foto

Gepubliceerd

op

Krijgen we de strengste winter in honderd jaar? Meteorologen over de vooruitzichten voor 2025/2026

De bladeren dwarrelen weer van de bomen, de dagen worden korter en in de Alpen is zelfs al de eerste sneeuw gevallen. Het zijn de signalen dat de winter dichterbij komt.
Volgens enkele meteorologen zou de komende winter wel eens één van de koudste in een eeuw kunnen worden. Dat vooruitzicht maakt veel Nederlanders nieuwsgierig – en bij schaatsliefhebbers groeit de hoop op natuurijs.

Hoewel het nog om voorspellingen gaat en specialisten waarschuwen voor voorbarige conclusies, is de interesse groot. Verschillende klimatologische factoren wijzen erop dat we mogelijk een bijzonder seizoen tegemoet gaan.


Waarom deze winter zo interessant is

De afgelopen jaren waren de winters in Nederland en West-Europa vaak zacht en nat. Daardoor raakten velen het idee van een echte Hollandse winter een beetje kwijt.
Toch laten de huidige weermodellen zien dat 2025/2026 een ander patroon kan volgen. De samenkomst van luchtdruksystemen, de hoeveelheid sneeuw in Siberië en zelfs de zonneactiviteit lijkt gunstig voor langdurige kou.

Meteorologen benadrukken dat het klimaat complex is: tientallen factoren beïnvloeden elkaar. Maar het feit dat meerdere signalen tegelijk richting kou wijzen, maakt deze verwachting bijzonder.


Jaarlijkse speculaties en impact

Elk najaar barst de discussie los: wordt het een strenge winter of niet? De uitkomst heeft invloed op het dagelijks leven – van hogere energiekosten en verkeersdruk tot kansen voor de toeristische sector.
Skigebieden hopen op een dik pak sneeuw, terwijl transportbedrijven zich voorbereiden op gladheid en vertragingen.
Bij schaatsfans gaat het vooral over de hoop op natuurijs en zelfs een mogelijke Elfstedentocht.

De voorpret en spanning over een échte winter keren elk jaar terug, juist omdat koude winters zeldzaam zijn geworden.


Heeft een warme zomer invloed?

Een populaire theorie stelt dat een warme zomer de kans op een koude winter vergroot. Het idee: gesmolten poolijs en hogere zeewatertemperaturen zouden de luchtstromen veranderen, waardoor koude lucht makkelijker Europa binnenkomt.

Het KNMI nuanceert dat verband: er is geen direct wetenschappelijk bewijs dat warme zomers automatisch leiden tot strengere winters. Wel kunnen warmere oceanen invloed hebben op druksystemen in de winter, maar het is slechts één factor in een veel groter geheel.


Onzichtbare netwerken in de atmosfeer

Weersystemen hangen wereldwijd samen. Meteorologen kijken daarom naar zogeheten teleconnecties: grootschalige patronen die luchtdruk en temperatuur op verschillende continenten verbinden.
Een bekend voorbeeld is de Noord-Atlantische Oscillatie (NAO). Bij een negatieve NAO-fase stroomt koude lucht vanuit het noorden gemakkelijker West-Europa binnen.

Voor de komende winter wijzen sommige modellen op een neutrale tot negatieve NAO, wat de kans op kou in Europa kan vergroten. Dit maakt zulke patronen onmisbaar bij seizoensverwachtingen.


El Niño en La Niña: invloed vanuit de Stille Oceaan

De klimaatverschijnselen El Niño en La Niña spelen ook een rol.

  • El Niño zorgt voor opwarming van het zeewater in de Stille Oceaan, wat vaak mildere en nattere winters in Zuid-Europa geeft.

  • La Niña heeft het tegenovergestelde effect en kan koudere winters in Europa ondersteunen.

In 2025 lijkt de oceaan in een neutrale fase te komen, waardoor andere signalen – zoals luchtdrukpatronen en sneeuwbedekking – mogelijk meer invloed krijgen.


De Indische Oceaan Dipool (IOD)

Minder bekend, maar steeds belangrijker, is de Indian Ocean Dipole (IOD).
Bij een negatieve IOD-fase, zoals nu verwacht, wordt de kans groter dat december kouder begint. Meteorologen spreken dan over een front-loaded winter: streng aan het begin, mogelijk milder later.

