-

Algemeen

Dit waren de laatste woorden van Joke Bruijs: ‘Ik kan niet leven zonder Gerard, ik moet naar hem toe’

Avatar foto

Gepubliceerd

op

Gerard Cox (85) herdacht: liefdevolle band met ex-vrouw Joke Bruijs blijft symbool voor hun leven

Zondag kwam het nieuws naar buiten dat Gerard Cox, een van de meest markante gezichten van de Nederlandse theater- en televisiegeschiedenis, op 85-jarige leeftijd is heengegaan. De acteur, cabaretier en zanger leed aan slokdarmk*nker, een z!ekte waar hij eerder dit jaar open over sprak. Zijn 0verlijden markeert het einde van een tijdperk, maar ook het begin van een periode van herinnering en terugblik op een indrukwekkend leven en oeuvre.

Tijdens de uitzending van RTL Tonight stond de redactie uitgebreid stil bij zijn 0verlijden. Aan tafel vertelde theaterkenner en presentator Albert Verlinde (64) over de innige band die Gerard in zijn laatste jaren bleef koesteren met zijn ex-vrouw en goede vriendin Joke Bruijs (73). Hun bijzondere relatie – ooit begonnen als liefdespartners en door de jaren heen uitgegroeid tot een warme vriendschap – werd opnieuw zichtbaar in de verhalen die nu naar buiten komen.


Een huwelijk én samenwerking voor het leven

Gerard Cox en Joke Bruijs trouwden in de jaren zeventig en waren ruim tien jaar man en vrouw. Maar hun connectie beperkte zich niet tot de privéwereld. Ook professioneel vonden ze elkaar steeds opnieuw. Samen schitterden ze in de immens populaire televisieserie Toen Was Geluk Heel Gewoon, waarin Gerard gestalte gaf aan de markante Jaap Kooiman en Joke in de rol van Nel, zijn vrouw.

De serie, die liep van 1994 tot 2009, groeide uit tot een vaste waarde op de Nederlandse televisie. Met herkenbare humor, alledaagse situaties en een flinke dosis Rotterdamse nuchterheid wisten Cox en Bruijs miljoenen kijkers aan zich te binden. Hun chemie was onmiskenbaar en werd in 1999 bekroond met de Gouden Televizier-Ring, dé publieksprijs die hun werk tot nationale favoriet maakte.

Hoewel het huwelijk uiteindelijk strandde, bleef de band tussen de twee overeind. In interviews benadrukten beiden regelmatig dat ze elkaar nooit écht loslieten. Hun samenwerking in de film Casa Coco uit 2022 onderstreepte dat nogmaals: ook na jaren van ups en downs bleven ze samen op het toneel en het scherm floreren.


Moeizamer contact door z!ekte

De laatste periode bracht uitdagingen met zich mee. Joke Bruijs leeft al geruime tijd met de z!ekte van Parkinson, waardoor praten steeds moeilijker werd. Voor iemand die altijd zo sterk op haar stem en expressie vertrouwde, was dat zwaar.

Toch vond Gerard manieren om verbonden te blijven. Albert Verlinde vertelde aan tafel bij Renze Klamer hoe Cox zijn ex-vrouw geregeld bezocht. “De manager van Gerard zei dat hij af en toe naar Joke toe ging en dan met haar begon te zingen. Als hij zelf even niet meer wist hoe de tekst verder moest, keek hij naar Joke. En zij pakte het moeiteloos over.”

Het beeld is ontroerend: twee artiesten die hun leven lang muziek maakten, elkaar juist in kwetsbare momenten weer vonden door datzelfde medium. Zingen werd zo niet alleen een vorm van communicatie, maar ook een symbool van hun blijvende verbondenheid.


De zachte kant van Gerard Cox

Wie Gerard Cox alleen kende van zijn vaak scherpe grappen, zijn uitgesproken meningen en zijn Rotterdamse directheid, zag misschien niet altijd de zachtere kant van de man. Albert Verlinde benadrukte juist díe kant in de uitzending van RTL Tonight.

