-

Algemeen

Herman van der Zandt onthult bizar geheim over NOS Journaal: ´Niemand heeft dit ooit opgemerkt!´

Avatar foto

Gepubliceerd

op

In de meest recente aflevering van Dit Was Het Nieuws zorgde Herman van der Zandt, aankomend presentator van De Slimste Mens, voor hilarische momenten toen hij zijn oude werkgever, de NOS, op de hak nam.

De journalist, die eerder dit jaar de titel van Slimste heeft gewonnen in de populaire quizshow, liet een opvallend kijkje achter de schermen zien van hoe het NOS Journaal omgaat met lastige onderwerpen.

Fragment over armoede

Het begon allemaal met een fragment over armoede in Nederland. Terwijl presentator Jan Jaap van der Wal het onderwerp introduceerde, ging Herman in op een uitdaging waar het NOS Journaal vaak mee te maken heeft: geschikte beelden vinden bij dergelijke onderwerpen.

“Je moet het maar eens proberen,” begon Herman. “Als je iemand ziet die in zijn portemonnee kijkt en er zit niks in, dat ziet er ook raar uit. En toch moet je als journaal iets visueels laten zien terwijl erover wordt gesproken.” Dit zorgde ervoor dat Herman zijn kijkers een kijkje gaf in de creativiteit van het journaalteam bij het zoeken naar passende beelden.

Dezelfde grieppatiënt

Herman had meteen een voorbeeld om dit punt te illustreren. “Bij griepepidemieën bijvoorbeeld,” legde hij uit. “Als er beelden nodig zijn van een grieppatiënt, komt er steeds dezelfde patiënt in beeld. Je ziet iemand in bed liggen naast een kastje vol met vieze zakdoekjes, maar wat mensen niet weten, is dat die patiënt eigenlijk gewoon een redacteur is.”

Het publiek en zijn medepanelleden lagen in een deuk, vooral toen Herman toevoegde dat het telkens hetzelfde beeldmateriaal is, omdat het moeilijk is om een echte grieppatiënt te vinden die bereid is gefilmd te worden.

Humoristische reacties van de panelleden

Jan Jaap van der Wal en Peter Pannekoek, de andere panelleden, konden de grap niet laten liggen en gingen er meteen mee aan de haal. Ze maakten er een running gag van door gedurende de aflevering steeds terug te grijpen naar het idee dat het journaal beelden van een redacteur gebruikt in allerlei situaties. Toen het later in de aflevering ging over Donald Trump die covidvaccins zou hebben gegeven aan Vladimir Poetin, grapte Jan Jaap dat Poetin waarschijnlijk ook gewoon een redacteur van het NOS Journaal was.

“Ik heb nu al spijt dat ik het gezegd heb”

Herman van der Zandt, die duidelijk comfortabel was in zijn rol als panelgast, gaf lachend toe dat hij misschien iets te veel had gedeeld. “Ik heb nu al spijt dat ik het gezegd heb,” zei hij met een brede glimlach, maar het publiek genoot zichtbaar van de openhartige blik achter de schermen. Zijn ontspannen en humoristische optreden in de show maakte duidelijk dat Herman zich prima thuis voelt in het humoristische televisieformat.

Vooruitblik op De Slimste Mens

Deze aflevering van Dit Was Het Nieuws laat zien dat Herman van der Zandt klaar is voor zijn nieuwe rol als presentator van De Slimste Mens, waarin hij aankomende zomer het stokje overneemt van Philip Freriks.

Zijn natuurlijke flair voor humor en verhalen, gecombineerd met zijn ervaring als nieuwslezer, belooft veel goeds voor de toekomst van het programma. Met deze aflevering bewees Herman dat hij niet alleen scherpe humor en anekdotes kan delen, maar ook zichzelf niet al te serieus neemt – iets wat hem ongetwijfeld een publieksfavoriet zal maken als nieuwe presentator van de quizshow.

