Algemeen
Marieke Elsinga zwaar onder vuur na delen van dit respectloos filmpje


Algemeen
Vakantiegeld dit jaar voor heel veel mensen stukken lager: ´Dit is wat er voor jou nog overblijft´

Een aanzienlijk deel van de Nederlandse werknemers ontvangt dit jaar minder vakantiegeld dan zij gewend zijn. Alleen mensen met een bruto maandinkomen tussen de 2000 en 2750 euro profiteren van een lichte stijging. Voor vrijwel alle andere inkomensgroepen blijft het bedrag gelijk of daalt het ten opzichte van vorig jaar. Dat blijkt uit recente berekeningen van salarisdienstverlener ADP. De oorzaken liggen onder andere in gewijzigde belastingregels, pensioeninhoudingen en de opkomst van het individueel keuzebudget.
Voor werknemers met een bruto maandsalaris van 2750 euro is het verschil het grootst: zij ontvangen dit jaar netto 32 euro meer vakantiegeld dan in 2024. Wie minder of juist meer verdient, merkt daarentegen weinig of zelfs een negatieve verandering. Zo ontvangt iemand met een modaal salaris van 3588 euro bruto per maand 8 euro minder. Werknemers met anderhalf keer modaal (ongeveer 5382 euro) zien hun vakantiegeld met 11 euro dalen. Voor inkomens rond twee keer modaal blijft het bedrag gelijk.
Stijging voor werknemers met minimumloon
Een uitzondering op deze trend vormt de groep werknemers die het minimumloon verdient. Zij ontvangen dit jaar juist meer vakantiegeld, met name door de verhoging van het wettelijk minimumloon.
Voor mensen met een 36-urige werkweek betekent dit een netto stijging van 236 euro ten opzichte van vorig jaar. Bij een 38-urige werkweek is dat 146 euro extra, en voor wie 40 uur werkt stijgt het vakantiegeld met 188 euro. Deze toename is echter volledig te danken aan de loonstijging zelf en niet aan wijzigingen in de fiscale regelgeving.
Belastingkortingen en pensioenpremies spelen een rol
Volgens ADP-expert Dik van Leeuwerden is de teleurstelling bij veel werknemers te verklaren door een verkeerde inschatting van het uiteindelijke netto vakantiegeld. Veel mensen berekenen het verwachte bedrag op basis van hun belastingschijf, zonder rekening te houden met de manier waarop heffingskortingen werken. Het vakantiegeld wordt bij het jaarinkomen opgeteld, waardoor men in sommige gevallen recht heeft op minder heffingskorting. Dit wordt gecorrigeerd met een zogeheten verrekeningspercentage, wat resulteert in een lagere uitbetaling.
Daarnaast heeft ook de pensioenpremie invloed. In veel cao’s en pensioenregelingen wordt automatisch een deel van het vakantiegeld ingehouden ten behoeve van de pensioenopbouw. ADP heeft de exacte invloed hiervan niet meegerekend in hun analyse, omdat dit per sector en fonds sterk kan verschillen. Niettemin zorgt ook deze aftrekpost voor een lager nettobedrag.
Keuzebudget beïnvloedt uitbetaling
Een andere ontwikkeling die invloed heeft op het moment en de hoogte van het vakantiegeld is het individueel keuzebudget (IKB). Bij steeds meer werkgevers wordt vakantiegeld niet meer automatisch in mei uitbetaald, maar gespaard binnen dit budget. Werknemers kunnen vervolgens zelf bepalen wanneer zij het laten uitkeren of besteden aan bijvoorbeeld extra vrije dagen. Hoewel dit flexibiliteit biedt, vervaagt het traditionele vakantiegeldmoment voor veel werknemers.
Minder verrassingen door beter inzicht
In het licht van al deze factoren is het begrijpelijk dat het vakantiegeld voor velen lager uitvalt dan verwacht. Alleen een relatief kleine groep profiteert dit jaar van een stijging. ADP adviseert werknemers om zich goed te informeren over de fiscale gevolgen en hun arbeidsvoorwaarden, zodat teleurstellingen voorkomen kunnen worden.