Algemeen
Gordon zat op laatste vlucht Jonnie Boer naar Bonaire: ´Hij zag er heel slecht uit´
In een openhartig gesprek tijdens de interviewserie Bij Andy in de Auto vertelt Gordon over een bijzondere samenloop van omstandigheden. De zanger en presentator zat namelijk op dezelfde vlucht naar Bonaire als sterrenchef Jonnie Boer, die enkele dagen later op het eiland overleed aan de gevolgen van een longembolie.

Laatste reis naar de zon
Jonnie Boer, bekend van sterrenrestaurant De Librije, overleed op 60-jarige leeftijd. Zijn overlijden kwam hard aan in de Nederlandse culinaire wereld en daarbuiten. Nu blijkt dat Gordon hem nog kort voor zijn overlijden heeft gesproken. “Ik zat dus gewoon aan boord met Jonnie en zijn vrouw. En nu vliegt hij terug in een kist,” vertelt Gordon zichtbaar aangedaan. “Dat is toch nauwelijks te bevatten.”

Een schrikbarende indruk
Gordon beschrijft dat hij tijdens de vlucht kort contact had met Jonnie Boer en daarbij opmerkte dat hij er “echt slecht uitzag.” Hij benadrukt dat hij daar behoorlijk van schrok. “Ik vond hem altijd een heel mooie man, maar toen ik hem daar zag, dacht ik: dit is niet goed. Hij zag er moe en getekend uit.”

Het contrast met het vakantieleven
Terwijl Gordon zelf aangeeft heerlijk te hebben kunnen uitrusten op Bonaire, vormt het besef dat iemand uit zijn nabijheid tijdens diezelfde reis zijn laatste dagen beleefde, een schril contrast. Het moment laat hem zichtbaar niet onberoerd, en hij deelt het verhaal niet vanuit sensatie, maar eerder als verwerking en verwondering.

Oprechte verbazing in de auto
Gastheer Andy van der Meijde reageert op het verhaal met verbazing en stelt de vraag of Jonnie wellicht overwerkt was. Gordon knikt en suggereert dat het misschien inderdaad zo was. De gedachte dat zelfs succesvolle en ogenschijnlijk energieke mensen plotseling uit het leven kunnen worden gerukt, raakt een gevoelige snaar.

Lichte toon slaat snel om
De sfeer in de auto verandert echter snel wanneer Andy’s telefoon gaat en een plagerige opmerking volgt, die Gordon gretig oppakt. Binnen een paar zinnen verandert het gesprek van een moment van rouw naar een luchtige, bijna banale uitwisseling. Het contrast is opvallend en typerend voor de losbandige toon van de serie.

Kritiek op toonverschuiving
Niet iedereen zal die toonverschuiving kunnen waarderen. De abrupte overgang van serieuze rouw naar grove grappen kan bij sommige kijkers overkomen als ongepast. Toch is het voor wie Gordon kent niet geheel onverwacht: hij schuwt geen directe uitspraken, ook niet op gevoelige momenten.

Een ongemakkelijke botsing tussen rouw en realiteit
Het fragment uit Bij Andy in de Auto toont hoe rouw en luchtigheid soms pijnlijk door elkaar heen kunnen lopen. Gordon deelt een oprechte ervaring over een laatste ontmoeting met Jonnie Boer, maar laat tegelijkertijd ook zien hoe snel een gesprek kan omslaan. Voor sommigen een teken van oneerbiedigheid, voor anderen juist een illustratie van hoe mensen omgaan met verlies in een wereld waarin alles continu doorgaat.
Algemeen
KNMI waarschuwt de bevolking voor zware orkanen en massale stroomuitval

Het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (KNMI) heeft een indringend rapport gepubliceerd waarin wordt gewaarschuwd dat klimaatverandering ervoor zorgt dat scenario’s die lange tijd als “onvoorstelbaar” golden, ook in Nederland realistisch worden. In het zogenoemde extreem rapport schetst het weerinstituut negen mogelijke weersituaties en gevolgscenario’s die in de nabije toekomst zouden kunnen voorkomen. Het doel van het rapport is nadrukkelijk niet om paniek te zaaien, maar om bewustwording te creëren en bestuurders, organisaties en burgers aan te zetten tot betere voorbereiding.

Bewustwording, geen paniek
Volgens KNMI-directeur Maarten van Aalst is het rapport bedoeld als een wake-upcall. “We zien dat de grenzen van wat we kennen verschuiven,” stelt hij. “Situaties die vroeger extreem zeldzaam waren, komen dichterbij. En als we ons daar niet op voorbereiden, kunnen de gevolgen groot zijn.” Van Aalst benadrukt dat het KNMI liever vooruitkijkt dan achteraf moet constateren dat schade en maatschappelijke ontwrichting voorkomen hadden kunnen worden.
De timing van het rapport is niet toevallig. Precies tien jaar geleden werd het Akkoord van Parijs gesloten, waarin werd afgesproken de wereldwijde opwarming te beperken tot maximaal 1,5 graad. Inmiddels wordt steeds duidelijker dat dit doel moeilijk haalbaar is. Daardoor neemt de kans toe op weerextremen die buiten onze historische ervaring vallen.

