-

Algemeen

Zes grote winkelketens stoppen per direct met contant geld: ´Je moet er maar aan wennen!´

Avatar foto

Gepubliceerd

op

Steeds meer winkels en horecazaken stappen volledig over op digitale betaalmethoden. Waar je eerder nog met briefjes of muntgeld kon afrekenen, wordt nu vaak alleen nog een pinpas of smartphone geaccepteerd. Deze verschuiving naar digitaal betalen biedt voordelen, maar roept ook grote zorgen op.

Digitale betaling wordt de standaard

In veel sectoren ervaren bedrijven digitale betalingen als sneller, veiliger en efficiënter. Van supermarkten tot cafés: de kassa’s zijn steeds vaker cashvrij. Klanten hoeven alleen nog maar hun telefoon of pinpas langs de terminal te halen. Dit verlaagt de kans op diefstal en versnelt de doorstroming bij de kassa. Vooral toepassingen als Apple Pay en Google Pay winnen snel terrein.

Buitenland loopt al voor

In het Verenigd Koninkrijk zijn diverse grote ketens al volledig overgestapt op digitaal betalen. Bij ketens als Zizzi, Gail’s en Asda wordt contant geld niet meer geaccepteerd. Ook bij supermarkt Tesco en Sainsbury’s verdwijnen de laatste cashopties langzaam. Veiligheid, duurzaamheid en klantgedrag worden daarbij vaak als motivatie genoemd.

Niet iedereen kan mee

Tegelijkertijd voelen kwetsbare groepen zich buitengesloten. Denk aan ouderen of mensen met een laag inkomen, die vaak nog op contant geld vertrouwen. Voor sommigen is dat een bewuste keuze om overzicht te houden, anderen hebben simpelweg geen toegang tot digitale middelen. Voor hen betekent een digitale-only beleid vaak uitsluiting van basisvoorzieningen.

Misverstanden over wettig betaalmiddel

Veel mensen denken dat winkeliers verplicht zijn om contant geld te accepteren, omdat het een wettig betaalmiddel is. In werkelijkheid mogen ondernemers zelf kiezen hoe zij betaald willen worden. Wettig betaalmiddel betekent slechts dat het gebruikt kan worden om schulden te vereffenen, niet dat elke winkel het moet aannemen.

Kwetsbaarheid bij digitale storingen

Digitale betaalmiddelen maken consumenten afhankelijk van technologie. Storingen of systeemfouten kunnen grote gevolgen hebben, zeker als je geen contant geld meer bij je draagt. Ook neemt het risico op cybercriminaliteit toe. Persoonsgegevens en betaalinformatie worden steeds vaker doelwit van hackers, met soms desastreuze gevolgen.

Zorgen over privacy en controle

Een ander bezwaar is het verlies aan privacy. Elke digitale betaling wordt geregistreerd en gekoppeld aan je identiteit. In sommige landen leidt dat tot zorgen over financiële controle en het blokkeren van bepaalde betalingen. Het verdwijnen van cash betekent ook dat mensen hun anonimiteit en autonomie deels kwijtraken.

De noodzaak van een gebalanceerde aanpak

Om te voorkomen dat bepaalde groepen uitgesloten raken, is een hybride betaalmodel belangrijk. Contant geld moet beschikbaar blijven voor wie daar afhankelijk van is. Overheden en bedrijven kunnen hierin hun verantwoordelijkheid nemen door bijvoorbeeld een minimum aan cashacceptatie te garanderen.

Digitale vooruitgang zonder uitsluiting

Educatie en innovatie spelen een sleutelrol in de overgang naar digitaal. Mensen moeten voldoende ondersteuning krijgen om veilig en zelfstandig digitaal te kunnen betalen. Daarnaast kunnen nieuwe betaaloplossingen worden ontwikkeld, zoals oplaadbare kaarten zonder bankrekening. Zo blijft het betalingsverkeer inclusief en toegankelijk voor iedereen.

Een samenleving zonder contant geld lijkt op termijn onvermijdelijk, maar de overgang moet zorgvuldig en sociaal verantwoord verlopen. Alleen dan kunnen we profiteren van het gemak van digitaal betalen, zonder mensen achter te laten.

Algemeen

KNMI waarschuwt de bevolking voor zware orkanen en massale stroomuitval

Avatar foto

Gepubliceerd

op

Het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (KNMI) heeft een indringend rapport gepubliceerd waarin wordt gewaarschuwd dat klimaatverandering ervoor zorgt dat scenario’s die lange tijd als “onvoorstelbaar” golden, ook in Nederland realistisch worden. In het zogenoemde extreem rapport schetst het weerinstituut negen mogelijke weersituaties en gevolgscenario’s die in de nabije toekomst zouden kunnen voorkomen. Het doel van het rapport is nadrukkelijk niet om paniek te zaaien, maar om bewustwording te creëren en bestuurders, organisaties en burgers aan te zetten tot betere voorbereiding.

Bewustwording, geen paniek

Volgens KNMI-directeur Maarten van Aalst is het rapport bedoeld als een wake-upcall. “We zien dat de grenzen van wat we kennen verschuiven,” stelt hij. “Situaties die vroeger extreem zeldzaam waren, komen dichterbij. En als we ons daar niet op voorbereiden, kunnen de gevolgen groot zijn.” Van Aalst benadrukt dat het KNMI liever vooruitkijkt dan achteraf moet constateren dat schade en maatschappelijke ontwrichting voorkomen hadden kunnen worden.

De timing van het rapport is niet toevallig. Precies tien jaar geleden werd het Akkoord van Parijs gesloten, waarin werd afgesproken de wereldwijde opwarming te beperken tot maximaal 1,5 graad. Inmiddels wordt steeds duidelijker dat dit doel moeilijk haalbaar is. Daardoor neemt de kans toe op weerextremen die buiten onze historische ervaring vallen.

