-

Algemeen

First Dates: Meisje laat op eerste date haar b0rsten zien!

Avatar foto

Gepubliceerd

op

Televisieprogramma’s zoals First Dates (FD) en Lang Leve de Liefde (LLDL) bieden singles de kans om de liefde te vinden, terwijl kijkers genieten van de vaak hilarische en aandoenlijke momenten. Maar hoe groot is de kans dat je in zo’n programma daadwerkelijk je match vindt? Verrassend genoeg blijkt er een aanzienlijk verschil te zijn in succespercentages tussen de twee shows.


Statistische verschillen tussen FD en LLDL

De statistieken liegen er niet om. Bij First Dates ligt het slagingspercentage op een schamele 0,6 procent, terwijl je bij Lang Leve de Liefde al een veel grotere kans hebt: ruim 6 procent. Dit verschil komt vooral door het format. Bij FD duurt een date slechts een paar uur, waardoor kandidaten voornamelijk afgaan op hun eerste indruk. Bij LLDL worden de deelnemers echter verplicht om minimaal 24 uur met elkaar door te brengen. Dit zorgt ervoor dat een eerste indruk minder zwaar weegt, en er ruimte is voor verdieping.

Een slechte start kan in LLDL dus alsnog leiden tot een verrassende klik. In tegenstelling tot FD, waar vaak geen tijd is om verder te kijken dan de oppervlakte. Maar er is ook een keerzijde: deelnemen aan LLDL vereist meer commitment. Je moet immers een volle dag (of langer) investeren in een date die misschien nergens naartoe leidt.


Opmerkelijke kandidaten en verhalen in First Dates

Hoewel de slagingskans in FD laag is, blijven de unieke en soms bizarre verhalen van kandidaten het programma een hit maken. Een recent voorbeeld is een ontmoeting tussen een jong stel waarbij een opvallende tatoeage de gesprekspartner met stomheid sloeg.

Tijdens de date vroeg de man nieuwsgierig naar de tatoeages van zijn gesprekspartner. Het bleek dat de dame in kwestie niet onbekend was met de tatoeëernaald: ze had er al zeven en onlangs nog een nieuwe laten zetten tijdens een vakantie met vriendinnen. “We waren op vakantie, en terwijl we foto’s maakten van onze jetsers (achterwerken), besloot ik eindelijk een tatoeage te laten zetten die ik al lang wilde,” vertelde ze lachend.

Wat ze liet tatoeëren? Een afbeelding van een vrouwenlichaam – maar niet zomaar een vrouwenlichaam. “Ik dacht: waarom niet mijn eigen lichaam op mijn lichaam?” Het resultaat was een opvallende, persoonlijke tatoeage die haar gesprekspartner zichtbaar verraste. Hij grapte dat hij deze graag eens zou willen zien, waarop ze zonder aarzeling haar been toonde. Het ijs was direct gebroken, en de avond kreeg een luchtige, speelse sfeer.


Waarom zijn deze programma’s zo populair?

De aantrekkingskracht van shows als FD en LLDL ligt in de mix van menselijke emoties, humor, en herkenbaarheid. Kijkers genieten van de ongemakkelijke stiltes, verrassende wendingen en de soms ontroerende momenten wanneer er een klik ontstaat. Daarnaast bieden deze programma’s hoop: wie droomt er niet van om op een onverwacht moment de ware te ontmoeten?

De grote charme van LLDL is dat het kandidaten echt de kans geeft om elkaar te leren kennen. Zonder tijdsdruk ontstaan er diepere gesprekken, en vaak blijkt dat de echte connectie pas na een paar uur ontstaat. In FD is het tempo veel hoger, en moet je als kijker genoegen nemen met korte momenten van spanning en romantiek.


Kritiek op de formats

Ondanks hun populariteit hebben beide programma’s ook te maken met kritiek. Zo wordt FD soms te oppervlakkig genoemd, terwijl LLDL juist te veel vraagt van de deelnemers. Niet iedereen is bereid om een volledige dag vrij te maken voor een date die mogelijk teleurstellend uitpakt.

Daarnaast worden kandidaten regelmatig bekritiseerd op sociale media. Uitspraken of keuzes worden uitvergroot, en sommige deelnemers komen hierdoor negatief in de schijnwerpers te staan. Toch lijken de meeste singles bereid om dit risico te nemen, gedreven door de kans op liefde – en misschien ook een beetje door de mogelijkheid op roem.


Liefde of kijkcijfers?

Critici stellen regelmatig de vraag of deze programma’s daadwerkelijk zijn bedoeld om mensen te helpen de liefde te vinden, of dat ze vooral gericht zijn op het trekken van kijkcijfers. De lage slagingspercentages van FD lijken dat laatste te bevestigen. Maar met ruim 6 procent succes in LLDL bewijst dat programma dat liefde op televisie niet onmogelijk is.

Een ander argument is dat deze programma’s vaak spectaculaire of opvallende kandidaten uitkiezen, wat de kans op daadwerkelijke matches kleiner maakt. Maar tegelijkertijd zorgen deze opvallende verhalen juist voor hoge kijkcijfers en blijvende populariteit.