De IOD beïnvloedt vooral regenval in Azië en Afrika, maar heeft via druksystemen ook effect op Europa. Het fenomeen wordt pas sinds enkele jaren intensief onderzocht en blijkt een waardevolle voorspeller.


Spannende strijd rond Kerstmis

Modellen tonen voor Kerst 2025 een interessante botsing van luchtsoorten: koude luchtmassa’s uit Rusland en Noord-Europa stromen richting het westen, terwijl zachtere oceaanlucht vanuit de Atlantische Oceaan naar ons toe komt.

Zo’n botsing kan zorgen voor sneeuwval in sommige regio’s, terwijl elders regen valt.
Een witte kerst blijft daarmee onzeker, maar de kans lijkt groter dan in recente jaren. Nieuwe weermodellen in december zullen meer duidelijkheid bieden.


Signalen uit Australië

Op het zuidelijk halfrond beleefde Australië onlangs de koudste winter sinds 1904, met sneeuwhoogten tot ruim een meter. Dit werd veroorzaakt door kou uit Antarctica.

Voor klimaatonderzoekers is dit interessant: zulke extremen laten zien dat weersystemen wereldwijd met elkaar verbonden zijn. Wat in het zuiden gebeurt, kan indirect ook het noorden beïnvloeden.


NASA en de rol van de zon

Volgens NASA bevindt de zon zich momenteel in een zwakke zonnecyclus – een van de laagste in twee eeuwen.
Historisch gezien gingen zulke perioden vaak samen met koudere winters in Europa. Minder zonneactiviteit betekent namelijk minder energie die de aarde bereikt.

Wetenschappers waarschuwen dat dit geen garantie is voor kou, maar het vormt wel een extra puzzelstukje in de voorspellingen.


Het Siberische sneeuwtapijt

Een andere populaire indicator is de hoeveelheid sneeuw in Siberië in oktober. Een dikke sneeuwlaag kan leiden tot krachtige hogedrukgebieden, die later in de winter koude lucht naar West-Europa sturen.

Hoewel deze theorie niet onomstotelijk bewezen is, wordt ze jaarlijks nauwlettend gevolgd. Eind oktober weten meteorologen of Siberië dit jaar veel sneeuw heeft gekregen – een signaal dat kan wijzen op een strenge Europese winter.


Hoop op natuurijs en misschien een Elfstedentocht

Voor schaatsliefhebbers zijn de signalen hoopgevend. Historisch gezien vielen bij eerdere perioden van lage zonneactiviteit vaker strenge winters, waarin natuurijs dik genoeg werd voor tochten.

Of dit in 2026 werkelijkheid wordt, blijft afwachten. Maar alleen al de gedachte aan een mogelijke Elfstedentocht wekt enthousiasme bij veel Nederlanders.
Wanneer de vorst vroeg inzet, heeft het ijs meer tijd om te groeien – een voorwaarde voor veilig schaatsplezier.


Voorzichtig optimisme

Ondanks de positieve signalen blijven meteorologen voorzichtig. Het weer laat zich niet volledig voorspellen en kan nog omslaan door onverwachte veranderingen in de straalstroom of oceaanstromingen.

Toch zorgen de huidige aanwijzingen voor optimisme bij winterfans en voor verhoogde alertheid bij sectoren die afhankelijk zijn van temperatuur en neerslag.


Belangrijkste punten op een rij

  • Meerdere klimaatindicatoren wijzen op een koudere winter 2025/2026 dan we gewend zijn.

  • De Indian Ocean Dipole en een mogelijk negatieve NAO-fase vergroten de kans op een koude start in december.

  • NASA meldt een zwakke zonnecyclus, historisch vaak geassocieerd met kou in Europa.

  • Siberische sneeuwbedekking wordt gezien als extra signaal voor winterweer.

  • Rond Kerstmis kan een botsing van luchtstromen sneeuw brengen.

  • Voor schaatsers groeit de hoop op natuurijs en misschien zelfs een Elfstedentocht.

Algemeen

Ingewijden melden doorbraak in formatie: DEZE partijen willen nu met elkaar gaan samenwerken

Avatar foto

Gepubliceerd

op

Formatie lijkt vastgelopen, maar onverwachte doorbraak brengt drie partijen weer samen aan tafel

De kabinetsformatie kende de afgelopen weken meer stilstand dan vooruitgang. Waar informateur Sybrand Buma eind vorige week nog stelde dat de gesprekken muurvast zaten, blijkt er nu toch beweging te ontstaan. Na een weekend vol telefoontjes, spoedoverleggen en stille consultaties is duidelijk geworden dat slechts drie partijen bereid zijn om met elkaar door te praten. Dat is opvallend en zelfs behoorlijk onverwacht, zeker gezien de politieke verhoudingen van de afgelopen maanden.