Stormen met ongekende kracht

Een van de scenario’s in het rapport gaat over zware stormen die hun oorsprong vinden boven warmer zeewater. Door stijgende zeetemperaturen kunnen stormsystemen meer energie opnemen. Dat vergroot de kans dat zeer krachtige stormen ook West-Europa bereiken.

Als voorbeeld wordt verwezen naar een zware storm die vorig jaar over Frankrijk trok, nadat deze onverwacht richting Europa was afgebogen. Onderzoek laat zien dat zo’n systeem ook Nederland had kunnen treffen, met zeer zware windstoten en aanzienlijke schade aan natuur, infrastructuur en gebouwen. Niet alleen materiële schade speelt hierbij een rol, maar ook de mentale impact op bewoners en hulpdiensten.

Kwetsbaarheid van het energiesysteem

Een ander belangrijk aandachtspunt in het rapport is de kwetsbaarheid van het elektriciteitsnet. Niet zozeer door één extreem weertype, maar door een combinatie van factoren. Denk aan een langdurig hogedrukgebied in de winter, met weinig wind en zon, terwijl de energievraag juist hoog is.

Onderzoekers hebben doorgerekend wat er gebeurt als windmolens nauwelijks draaien en zonnepanelen weinig opleveren, terwijl huishoudens en bedrijven veel stroom gebruiken. In zo’n situatie zou tijdelijk niet aan de volledige vraag kunnen worden voldaan. Hoewel de kans hierop klein is, onderstreept het rapport dat dit soort scenario’s serieus genomen moeten worden bij de inrichting van het energiesysteem.

Extreme hitte in steden

Steden zijn extra kwetsbaar voor hitte. Het KNMI kijkt daarom ook naar het scenario van een zeer zware en langdurige hitteperiode, vooral in dichtbebouwde gebieden zoals Amsterdam. In eerdere zomers is al gebleken dat infrastructuur zoals spoorlijnen, bruggen en openbaar vervoer gevoelig is voor langdurige hoge temperaturen.

Volgens het rapport had een eerdere hittegolf al ernstiger gevolgen kunnen hebben als verkoelende weersystemen iets later waren gearriveerd. In een toekomstscenario met langdurige extreme hitte kan de druk op zorg, hulpdiensten en energievoorziening sterk toenemen. Dat vraagt om gerichte maatregelen, zoals vergroening van steden, schaduwplekken en hitteplannen voor kwetsbare groepen.

Gezondheid en nieuwe risico’s

Klimaatverandering heeft niet alleen invloed op het weer, maar ook op de volksgezondheid. In het rapport wordt aandacht besteed aan het mogelijke vaker voorkomen van bepaalde ziekteverwekkers die profiteren van warmere omstandigheden. Zo wordt gekeken naar virussen die via insecten worden overgedragen.

Onderzoekers geven aan dat langere, warmere zomers het leefgebied van bepaalde insecten kunnen vergroten. Daardoor kunnen ziekteverwekkers zich gemakkelijker verspreiden. Dit betekent niet dat er direct reden is tot ongerustheid, maar wel dat monitoring, onderzoek en preventie belangrijker worden.

Wateroverlast en overstromingen

Nederland is van oudsher gewend om met water te leven, maar klimaatverandering stelt dat vermogen op de proef. Het rapport beschrijft scenario’s met extreme neerslag in korte tijd, wat kan leiden tot wateroverlast in stedelijke gebieden en druk op dijken en waterkeringen.

Hoewel Nederland goed beschermd is, benadrukt het KNMI dat systemen ontworpen zijn op basis van historische gegevens. Als die omstandigheden veranderen, moeten ook de veiligheidsnormen en plannen mee-evolueren.

Samenhang van gevolgen

Wat het rapport vooral duidelijk maakt, is dat extremen zelden op zichzelf staan. Een hittegolf kan leiden tot stroomproblemen, druk op zorg en verminderde mobiliteit. Een zware storm kan infrastructuur beschadigen en economische schade veroorzaken. Die samenhang maakt voorbereiding complex, maar ook noodzakelijk.

Van Aalst noemt dit “meervoudige risico’s”: “Het gaat niet om één gebeurtenis, maar om de keten van gevolgen die daarop volgt. Juist daar moeten we beter op anticiperen.”

Vooruitdenken als sleutel

Het KNMI benadrukt dat veel schade voorkomen kan worden door tijdig beleid en aanpassingen. Dat betekent investeren in klimaatbestendige infrastructuur, het aanpassen van steden, het versterken van energie- en watersystemen en goede communicatie richting burgers.

Het rapport roept bestuurders op om scenario’s niet weg te zetten als onwaarschijnlijk, maar ze te gebruiken als oefenmateriaal. “Als je weet wat er kan gebeuren, kun je betere keuzes maken,” aldus Van Aalst.

Wat betekent dit voor inwoners?

Voor inwoners betekent het rapport vooral dat het verstandig is om bewust te zijn van veranderende omstandigheden. Dat kan variëren van voorbereid zijn op hitte, tot het volgen van adviezen bij extreem weer. Tegelijk blijft Nederland een veilig en goed georganiseerd land, waar veel kennis en middelen beschikbaar zijn om risico’s te beperken.

Een realistische blik vooruit

Het extreem rapport van het KNMI schetst geen doembeeld, maar een realistische blik op een veranderend klimaat. Door mogelijke scenario’s nu al te benoemen, ontstaat ruimte om te handelen voordat situaties zich voordoen. De boodschap is helder: wat ooit ondenkbaar leek, vraagt nu om aandacht, planning en samenwerking.

Niet uit angst, maar uit verantwoordelijkheid voor de toekomst.

Lees verder