“Die liefdevolle Gerard – want dat was hij – wil ik toch ook even benoemen,” zei Albert. “Hij bleef zo eeuwig verbonden met Joke.” Achter de schermen was Cox niet alleen de humorist en de woordkunstenaar, maar ook een loyale vriend en partner die voor de mensen om hem heen bleef zorgen.

Deze woorden sluiten aan bij eerdere verhalen van collega’s en vrienden. Cox stond bekend als iemand die recht voor zijn raap was, maar tegelijk trouw bleef aan zijn relaties en vriendschappen. Zijn band met Bruijs illustreert dat treffend: ook na hun scheiding bleef hij een constante factor in haar leven.


Reageren door te zingen

De anekdote over de momenten dat Gerard en Joke samen zongen, raakte veel kijkers. Het beeld van Cox die een tekst niet meer wist en Bruijs die hem aanvulde, werd op sociale media veel gedeeld. Het liet zien dat liefde en verbondenheid soms het mooist tot uiting komen in de kleinste gebaren.

Voor fans van Toen Was Geluk Heel Gewoon was het bovendien een herkenbaar beeld: de twee die samen, vaak met humor en warmte, de balans vonden. Waar Jaap en Nel ooit een huiskamerpubliek vermaakten, waren Gerard en Joke in hun privéleven niet minder ontwapenend.


Joop van den Ende: “Een begenadigd woordkunstenaar”

Ook theaterproducent Joop van den Ende sprak zijn bewondering uit. Hij noemde Gerard Cox “een begenadigd woordkunstenaar” en prees zijn vermogen om taal te gebruiken om mensen te raken. Of het nu ging om cabaret, muziek of televisie, Cox wist met zijn Rotterdamse tongval en directe stijl telkens weer het publiek aan zich te binden.

Zijn 0verlijden markeert volgens Van den Ende het verlies van een unieke stem in de Nederlandse cultuur. Een stem die niet alleen vermaakte, maar ook kleur gaf aan generaties televisie- en theaterkijkers.


De laatste periode

In de aanloop naar zijn 0verlijden bleef Cox, ondanks zijn z!ekte, zo lang mogelijk actief. Hij trad op, werkte mee aan projecten en zocht contact met oude bekenden. Pas toen zijn gezondheid sterk achteruitging, trok hij zich meer terug.

De berichten dat hij regelmatig bij Joke langs ging, laten zien dat hij zijn sociale en emotionele contacten altijd belangrijk bleef vinden. Niet het z!ek-zijn stond centraal, maar juist de momenten van verbinding, humor en muziek.


Symboliek van een hechte band

Het is opvallend dat het nieuws over Gerard Cox kort voor dat van Joke Bruijs naar buiten kwam. Bruijs, die ook al geruime tijd worstelde met haar gezondheid, is inmiddels eveneens heengegaan. Voor velen voelt dit alsof een bijzonder hoofdstuk van de Nederlandse cultuur in korte tijd gesloten is.

Hun levens waren innig met elkaar verweven – eerst als geliefden, later als collega’s en vrienden. Het feit dat hun namen in dezelfde periode in de rouwadvertenties verschenen, wordt door veel fans ervaren als een symbolisch einde van een tijdperk.


Een duo om nooit te vergeten

Gerard Cox laat een rijk oeuvre na: van cabaret tot muziek, van toneel tot televisie. Zijn samenwerking met Joke Bruijs zal echter altijd een bijzonder hoogtepunt blijven. Het duo belichaamde een tijd waarin humor, herkenbaarheid en warmte de Nederlandse huiskamers vulden.

Hun samenspel in Toen Was Geluk Heel Gewoon wordt nog vaak herhaald en teruggekeken, en zal de komende jaren ongetwijfeld nieuwe generaties bereiken. Het blijft een tastbare herinnering aan twee artiesten die samen geschiedenis schreven.


Conclusie: een nalatenschap van liefde en muziek

Het 0verlijden van Gerard Cox roept veel emoties op, maar vooral ook veel herinneringen. Zijn laatste bezoeken aan Joke Bruijs, waarin muziek en zang centraal stonden, vormen een prachtig slotakkoord van een leven vol kunst en verbondenheid.