Stormen met ongekende kracht
Een van de scenario’s in het rapport gaat over zware stormen die hun oorsprong vinden boven warmer zeewater. Door stijgende zeetemperaturen kunnen stormsystemen meer energie opnemen. Dat vergroot de kans dat zeer krachtige stormen ook West-Europa bereiken.
Als voorbeeld wordt verwezen naar een zware storm die vorig jaar over Frankrijk trok, nadat deze onverwacht richting Europa was afgebogen. Onderzoek laat zien dat zo’n systeem ook Nederland had kunnen treffen, met zeer zware windstoten en aanzienlijke schade aan natuur, infrastructuur en gebouwen. Niet alleen materiële schade speelt hierbij een rol, maar ook de mentale impact op bewoners en hulpdiensten.
Kwetsbaarheid van het energiesysteem
Een ander belangrijk aandachtspunt in het rapport is de kwetsbaarheid van het elektriciteitsnet. Niet zozeer door één extreem weertype, maar door een combinatie van factoren. Denk aan een langdurig hogedrukgebied in de winter, met weinig wind en zon, terwijl de energievraag juist hoog is.

Onderzoekers hebben doorgerekend wat er gebeurt als windmolens nauwelijks draaien en zonnepanelen weinig opleveren, terwijl huishoudens en bedrijven veel stroom gebruiken. In zo’n situatie zou tijdelijk niet aan de volledige vraag kunnen worden voldaan. Hoewel de kans hierop klein is, onderstreept het rapport dat dit soort scenario’s serieus genomen moeten worden bij de inrichting van het energiesysteem.
Extreme hitte in steden
Steden zijn extra kwetsbaar voor hitte. Het KNMI kijkt daarom ook naar het scenario van een zeer zware en langdurige hitteperiode, vooral in dichtbebouwde gebieden zoals Amsterdam. In eerdere zomers is al gebleken dat infrastructuur zoals spoorlijnen, bruggen en openbaar vervoer gevoelig is voor langdurige hoge temperaturen.
Volgens het rapport had een eerdere hittegolf al ernstiger gevolgen kunnen hebben als verkoelende weersystemen iets later waren gearriveerd. In een toekomstscenario met langdurige extreme hitte kan de druk op zorg, hulpdiensten en energievoorziening sterk toenemen. Dat vraagt om gerichte maatregelen, zoals vergroening van steden, schaduwplekken en hitteplannen voor kwetsbare groepen.

Gezondheid en nieuwe risico’s
Klimaatverandering heeft niet alleen invloed op het weer, maar ook op de volksgezondheid. In het rapport wordt aandacht besteed aan het mogelijke vaker voorkomen van bepaalde ziekteverwekkers die profiteren van warmere omstandigheden. Zo wordt gekeken naar virussen die via insecten worden overgedragen.
Onderzoekers geven aan dat langere, warmere zomers het leefgebied van bepaalde insecten kunnen vergroten. Daardoor kunnen ziekteverwekkers zich gemakkelijker verspreiden. Dit betekent niet dat er direct reden is tot ongerustheid, maar wel dat monitoring, onderzoek en preventie belangrijker worden.
Wateroverlast en overstromingen
Nederland is van oudsher gewend om met water te leven, maar klimaatverandering stelt dat vermogen op de proef. Het rapport beschrijft scenario’s met extreme neerslag in korte tijd, wat kan leiden tot wateroverlast in stedelijke gebieden en druk op dijken en waterkeringen.
Hoewel Nederland goed beschermd is, benadrukt het KNMI dat systemen ontworpen zijn op basis van historische gegevens. Als die omstandigheden veranderen, moeten ook de veiligheidsnormen en plannen mee-evolueren.
Samenhang van gevolgen
Wat het rapport vooral duidelijk maakt, is dat extremen zelden op zichzelf staan. Een hittegolf kan leiden tot stroomproblemen, druk op zorg en verminderde mobiliteit. Een zware storm kan infrastructuur beschadigen en economische schade veroorzaken. Die samenhang maakt voorbereiding complex, maar ook noodzakelijk.
Van Aalst noemt dit “meervoudige risico’s”: “Het gaat niet om één gebeurtenis, maar om de keten van gevolgen die daarop volgt. Juist daar moeten we beter op anticiperen.”
Vooruitdenken als sleutel
Het KNMI benadrukt dat veel schade voorkomen kan worden door tijdig beleid en aanpassingen. Dat betekent investeren in klimaatbestendige infrastructuur, het aanpassen van steden, het versterken van energie- en watersystemen en goede communicatie richting burgers.
Het rapport roept bestuurders op om scenario’s niet weg te zetten als onwaarschijnlijk, maar ze te gebruiken als oefenmateriaal. “Als je weet wat er kan gebeuren, kun je betere keuzes maken,” aldus Van Aalst.
Wat betekent dit voor inwoners?
Voor inwoners betekent het rapport vooral dat het verstandig is om bewust te zijn van veranderende omstandigheden. Dat kan variëren van voorbereid zijn op hitte, tot het volgen van adviezen bij extreem weer. Tegelijk blijft Nederland een veilig en goed georganiseerd land, waar veel kennis en middelen beschikbaar zijn om risico’s te beperken.
Een realistische blik vooruit
Het extreem rapport van het KNMI schetst geen doembeeld, maar een realistische blik op een veranderend klimaat. Door mogelijke scenario’s nu al te benoemen, ontstaat ruimte om te handelen voordat situaties zich voordoen. De boodschap is helder: wat ooit ondenkbaar leek, vraagt nu om aandacht, planning en samenwerking.
Niet uit angst, maar uit verantwoordelijkheid voor de toekomst.