Waarom blijven we kijken?

Of je nu een hopeless romantic bent of een cynische kijker, er is iets aan deze programma’s dat blijft boeien. Het menselijke verlangen naar verbinding is universeel, en de verrassende wendingen in shows als FD en LLDL maken ze onweerstaanbaar. Bovendien bieden ze een fascinerend inkijkje in hoe mensen omgaan met liefde, onzekerheid en verwachtingen.


Een tweede kans voor liefde

Het verhaal van de vrouw met de tatoeage toont aan dat zelfs in een vluchtig format als FD er bijzondere momenten kunnen ontstaan. Het is een herinnering dat liefde zich op de meest onverwachte manieren kan aandienen, en dat een open geest soms alles is wat nodig is.

Met statistieken die een grotere kans op succes bieden, blijft LLDL de favoriet voor wie serieus op zoek is naar liefde. Maar voor wie een avondje vermaak zoekt, blijft FD een heerlijke guilty pleasure. Beide programma’s bewijzen dat de zoektocht naar liefde – met al zijn ongemakken en verrassingen – nooit zal stoppen met fascineren. Wie weet, misschien vind jij de ware nog op televisie. 🎥💘

Algemeen

Studies tonen aan dat mensen met deze bloedgroep een grotere kans hebben om 100 jaar te worden

Avatar foto

Gepubliceerd

op

Hoe bloedwaarden voorspellen wie 100 jaar kan worden: nieuw onderzoek onthult 10 opvallende biomarkers

Dat sommige mensen zonder veel moeite de leeftijd van 100 jaar bereiken terwijl anderen eerder wegvallen, blijft een van de grootste mysteries in de medische wetenschap. Toch komen onderzoekers langzaam dichterbij een antwoord. Een grootschalig Zweeds onderzoek heeft nu tien specifieke bloedmarkers ontdekt die opmerkelijk nauwkeurig voorspellen welke mensen de grootste kans hebben om extreem oud te worden. Het gaat niet om exotische tests of genetische analyses, maar om simpele bloedwaarden die veel mensen al vanaf hun middelbare leeftijd laten controleren.

De groei van een bijzondere leeftijdsgroep

Honderdjarigen werden vroeger gezien als levende wonderen: uitzonderingen die je maar zelden tegenkwam. Maar dat beeld verandert razendsnel. Sinds de jaren ’70 is het aantal honderdjarigen wereldwijd meer dan verdubbeld. Betere gezondheidszorg, veiliger werk, medicijnen én algemeen bewustzijn over voeding en beweging spelen daarbij een rol. Maar zelfs met al deze factoren blijft één vraag hangen: wat onderscheidt de mensen die het écht tot 100 schoppen?

Een team wetenschappers uit Zweden besloot precies dat uit te zoeken – niet door te kijken naar hun levensstijl, maar door letterlijk hun bloedwaarden te volgen over meerdere decennia.

Het grootste onderzoek naar lange levensduur tot nu toe

De studie betrof maar liefst 44.637 inwoners van Stockholm, allemaal geboren tussen 1893 en 1920. Tussen 1985 en 1996 onderging deze hele groep routinematige bloedtesten. Vervolgens werden ze tot 35 jaar lang gevolgd via nationale gezondheidsregisters. Het ging om mensen die op het moment van bloedafname tussen de 64 en 99 jaar oud waren.

Uiteindelijk bereikten 1.224 van hen de leeftijd van 100 jaar – opvallend genoeg was ruim 84 procent daarvan vrouw, helemaal in lijn met de bekende statistiek dat vrouwen gemiddeld langer leven dan mannen.

De grote vraag was: zaten er in de bloedwaarden van deze mensen aanwijzingen die al decennia eerder konden voorspellen wie de magische grens van 100 zou halen?
Het antwoord: ja, en verrassend duidelijk ook.


De 10 bloedmarkers die de grootste rol spelen

De onderzoekers analyseerden twaalf standaard bloedwaarden, waarvan tien uiteindelijk sterke voorspellers bleken voor levensduur. Het ging onder andere om:

  • Glucose (suikerspiegel)

  • Creatinine (nierfunctie)

  • Urinezuur

  • Leverwaarden zoals GGT, ALP, ASAT en LDH

  • Cholesterol

  • Albumine (voedingsstatus)

  • IJzer en TIBC (ijzerbindende capaciteit)

Wat bleek?

Extreme waarden – zowel te hoog als te laag – verminderden de kans om 100 te worden. Maar meer specifiek viel iets opmerkelijks op: bijna alle 100-plussers hadden al rond hun 60e of 70e levensjaar tamelijk stabiele en gemiddelde waarden. Geen uitschieters, geen zorgwekkende verhogingen, maar rustige, consistente bloedwaardes.

Lage glucose, creatinine en urinezuur

Onderzoeker Karin Modig verwoordde het als volgt:

“Honderdjarigen hadden al vanaf hun zestigste beduidend lagere glucose-, creatinine- en urinezuurwaarden dan leeftijdsgenoten die vroeger 0verleden.”