Zoals Albert Verlinde zei: “Hij bleef zo eeuwig verbonden met Joke.” Dat is misschien wel de kern van zijn nalatenschap: trouw blijven aan de mensen die ertoe doen, en de kracht van muziek en humor inzetten om moeilijke tijden draaglijk te maken.


Key-points

  • Gerard Cox is op 85-jarige leeftijd heengegaan aan de gevolgen van slokdarmk*nker.

  • In RTL Tonight sprak Albert Verlinde over de bijzondere band tussen Cox en zijn ex-vrouw Joke Bruijs.

  • Ondanks haar z!ekte bezocht Gerard haar regelmatig en zongen ze samen, wat symbool stond voor hun verbondenheid.

  • Hun samenwerking in Toen Was Geluk Heel Gewoon en later in Casa Coco maakte hen tot een iconisch duo.

  • Joop van den Ende prees Cox als “een begenadigd woordkunstenaar” en icoon van de Nederlandse cultuur.

Algemeen

Humberto Tan zwaar onder vuur na interview met Martijn Krabbé

Avatar foto

Gepubliceerd

op

RTL ligt onder vuur na het uitgebreide en emotionele interview met Martijn Krabbé in het programma RTL Tonight. De presentator, die ongeneeslijk z!ek is door uitgezaaide longk*nker, sprak dinsdagavond openhartig over zijn angsten, zijn gezin en het naderende afscheid. Het gesprek, dat plaatsvond aan zijn eigen keukentafel en werd geleid door Humberto Tan, maakte veel los bij het publiek. Waar veel kijkers het interview omschreven als indrukwekkend, eerlijk en ontroerend, klinkt er op sociale media ook stevige kritiek op de manier waarop het werd gebracht.

Een gesprek dat niemand onberoerd liet

Vanaf het eerste moment was duidelijk dat het interview geen standaard televisiegesprek zou worden. Geen studiopubliek, geen luchtige onderwerpen, maar een man die zonder omwegen sprak over de realiteit van leven met een ongeneeslijke z!ekte. Krabbé vertelde hoe zijn dagen eruitzien, hoe de nachten soms zwaarder zijn dan de dagen en hoe zijn grootste angst niet zozeer draait om zichzelf, maar om wat hij achterlaat.

Hij sprak met zachte stem, maar duidelijke woorden over zijn vrouw Deborah en hun kinderen. Over de gedachte dat zij straks zonder hem verder moeten, en hoe hij probeert hen zo goed mogelijk “achter te laten”. Juist die eerlijkheid maakte diepe indruk op veel kijkers. Tegelijkertijd riep het ook ongemak op bij een deel van het publiek, dat zich afvroeg of deze kwetsbaarheid wel thuishoort in een televisieformat.

Kritiek: ‘tranentrekkerij’ en ‘effectbejag’

Op sociale media ontstond al snel een fel debat. Met name op X uitten enkele bekende accounts hun ongenoegen. Influencer MiesBee schreef dat ze zich “onpasselijk” voelde bij wat zij omschreef als tranentrekkerij. Ze vroeg zich hardop af of Krabbé zichzelf hier wel een plezier mee deed door zo ver te gaan in zijn openheid.

Ook Marieke Derksen, dochter van een bekende mediapersoonlijkheid, liet zich kritisch uit. Volgens haar ging RTL een grens over door het gesprek zo uitgebreid en emotioneel in beeld te brengen. Zij sprak zelfs van het “uitbuiten van z!eke mensen voor goede kijkcijfers”. Die woorden vonden weerklank bij een groep kijkers die vond dat het interview te lang duurde en te veel nadruk legde op emotie.

Sommigen wezen daarbij niet zozeer naar Krabbé zelf, maar naar de rol van de zender en de interviewer. De interviewstijl van Humberto Tan werd door critici omschreven als te sturend en te gericht op het losmaken van emoties. Er werd gesproken over “effectbejag” en “smakeloze televisie”.

Net zo veel steun en bewondering

Tegenover die kritische geluiden stond echter een minstens zo grote groep kijkers die het interview juist waardeerde. Voor hen was dit geen uitbuiting, maar een zeldzaam eerlijk gesprek dat herkenning en troost bood. Onder de hashtag van het programma verschenen honderden berichten van mensen die aangaven geraakt te zijn.

