Algemeen
Je gelooft niet wat je nu betaalt voor een frietje speciaal
De prijs van een frietje speciaal: hoe de simpele snackbar-snack symbool staat voor dure tijden
Waar een tientje vroeger nog voelde als een klein fortuin, lijkt datzelfde biljet tegenwoordig nauwelijks genoeg voor een paar dagen boodschappen. Niet alleen brandstof en huur zijn duurder geworden — zelfs de kleine verwenmomenten uit het dagelijks leven beginnen onbetaalbaar te lijken.

De alledaagse luxe is niet meer vanzelfsprekend. Een spontaan frietje halen, een koffie to go of een broodje op het station: stuk voor stuk voorbeelden van uitgaven waar mensen tegenwoordig langer bij stilstaan.
Een frietje speciaal voor €5,20
Een recente discussie op sociale media laat zien hoe groot de prijsstijgingen inmiddels zijn. Een gebruiker plaatste een foto van een bonnetje: €5,20 voor een frietje speciaal — geen menu, geen gezinszak, maar gewoon een normale portie met mayonaise, curry en uitjes.

Het bericht ging snel rond, omdat het zoveel mensen herkende: iets wat ooit symbool stond voor betaalbare gezelligheid, is nu een aankoop waarover getwijfeld wordt. “Vroeger haalde je voor dat bedrag twee frietjes en een kroket,” reageerde iemand.
De snackbar, ooit een plek van eenvoud en gemak, lijkt langzaam zijn toegankelijke charme te verliezen.
Waarom alles duurder wordt
De oorzaak ligt niet bij één
partij, maar in een opeenstapeling van factoren.
De prijzen van grondstoffen zoals aardappelen, zonnebloemolie en
uien zijn flink gestegen. Daarbij komen hogere energiekosten, loonstijgingen en de duurdere
verpakkingsmaterialen.

Snackbareigenaren moeten die extra kosten ergens compenseren — en dat gebeurt onvermijdelijk bij de kassa.
“Alles is duurder geworden, van de friet tot de frituurolie,” legt een snackbarhouder uit. “We willen onze klanten tevreden houden, maar we moeten ook zelf kunnen overleven.”
Een cultuur die onder druk staat
De stijgende prijzen raken niet alleen de portemonnee, maar ook de Nederlandse eetcultuur. De snackbar is voor velen een vertrouwd stukje traditie: een plek waar je na werk even stopt voor een patatje of waar gezinnen samenkomen op vrijdagavond.

Als dat moment van ontspanning
verandert in een “luxe uitgave”, gaat er iets
verloren.
Het spontane
karakter — “kom, we halen even wat friet” — maakt plaats
voor twijfel. En juist dat maakt de discussie zo gevoelig: het gaat
niet alleen om geld, maar om een gevoel van normaliteit dat verdwijnt.
De pijn van kleine prijsstijgingen
Voor gezinnen, studenten en ouderen is het verschil voelbaar. Waar het maandbudget ooit wat ruimte liet voor kleine extra’s, moeten nu vaker keuzes worden gemaakt.
Een koffietje op het station? Misschien toch maar laten. Een traktatie voor de kinderen? Even rekenen.

De inflatie is inmiddels niet alleen een economisch begrip, maar een dagelijks realiteit. Mensen merken het bij de supermarkt, in de horeca en zelfs bij de kapper. Elke prijsverhoging lijkt klein, maar samen maken ze een groot verschil.
Ondernemers in spagaat
Veel ondernemers begrijpen het ongemak van hun klanten, maar hebben weinig keus. De winstmarges in de horeca zijn dun, en met de huidige kosten is er nauwelijks ruimte om prijzen te bevriezen.
Sommigen proberen het creatieve oplossingen te vinden — kleinere porties, goedkopere ingrediënten of acties op rustige dagen — maar dat biedt vaak slechts tijdelijk soelaas.

“Niemand wil dat een frietje een luxeproduct wordt,” zegt een eigenaar. “Maar als we dezelfde kwaliteit willen blijven bieden, kunnen we niet anders.”
Meer dan geld alleen
De frietdiscussie raakt daarmee aan een groter thema: de veranderende waarde van geld en gemak. Wat vroeger een vanzelfsprekende uitgave was, vraagt nu om overweging.
Dat zorgt niet alleen voor frustratie, maar ook voor een gevoel van verlies. De inflatie tast niet alleen koopkracht aan, maar ook kleine tradities en sociale gewoontes die bij het Nederlandse leven horen.

Wat betekent dit voor de toekomst?
Als prijzen blijven stijgen, dreigt een verschuiving waarin mensen bewuster – en soberder – gaan leven. Snackbars, cafés en kleine winkels zullen zich moeten aanpassen aan die nieuwe realiteit.
Misschien betekent dat meer lokale samenwerking, actieprijzen of kleinere porties om het betaalbaar te houden. Want de behoefte aan gezelligheid en kleine verwenmomenten blijft, zelfs in dure tijden.
Een frietje als spiegel van de samenleving
Een frietje speciaal van €5,20 lijkt op het eerste gezicht een klein onderwerp, maar het zegt veel over de tijd waarin we leven. De prijs van iets simpels legt bloot hoe snel onze kosten zijn gestegen en hoe de waarde van geld is verschoven.