Zo bleek bijvoorbeeld dat bijna geen enkele honderdjarige rond zijn/haar 60e een glucosewaarde boven de 6,5 mmol/l had gehad. Ook creatininewaarden boven de 125 kwamen onder de honderdjarigen nauwelijks voor.

Ook lever- en ontstekingswaarden voorspelden veel

Lagere waarden van ASAT, LDH, ALP, GGT en TIBC bleken eveneens samen te hangen met een langere levensduur. Dat duidt op:

  • een minder zwaarbelaste lever

  • lagere ontstekingsactiviteit

  • een metabolisme dat minder stress ervaart


Een verrassende wending: cholesterol

Misschien wel de meest opvallende uitkomst van het onderzoek is dat een hoger totaal cholesterolgehalte geassocieerd bleek met een grotere kans om 100 jaar oud te worden.

Dat statement botst frontaal met moderne richtlijnen, waarin juist vaak wordt gestreefd naar lage cholesterolwaarden. Maar deze bevinding sluit wél aan bij eerdere studies die aantonen dat bij zeer oude mensen een te laag cholesterol juist risicovol kan zijn, bijvoorbeeld doordat het kan wijzen op ondervoeding of chronische z!ekte.

Het sleutelwoord is dus opnieuw: balans, en vooral géén extreme waarden.


IJzer werkt hetzelfde: te laag is probleem, niet te hoog

Ook ijzerwaarden lieten een duidelijke trend zien: mensen met te lage ijzerwaarden bleken een veel kleinere kans te hebben om 100 te worden. Een te hoog ijzergehalte kan óók risico’s opleveren, maar extreem lage waarden bleken in deze studie een belangrijke voorspeller van sterfte op latere leeftijd.


Gaat dit over genen of levensstijl?

De grote vraag is natuurlijk wat deze biomarkers zeggen over oorzaken. Want bloedwaarden op zichzelf vertellen nog niet waarom ze goed of slecht zijn.

Volgens Modig:

“We kunnen niet exact zeggen welke levensstijl of genetische factoren zorgen voor deze bloedwaardes, maar voeding, alcoholgebruik en algemene metabole gezondheid spelen waarschijnlijk een grote rol.”

Ook onderstreept ze dat geluk – toevallige afwezigheid van ernstige z!ektes – altijd een factor blijft in extreme ouderdom.

Maar één ding is zeker: de verschillen zagen de onderzoekers al tientallen jaren vóór 0verlijden. Dat wijst erop dat zowel leefstijl als erfelijke aanleg een langdurige invloed heeft.


Wat kunt u zelf met deze informatie?

De studie is géén handleiding om meteen allerlei bloedwaarden te proberen te verlagen of verhogen. De belangrijkste lessen zijn veel subtieler – en vooral veel realistischer.

Hier zijn de rode lijnen:

1. Het gaat om stabiele, gemiddelde waarden

De honderdjarigen bleken geen “perfecte” bloedwaarden te hebben, maar vooral:

  • niet te hoog

  • niet te laag

  • nauwelijks schommelingen

Een rustige metabole gezondheid blijkt goud waard.

2. Een gezonde bloedsuikerspiegel is cruciaal

Hier is geen discussie over: lagere, stabiele glucosewaarden geven een grotere kans op een lang leven.

3. Let op nierfunctie en ontstekingswaarden

Creatinine en urinezuur lijken veel te zeggen over de algemene gezondheid op de lange termijn. Lage, stabiele waarden waren een duidelijke voorspeller.

4. Extreme diëten die cholesterol té laag maken zijn mogelijk niet gunstig

Cholesterol blijft complex, maar té laag is zeker niet altijd beter.

5. Houd uw lever gezond

Lage ALP, GGT en ASAT stonden vrijwel altijd gelijk aan een langere levensduur.

6. IJzer moet in balans zijn

Vooral een tekort op oudere leeftijd bleek nadelig.


Simpel gezegd: je hoeft niet perfect te zijn, maar je moet in balans blijven

Gezond eten, voldoende bewegen, goede slaap, matigheid met alcohol en regelmatige check-ups bij de huisarts liggen dus volkomen in lijn met de bloedwaardes van de honderdjarigen. Ze leefden niet extreem streng, maar wel consequent gezond.

Daarbij geldt: hoe eerder in het leven de bloedwaarden binnen een gezond bereik vallen, hoe gunstiger de voorspelling.


Denkt u na over uw eigen gezondheid?

Deze studie laat zien dat de basis van een lang leven, deels al vanaf middelbare leeftijd zichtbaar wordt. Niet als garantie, maar als richtingaanwijzer. Routinecontroles kunnen helpen trends in bloedwaarden vroeg op te merken, zodat u tijdig bij kunt sturen.

Of het nu gaat om bewegen, gezonde voeding, minder stress of simpelweg beter slapen: elke kleine verbetering telt mee voor de lange termijn.

Lees verder