Kijkers schreven dat ze onverwacht tranen in de ogen kregen, maar dat die tranen niet voortkwamen uit sensatie, maar uit menselijkheid. Velen prezen Krabbé om zijn moed om zo open te spreken over een onderwerp waar nog altijd veel taboe op rust: angst voor het einde, zorgen om nabestaanden en de rauwe werkelijkheid van ongeneeslijke z!ekte.

Een kijker schreef: “Dit is geen televisie om weg te zappen. Dit is televisie die je dwingt om even stil te staan.” Anderen benadrukten dat ze zich gesteund voelden door het gesprek, omdat ze zelf of in hun omgeving met z!ekte te maken hebben gehad.

Angst, maar ook levenslust

In het interview vertelde Krabbé dat zijn angst vooral ’s nachts toeslaat. Overdag probeert hij te leven, te lachen en geen dag te verspillen. Maar als het stil wordt, komen de gedachten. Dan maakt hij zich zorgen over hoe zijn gezin het straks zal redden. Hij vertelde dat hij zijn vrouw altijd wakker mag maken, ook midden in de nacht. Deborah bevestigde dat die gesprekken zwaar zijn, maar dat ze proberen niet in somberheid te blijven hangen.

Wat veel kijkers raakte, was de balans die het stel liet zien tussen verdriet en levenslust. Ze spraken niet alleen over afscheid, maar ook over het leven dat er nu nog is. Over kleine momenten, humor en het belang van niet vooruitlopen op wat nog komt. Die nuance maakte dat het gesprek voor velen meer was dan alleen een confronterend portret van z!ekte.

Terugblik op zijn carrière

Een ander onderdeel van het interview was de terugblik op Krabbés lange carrière. Fragmenten uit eerdere programma’s kwamen voorbij, waaronder een aflevering waarin hij een ongeneeslijk z!eke vrouw hielp om haar kinderen financieel veilig achter te laten. Dat fragment raakte hem zichtbaar, omdat hij zichzelf daarin herkende.

Hij vertelde dat hij destijds al voelde hoe belangrijk het is om praktische zaken te regelen, juist uit liefde. Dat inzicht heeft hij meegenomen in zijn eigen bevestiging. Niet vanuit angst, maar vanuit zorg en verantwoordelijkheid.

De staande ovatie die bleef hangen

Een van de meest besproken momenten was het terugzien van de staande ovatie die Krabbé kreeg tijdens het Televizierring-gala. Het applaus duurde minutenlang en maakte diepe indruk. Krabbé gaf toe dat hij zich daar ongemakkelijk bij voelde. Hij wilde niet als individu op een voetstuk worden geplaatst.

Voor hem stond die ovatie symbool voor iets groters: voor iedereen die met k*nker te maken krijgt, voor patiënten en hun naasten. Hij benadrukte dat de enorme golf aan liefde en steun die hij nu ontvangt, onlosmakelijk verbonden is met zijn z!ekte. Die gedachte stemt hem dankbaar, maar ook weemoedig.

Waar ligt de grens?

Het interview roept een bredere vraag op die verder gaat dan dit ene gesprek: waar ligt de grens tussen openheid en exploitatie? Mag televisie ruimte bieden aan zulke kwetsbare verhalen, of moet er juist terughoudendheid zijn?

Voorstanders zeggen dat juist deze openheid het onderwerp bespreekbaar maakt en mensen verbindt. Tegenstanders vrezen dat emotie te gemakkelijk wordt ingezet als middel om kijkers te trekken. Het antwoord is niet eenduidig en lijkt sterk afhankelijk van hoe de kijker het gesprek beleeft.

Een gesprek dat blijft nazinderen

Wat vaststaat, is dat het interview met Martijn Krabbé niemand onberoerd liet. Het bracht tranen, boosheid, bewondering en discussie. Voor de één was het te veel, voor de ander precies wat nodig was. Krabbé zelf leek vooral één ding te willen: eerlijk zijn, zonder opsmuk.

Misschien is dat ook de reden dat het gesprek zo’n impact had. Niet omdat het perfect was, maar omdat het menselijk was. En juist dat maakt het debat eromheen zo fel en zo begrijpelijk tegelijk.

Lees verder