Volgens ingewijden, die vertrouwelijk spraken met RTL Nieuws, gaat het om D66, CDA en VVD. Daarmee vallen GroenLinks-PvdA en JA21 voorlopig af als directe gesprekspartners. Hoewel er nog geen officiële mededeling vanuit het formatieproces is gedaan, lijkt deze constatering inmiddels breed gedeeld in Den Haag.

Hoe deze nieuwe fase eruit gaat zien, is minder zeker. Een minderheidskabinet ligt voor de hand, maar kent stevige uitdagingen — vooral omdat de drie partijen samen slechts 66 zetels hebben. Dat is tien zetels minder dan nodig voor een meerderheid in de Tweede Kamer.


De situatie van vorige week: totaal vastgelopen

Vrijdag klonk informateur Sybrand Buma nog somberder dan ooit. “De boel zit vast,” zei hij openlijk na opnieuw teleurstellende gesprekken. Daarom riep hij vijf partijen bijeen om te onderzoeken of er überhaupt nog een weg vooruit mogelijk was.

Die partijen waren:

  • D66

  • CDA

  • VVD

  • GroenLinks-PvdA

  • JA21

Het idee van Buma was dat een bredere bijeenkomst tot nieuwe inzichten zou leiden. Maar achter de schermen werd al snel duidelijk dat het juist de breuklijnen blootlegde die al langer sluimerden.


De PVV buitenspel: Wilders weer geweerd van de formatietafel

Het besluit om de PVV niet uit te nodigen in deze gesprekken zorgde direct voor stevige reacties. PVV-leider Geert Wilders zei dat hij zich opnieuw buitengesloten voelde, iets wat volgens hem niet te rijmen is met de verkiezingsuitslag waarin zijn partij wederom groot werd.

De werkelijkheid achter de schermen is dat alle grote partijen behalve de PVV zelf een samenwerking met Wilders’ partij uitsluiten. Dat geldt voor D66, CDA, VVD én GroenLinks-PvdA. De politieke afstand op thema’s zoals rechtsstaat, migratie, Europa en grondrechten blijkt onoverbrugbaar.

Het gevolg: elk formatiepad waarin de PVV een rol zou spelen, is feitelijk geblokkeerd. Daarmee blijft de puzzel van een stabiel kabinet bijzonder lastig.


Het weekend van de telefoontjes: de echte doorbraak

In het weekend dat volgde, werd door alle betrokkenen intensief overleg gevoerd. De partijleiders belden elkaar over en weer, verkenners spraken met strategen en fracties stemden intern af wat hen nog acceptabel leek.

Uiteindelijk is daar een verrassende conclusie uit voortgekomen: alleen VVD, D66 en CDA zijn nog bereid om met elkaar verder te praten.

Het is een combinatie die de afgelopen maanden vaker is genoemd, maar steeds vroegtijdig sneuvelde door wederzijds wantrouwen, politieke vermoeidheid en uiteenlopende ambities.

Dat deze drie partijen nu tóch opnieuw om tafel gaan, geeft aan dat zij zich realiseren dat er simpelweg weinig alternatieven meer over zijn.


De blokkade van de VVD richting GroenLinks-PvdA

Een van de belangrijkste oorzaken voor deze nieuwe koers, is de houding van de VVD. De partij van Dilan Yeşilgöz heeft de deur naar GroenLinks-PvdA definitief gesloten. Hoewel deze combinatie in theorie wél een stabiel meerderheidskabinet zou kunnen vormen, zijn de verschillen op thema’s zoals belastingen, klimaat en migratie te groot gebleken.

Bovendien vreest de VVD dat GroenLinks-PvdA de koers van een kabinet sterk zou domineren, vooral op sociaal-economische onderwerpen. Daardoor blijft samenwerking tussen deze twee blokken uitgesloten.

Door deze harde lijn vervalt ook de optie van een extraparlementair kabinet met brede steun, omdat daar minstens bereidheid tot samenwerking voor nodig is.


