Algemeen
Zo nipt was het voor Tom Waes: 40 minuten behandeld op snelweg en een politiewagen vanuit Nederland voor zijn zoon
Zo Nipt Was Het Voor Tom Waes: 40 Minuten Behandeling op de Snelweg en Hulp uit Nederland Voor Zijn Zoon
De zware cr*sh van Tom Waes (56) afgelopen weekend heeft diepe indruk gemaakt. De Vlaamse televisiepresentator reed met zijn oldtimer Porsche frontaal tegen een botsabsorbeerder, een pijlwagen met een stootkussen, op de Antwerpse snelweg. Het 0ngeval vond plaats ter hoogte van kilometerpaal 13.3, en de situatie was dusdanig ernstig dat h*lpdiensten maar liefst veertig minuten nodig hadden om hem te stabiliseren. Toch lijkt Tom, bekend om zijn vele avonturen, het 0ngeluk te 0verleven. Dit is een reconstructie van de nacht die bijna fataal afliep voor Vlaanderens bekendste tv-gezicht.

Het 0ngeval
Het ging mis op de Antwerpse Ring, richting Gent, net na middernacht. Tom Waes reed met zijn geliefde oldtimer Porsche, een wagen die hij al jaren koestert, toen hij plotseling op een pijlwagen knalde. De botsabsorbeerder stond daar vanwege wegwerkzaamheden, maar het lijkt erop dat Tom de wagen te laat opmerkte.
Volgens getuigen reed de Porsche op dat moment niet met overdreven snelheid, maar de klap was desondanks enorm. Het voertuig werd volledig verwoest, en Tom zat bekneld in het wr*k. De h*lpdiensten arriveerden snel en troffen een kritieke situatie aan. “Tom was buiten bewustzijn en zijn toestand was levensbedre!gend,” aldus een woordvoerder van de federale p0litie.
40 Minuten op de Snelweg
De h*lpdiensten waren maar liefst veertig minuten bezig om Tom uit zijn auto te bevrijden en zijn situatie te stabiliseren. Het dak van zijn Porsche moest volledig worden verwijderd om hem uit de wagen te halen. Ter plekke begonnen de h*lpverleners met rean!matie, terwijl een tra*mahelikopter standby werd gehouden. “We hebben alles op alles gezet,” vertelde een van de br*ndweermannen later. “Zijn toestand was kritiek, maar we wisten dat snelheid essentieel was.”

Eenmaal bevrijd werd Tom met spoed naar het Universitair Z!ekenhuis Antwerpen gebracht. Zijn familie werd direct op de hoogte gesteld, en de ernst van de situatie werd duidelijk gemaakt. De eerste berichten spraken van meerdere b0tbreuken en intern l*tsel. Ondanks de ernst van zijn verw0ndingen werd zijn toestand in de loop van de ochtend als stabiel omschreven.
Hulp uit Nederland voor Zijn Zoon
Naast de medische inspanningen werd ook een emotionele 0peratie op gang gezet. Toms oudste zoon bevond zich op dat moment in Nederland en kreeg ’s nachts het nieuws te horen. Omdat de situatie aanvankelijk levensbedre!gend leek, werd besloten dat hij zo snel mogelijk naar Antwerpen moest worden gebracht.
De Belgische p0litie schakelde hiervoor hun Nederlandse collega’s in. Een p0litiewagen bracht Toms zoon met spoed naar het z!ekenhuis, zodat hij bij zijn vader kon zijn. Dit gebaar benadrukt hoe ernstig de situatie werd ingeschat in de eerste uren na het 0ngeval.

Wat Ging Er Mis?
Hoewel het exacte oorzaak van het 0ngeval nog wordt onderzocht, lijkt het erop dat Tom de pijlwagen niet of te laat heeft opgemerkt. De botsabsorbeerder stond opgesteld vanwege geplande wegwerkzaamheden. Het parket van Antwerpen heeft laten weten dat ze de omstandigheden van het 0ngeval grondig onderzoeken. Er is geen sprake van betrokkenheid van alcohol of drugs, maar vermoeidheid wordt niet uitgesloten.
Een wegwerker die bij de pijlwagen betrokken was, liep lichte verw0ndingen op, maar raakte niet ernstig gew0nd. “Het had veel erger kunnen aflopen,” aldus een woordvoerder van de wegbeheerder. “Tom Waes heeft geluk gehad dat hij in een auto zat met goede veiligheidsvoorzieningen, anders hadden we hier wellicht een ander verhaal verteld.”
De Man Met Negen Levens
Tom Waes staat bekend om zijn avontuurlijke geest en durf. Als presentator van programma’s zoals Reizen Waes en Undercover heeft hij de wereld rondgereisd en zich vaak in risicovolle situaties bevonden. Ironisch genoeg vond dit 0ngeval plaats op een relatief rustige Belgische snelweg.