Waar het ooit ging om smaak en gemak, gaat het nu over keuzes maken — en dat maakt deze discussie zo herkenbaar voor iedereen.
💬 Wat vind jij? Is €5,20 een eerlijke prijs voor een frietje speciaal, of is het tijd dat we grenzen stellen aan de inflatie van het dagelijks leven? Deel je mening op onze Facebookpagina — jouw stem telt.
Algemeen
Ingewijden melden doorbraak in formatie: DEZE partijen willen nu met elkaar gaan samenwerken

Formatie lijkt vastgelopen, maar onverwachte doorbraak brengt drie partijen weer samen aan tafel
De kabinetsformatie kende de afgelopen weken meer stilstand dan vooruitgang. Waar informateur Sybrand Buma eind vorige week nog stelde dat de gesprekken muurvast zaten, blijkt er nu toch beweging te ontstaan. Na een weekend vol telefoontjes, spoedoverleggen en stille consultaties is duidelijk geworden dat slechts drie partijen bereid zijn om met elkaar door te praten. Dat is opvallend en zelfs behoorlijk onverwacht, zeker gezien de politieke verhoudingen van de afgelopen maanden.

Volgens ingewijden, die vertrouwelijk spraken met RTL Nieuws, gaat het om D66, CDA en VVD. Daarmee vallen GroenLinks-PvdA en JA21 voorlopig af als directe gesprekspartners. Hoewel er nog geen officiële mededeling vanuit het formatieproces is gedaan, lijkt deze constatering inmiddels breed gedeeld in Den Haag.
Hoe deze nieuwe fase eruit gaat zien, is minder zeker. Een minderheidskabinet ligt voor de hand, maar kent stevige uitdagingen — vooral omdat de drie partijen samen slechts 66 zetels hebben. Dat is tien zetels minder dan nodig voor een meerderheid in de Tweede Kamer.
De situatie van vorige week: totaal vastgelopen
Vrijdag klonk informateur Sybrand Buma nog somberder dan ooit. “De boel zit vast,” zei hij openlijk na opnieuw teleurstellende gesprekken. Daarom riep hij vijf partijen bijeen om te onderzoeken of er überhaupt nog een weg vooruit mogelijk was.
Die partijen waren:
-
D66
-
CDA
-
VVD
-
GroenLinks-PvdA
-
JA21
Het idee van Buma was dat een bredere bijeenkomst tot nieuwe inzichten zou leiden. Maar achter de schermen werd al snel duidelijk dat het juist de breuklijnen blootlegde die al langer sluimerden.

De PVV buitenspel: Wilders weer geweerd van de formatietafel
Het besluit om de PVV niet uit te nodigen in deze gesprekken zorgde direct voor stevige reacties. PVV-leider Geert Wilders zei dat hij zich opnieuw buitengesloten voelde, iets wat volgens hem niet te rijmen is met de verkiezingsuitslag waarin zijn partij wederom groot werd.
De werkelijkheid achter de schermen is dat alle grote partijen behalve de PVV zelf een samenwerking met Wilders’ partij uitsluiten. Dat geldt voor D66, CDA, VVD én GroenLinks-PvdA. De politieke afstand op thema’s zoals rechtsstaat, migratie, Europa en grondrechten blijkt onoverbrugbaar.
Het gevolg: elk formatiepad waarin de PVV een rol zou spelen, is feitelijk geblokkeerd. Daarmee blijft de puzzel van een stabiel kabinet bijzonder lastig.

Het weekend van de telefoontjes: de echte doorbraak
In het weekend dat volgde, werd door alle betrokkenen intensief overleg gevoerd. De partijleiders belden elkaar over en weer, verkenners spraken met strategen en fracties stemden intern af wat hen nog acceptabel leek.
Uiteindelijk is daar een verrassende conclusie uit voortgekomen: alleen VVD, D66 en CDA zijn nog bereid om met elkaar verder te praten.
Het is een combinatie die de afgelopen maanden vaker is genoemd, maar steeds vroegtijdig sneuvelde door wederzijds wantrouwen, politieke vermoeidheid en uiteenlopende ambities.
Dat deze drie partijen nu tóch opnieuw om tafel gaan, geeft aan dat zij zich realiseren dat er simpelweg weinig alternatieven meer over zijn.