Dit Was Het Nieuws is elke donderdagavond om 21.30 uur te zien op NPO 1.

Algemeen

Kabinet zet concrete stap richting volledig boerkaverbod

Avatar foto

Gepubliceerd

op

Na bijna twintig jaar debat, politieke omwegen en halfslachtige compromissen lijkt Nederland opnieuw op een kruispunt te staan in een van de meest gevoelige maatschappelijke dossiers van de afgelopen decennia. Het demissionaire kabinet zet stappen richting een uitbreiding van het huidige boerkaverbod, waarmee gezichtsbedekkende kleding niet langer alleen in specifieke gebouwen verboden zou zijn, maar ook in alle openbare ruimtes.

Dat betekent: niet alleen in het openbaar vervoer, zorginstellingen, scholen en overheidsgebouwen, maar ook op straat, in winkels, op markten en andere publiek toegankelijke plekken. De aankondiging zorgt direct voor felle discussies, maar tegelijkertijd klinkt bij veel mensen ook opluchting. Het gevoel overheerst dat de politiek eindelijk een knoop wil doorhakken die al veel te lang vooruit is geschoven.


Van gedeeltelijk verbod naar één duidelijke regel

Sinds 2019 geldt in Nederland een gedeeltelijk boerkaverbod. Gezichtsbedekkende kleding is sindsdien verboden in een beperkt aantal publieke instellingen, maar in de openbare ruimte bleef het toegestaan. Die constructie was destijds bedoeld als compromis, maar heeft in de praktijk juist geleid tot onduidelijkheid.

Voor burgers is het vaak onbegrijpelijk waarom iets in een tram verboden is, maar een paar meter verderop op het perron weer wel mag. Voor handhavers is het minstens zo ingewikkeld. Zij moeten ter plekke inschatten of een locatie onder de wet valt, wat regelmatig leidt tot discussies, spanningen en terughoudend optreden.

Wat bedoeld was als nuance, werd zo door velen ervaren als een halfslachtige oplossing die niemand echt tevreden stelt.


Kabinet wil helderheid en uniformiteit

Het kabinet onderzoekt nu hoe het verbod kan worden uitgebreid naar alle openbare ruimtes, met als doel één uniforme regel te creëren. Daarbij wordt benadrukt dat dit moet gebeuren binnen de kaders van de Grondwet en internationale verdragen.

Hoewel de toon voorzichtig is, is de politieke boodschap duidelijk: het huidige systeem werkt niet. Meerdere partijen pleiten al jaren voor een heldere norm zonder uitzonderingen. Niet om te provoceren, maar om duidelijkheid te scheppen.

Het uitgangspunt dat nu centraal staat is eenvoudig: wie zich in de openbare ruimte begeeft, moet herkenbaar zijn. Ongeacht overtuiging, afkomst of reden.


Waarom zichtbaarheid zo’n kernpunt is

Zichtbaarheid speelt een fundamentele rol in het dagelijks samenleven. In een open samenleving is het normaal dat mensen elkaar kunnen zien, aanspreken en herkennen. Dat vormt de basis voor vertrouwen, veiligheid en sociale interactie.

Wanneer iemand volledig onherkenbaar is, verandert die dynamiek. Cameratoezicht verliest effect, communicatie wordt lastiger en het gevoel van veiligheid kan afnemen. Dit speelt niet alleen bij toezicht, maar ook bij hulpverlening en noodsituaties.

In een tijd waarin maatschappelijke spanningen en polarisatie toenemen, zien veel mensen zichtbaarheid als een minimale voorwaarde voor wederzijds respect.


Vrijheid versus sociale druk

Tegenstanders van een volledig verbod wijzen op individuele vrijheid en religieuze expressie. Dat argument is belangrijk en raakt aan fundamentele rechten. Tegelijkertijd roept het ook vragen op.