Buma presenteert dinsdag zijn rapport

Informateur Buma zal dinsdag zijn verslag aanbieden aan de Tweede Kamer. Daar staan de belangrijkste bevindingen in, waaronder het feit dat drie partijen hebben aangegeven te willen doorpraten.

In dat verslag zal waarschijnlijk ook worden toegelicht waarom de vijf-partijenoptie geen haalbare route bleek en waarom alternatieven zoals een meerderheidskabinet of constructieve steun van buiten de coalitie onvoldoende basis vonden.


Minderheidskabinet: kansrijk of kansloos?

Hoewel VVD, D66 en CDA nu verder praten, wil dat niet automatisch zeggen dat er daadwerkelijk een minderheidskabinet komt. Er zijn nog veel vragen onbeantwoord:

  • Hoe zorgen deze drie partijen voor genoeg “gedoogsteun” in de Tweede Kamer?
    Ze hebben 66 zetels — tien te weinig. Zonder een partij die op cruciale momenten bereid is om mee te stemmen, is regeren onmogelijk.

  • Hoe stabiel is zo’n minderheidskabinet?
    In Nederland zijn minderheidskabinetten zeldzaam en vaak kort van duur.

  • Wie zou bereid zijn af en toe mee te stemmen?
    JA21? GroenLinks-PvdA? Volt? Nieuw Sociaal Contract? Dat is nog totaal niet duidelijk.


Rol van JA21: voorlopig buiten beeld

Formeel is JA21 nog niet volledig afgeserveerd, maar D66 heeft al laten weten weinig te voelen voor een samenwerking. De partijen verschillen onderling sterk op onderwerpen zoals migratie, kunst & cultuur, internationale samenwerking en gelijke rechten.

Bovendien levert JA21 vanuit een rekenkundig perspectief weinig op:

  • In de Tweede Kamer komen VVD, CDA, D66 en JA21 samen tot 75 zetels — precies één zetel te weinig.

  • In de Eerste Kamer halen deze vier partijen slechts 14 van de 75 zetels. Een ongekend lage basis voor stabiel beleid.

Daarmee lijkt JA21 op dit moment geen sleutelspeler.


GroenLinks-PvdA: steun op afstand wél, kabinet niet

Een minderheidskabinet zonder JA21 kan in de Kamer soms rekenen op steun van GroenLinks-PvdA, bijvoorbeeld op sociaal beleid, klimaat of onderwijs. Maar daar zit een belangrijke nuance: GroenLinks-PvdA heeft zich herhaaldelijk uitgesproken tegen een minderheidskabinet en ziet het liefst een volwaardig meerderheidskabinet met duidelijke afspraken.

De partij van Jesse Klaver wil dat er verantwoordelijkheid wordt genomen, niet alleen incidenteel steun wordt gegeven. Daardoor is het allerminst zeker dat zij bereid zijn om structureel mee te bewegen.


De politieke werkelijkheid: weinig opties, veel druk

Wat nu ontstaat, is een situatie waarin drie partijen die elkaar eerder niet konden vinden, tóch opnieuw om tafel gaan. Niet omdat de samenwerking ineens ideaal is, maar omdat de alternatieven simpelweg ontbreken.

De druk vanuit de samenleving én de internationale context speelt daarbij mee:

  • Europa staat voor grote uitdagingen op het gebied van veiligheid en economie.

  • Binnen Nederland zijn er dringende dossiers zoals woningbouw, klimaat, zorg en migratie.

  • De tijd begint te dringen: een land kan niet te lang zonder duidelijke koers blijven.

Voor Buma en voor de drie partijen is nu de vraag of dit “doorpraten” een echte doorbraak kan worden — of slechts weer een tijdelijke pauze voor een volgende impasse.


Conclusie: voorzichtig optimisme, maar nog geen oplossing

De formatie is dus nog niet uit de problemen, maar er ligt wél een nieuwe route op tafel. VVD, D66 en CDA gaan verder praten, terwijl GroenLinks-PvdA en JA21 voorlopig niet direct betrokken zijn.

Wat dit concreet betekent — een minderheidskabinet, een extraparlementaire variant of nóg een nieuwe poging — zal de komende weken moeten blijken.

Voor nu is er één zekerheid: dit was een onverwachte, maar belangrijke verschuiving in een formatie die tot voor kort volledig muurvast leek te zitten.

Lees verder