De blokkade van de VVD richting GroenLinks-PvdA
Een van de belangrijkste oorzaken voor deze nieuwe koers, is de houding van de VVD. De partij van Dilan Yeşilgöz heeft de deur naar GroenLinks-PvdA definitief gesloten. Hoewel deze combinatie in theorie wél een stabiel meerderheidskabinet zou kunnen vormen, zijn de verschillen op thema’s zoals belastingen, klimaat en migratie te groot gebleken.
Bovendien vreest de VVD dat GroenLinks-PvdA de koers van een kabinet sterk zou domineren, vooral op sociaal-economische onderwerpen. Daardoor blijft samenwerking tussen deze twee blokken uitgesloten.
Door deze harde lijn vervalt ook de optie van een extraparlementair kabinet met brede steun, omdat daar minstens bereidheid tot samenwerking voor nodig is.
Buma presenteert dinsdag zijn rapport
Informateur Buma zal dinsdag zijn verslag aanbieden aan de Tweede Kamer. Daar staan de belangrijkste bevindingen in, waaronder het feit dat drie partijen hebben aangegeven te willen doorpraten.
In dat verslag zal waarschijnlijk ook worden toegelicht waarom de vijf-partijenoptie geen haalbare route bleek en waarom alternatieven zoals een meerderheidskabinet of constructieve steun van buiten de coalitie onvoldoende basis vonden.
Minderheidskabinet: kansrijk of kansloos?
Hoewel VVD, D66 en CDA nu verder praten, wil dat niet automatisch zeggen dat er daadwerkelijk een minderheidskabinet komt. Er zijn nog veel vragen onbeantwoord:
-
Hoe zorgen deze drie partijen voor genoeg “gedoogsteun” in de Tweede Kamer?
Ze hebben 66 zetels — tien te weinig. Zonder een partij die op cruciale momenten bereid is om mee te stemmen, is regeren onmogelijk. -
Hoe stabiel is zo’n minderheidskabinet?
In Nederland zijn minderheidskabinetten zeldzaam en vaak kort van duur. -
Wie zou bereid zijn af en toe mee te stemmen?
JA21? GroenLinks-PvdA? Volt? Nieuw Sociaal Contract? Dat is nog totaal niet duidelijk.
Rol van JA21: voorlopig buiten beeld
Formeel is JA21 nog niet volledig afgeserveerd, maar D66 heeft al laten weten weinig te voelen voor een samenwerking. De partijen verschillen onderling sterk op onderwerpen zoals migratie, kunst & cultuur, internationale samenwerking en gelijke rechten.
Bovendien levert JA21 vanuit een rekenkundig perspectief weinig op:
-
In de Tweede Kamer komen VVD, CDA, D66 en JA21 samen tot 75 zetels — precies één zetel te weinig.
-
In de Eerste Kamer halen deze vier partijen slechts 14 van de 75 zetels. Een ongekend lage basis voor stabiel beleid.
Daarmee lijkt JA21 op dit moment geen sleutelspeler.
GroenLinks-PvdA: steun op afstand wél, kabinet niet
Een minderheidskabinet zonder JA21 kan in de Kamer soms rekenen op steun van GroenLinks-PvdA, bijvoorbeeld op sociaal beleid, klimaat of onderwijs. Maar daar zit een belangrijke nuance: GroenLinks-PvdA heeft zich herhaaldelijk uitgesproken tegen een minderheidskabinet en ziet het liefst een volwaardig meerderheidskabinet met duidelijke afspraken.
De partij van Jesse Klaver wil dat er verantwoordelijkheid wordt genomen, niet alleen incidenteel steun wordt gegeven. Daardoor is het allerminst zeker dat zij bereid zijn om structureel mee te bewegen.
De politieke werkelijkheid: weinig opties, veel druk
Wat nu ontstaat, is een situatie waarin drie partijen die elkaar eerder niet konden vinden, tóch opnieuw om tafel gaan. Niet omdat de samenwerking ineens ideaal is, maar omdat de alternatieven simpelweg ontbreken.
De druk vanuit de samenleving én de internationale context speelt daarbij mee:
-
Europa staat voor grote uitdagingen op het gebied van veiligheid en economie.
-
Binnen Nederland zijn er dringende dossiers zoals woningbouw, klimaat, zorg en migratie.
-
De tijd begint te dringen: een land kan niet te lang zonder duidelijke koers blijven.
Voor Buma en voor de drie partijen is nu de vraag of dit “doorpraten” een echte doorbraak kan worden — of slechts weer een tijdelijke pauze voor een volgende impasse.
Conclusie: voorzichtig optimisme, maar nog geen oplossing
De formatie is dus nog niet uit de problemen, maar er ligt wél een nieuwe route op tafel. VVD, D66 en CDA gaan verder praten, terwijl GroenLinks-PvdA en JA21 voorlopig niet direct betrokken zijn.
Wat dit concreet betekent — een minderheidskabinet, een extraparlementaire variant of nóg een nieuwe poging — zal de komende weken moeten blijken.
Voor nu is er één zekerheid: dit was een onverwachte, maar belangrijke verschuiving in een formatie die tot voor kort volledig muurvast leek te zitten.