Hoe vrij is een keuze wanneer die onder sociale, culturele of religieuze druk wordt gemaakt? Uit verhalen van vrouwen die afstand namen van gezichtsbedekkende kleding blijkt regelmatig dat zij zich beperkt of gecontroleerd voelden.

Voorstanders van een verbod stellen daarom dat vrijheid niet alleen gaat over mogen, maar ook over bescherming tegen dwang. In die redenering is het stellen van grenzen juist een manier om autonomie te versterken.


Internationale voorbeelden als referentie

Nederland staat niet alleen in deze discussie. Verschillende Europese landen, waaronder Frankrijk, België, Denemarken, Oostenrijk en Zwitserland, voerden al eerder een algemeen verbod op gezichtsbedekkende kleding in de openbare ruimte in.

In al deze landen werd dezelfde afweging gemaakt tussen individuele rechten en maatschappelijke belangen zoals veiligheid, gelijkwaardigheid en openheid. De wetten hielden stand bij juridische toetsing, wat ook in Nederland meeweegt bij de huidige overwegingen.


Veiligheid en gelijkheid voor de wet

Een belangrijk punt in het debat is dat een uitgebreid verbod niet exclusief religieus is. Het zou ook gelden voor andere vormen van gezichtsbedekking, zoals maskers en bivakmutsen.

Het uitgangspunt is gelijkheid voor de wet: geen uitzonderingen op basis van overtuiging. Dat maakt beleid eenvoudiger, eerlijker en beter handhaafbaar. Voor toezichthouders en hulpdiensten betekent het duidelijkheid, voor burgers voorspelbaarheid.


Vrijheid heeft grenzen in de publieke ruimte

Vrijheid is een kernwaarde in Nederland, maar geen absolute. In de publieke ruimte gelden regels die het samenleven mogelijk maken. Geluidsnormen, verkeersregels en identificatieplicht zijn daar voorbeelden van.

Volledige anonimiteit past voor veel mensen niet binnen dat kader. Elkaar kunnen zien en herkennen wordt gezien als een minimale voorwaarde voor wederzijds vertrouwen.

Het debat over gezichtsbedekkende kleding gaat daarmee niet alleen over religie of kleding, maar over de vraag hoe een open samenleving eruitziet.


Eindelijk een besluit na jaren debat

Het boerkadebat loopt al sinds het midden van de jaren 2000. In die tijd passeerden talloze commissies, wetsvoorstellen en compromissen de revue. Toch bleef de maatschappelijke spanning bestaan.

De huidige stap van het kabinet wordt door voorstanders gezien als een poging om eindelijk duidelijkheid te scheppen. Niet langer eindeloos uitstellen, maar een norm formuleren die voor iedereen geldt.

Dat zal ongetwijfeld leiden tot stevige reacties, maar juist dat hoort bij een democratie die moeilijke keuzes niet blijft vermijden.


Een signaal over Nederlandse kernwaarden

Voorstanders zien de uitbreiding van het verbod als een bevestiging van kernwaarden als openheid, gelijkwaardigheid en veiligheid. Niet als een aanval op geloof, maar als een afbakening van wat thuishoort in de publieke ruimte.

Door duidelijke grenzen te stellen, blijft samenleven mogelijk. Een samenleving zonder regels is immers geen vrije samenleving, maar een onduidelijke.


Conclusie: duidelijkheid boven onzekerheid

Met deze stap lijkt Nederland afscheid te nemen van halfslachtig beleid. Of het volledige boerkaverbod er daadwerkelijk komt, hangt af van juridische toetsing en politieke steun, maar één ding is duidelijk: de tijd van wegkijken en uitstellen lijkt voorbij.

Voor veel mensen voelt deze ontwikkeling niet als een beperking van vrijheid, maar juist als bescherming ervan. De komende periode zal uitwijzen of Nederland kiest voor één heldere regel in de openbare ruimte – en daarmee voor duidelijkheid boven voortdurende onzekerheid.

Lees verder