Vrienden en collega’s noemen hem liefkozend “de man met negen levens.” Actrice Anna Drijver, zijn collega in de serie Undercover, reageerde geschokt maar optimistisch. “Tom heeft al zoveel meegemaakt. Hij is een vechter en ik geloof erin dat hij hier ook bovenop komt.”
Frank Lammers, eveneens bekend van Undercover, gaf aan hoezeer het nieuws hem raakte. “Je denkt altijd dat zoiets hem niet kan overkomen, maar het laat zien hoe kwetsbaar we allemaal zijn.”
Reacties van Familie en VRT
De familie van Tom heeft via de VRT een verklaring gegeven: “Tom is inmiddels bij bewustzijn, ademt zelfstandig en heeft ons gesproken. Zijn toestand is nog steeds ernstig, maar we zijn dankbaar dat hij uit levensgeva*r is. We vragen respect en privacy in deze moeilijke tijd.”
De VRT, de omroep waarvoor Tom veel van zijn programma’s maakt, deelde eveneens een bericht van steun. “Tom is een icoon in de Belgische televisie en een geliefde collega. Onze gedachten zijn bij hem en zijn familie.”

De Nasleep
Hoewel Tom nu stabiel is, staat hem een lange weg van herstel te wachten. Het is nog onduidelijk hoe zijn verw0ndingen zijn werk en toekomstige projecten zullen beïnvloeden. Zijn team heeft laten weten dat alle geplande opnames voor Reizen Waes voorlopig zijn uitgesteld.
Zijn manager gaf aan dat de gezondheid van Tom de hoogste prioriteit heeft. “We zijn dankbaar voor de steun die we van alle kanten ontvangen. Het is hartverwarmend om te zien hoeveel mensen met hem meeleven.”
Een Levensles
Het 0ngeval van Tom Waes herinnert ons eraan hoe snel het leven kan veranderen. Ondanks alle gevaren die hij tijdens zijn avonturen heeft doorstaan, bracht een 0ngeluk op een bekende snelweg hem in levensgeva*r. Het incident benadrukt ook het belang van verkeersveiligheid en de noodzaak om altijd alert te blijven, hoe ervaren of voorzichtig je ook bent.
Tom Waes heeft eerder bewezen een doorzetter te zijn, en zijn fans hebben er alle vertrouwen in dat hij ook deze uitdaging zal overwinnen. Voor nu blijft het afwachten hoe zijn herstel zal verlopen, maar één ding is zeker: België hoopt hun geliefde avonturier snel weer gezond en wel terug te zien.
Algemeen
Nieuw plan Rob Jetten roept enorme weerstand op in het hele land: ”Waar stopt dit”

Rob Jetten wil straatverlichting dimmen: waarom zijn voorstel zoveel losmaakt in Nederland
Het debat over energie, duurzaamheid en de toekomst van ons stroomnet bereikt steeds vaker de dagelijkse leefomgeving van Nederlanders. Waar de energietransitie lange tijd draaide om grote windparken, zonnepanelen en internationale klimaatdoelen, schuift die discussie nu steeds zichtbaarder richting maatregelen die bewoners direct raken. Een van de meest besproken voorstellen van dit moment komt van D66-leider Rob Jetten, die onlangs opperde om in heel Nederland de straatverlichting in de avonduren te dimmen of op rustige momenten zelfs (deels) uit te schakelen.

De gedachte daarachter is volgens Jetten eenvoudig: als Nederland slimmer met energie omgaat, kunnen we het overbelaste stroomnet ontlasten en tegelijkertijd het bewustzijn vergroten over ons eigen energieverbruik. Maar wat voor de één klinkt als een praktische stap in een groter duurzaamheidsplan, voelt voor de ander als een directe aantasting van veiligheid, leefbaarheid en comfort.
Het voorstel leidde binnen enkele uren tot een vloedgolf aan reacties. Zowel online als in lokale gemeenteraden werd fel gediscussieerd over de vraag: kan je zomaar het licht in de openbare ruimte terugschroeven?
In deze uitgebreide analyse zetten we de achtergronden, reacties, zorgen én mogelijke oplossingen op een rij.

Waarom straatverlichting volgens Jetten op tafel ligt
Rob Jetten, die zich tijdens zijn politieke loopbaan heeft ontpopt tot een van de meest zichtbare voorstanders van een duurzame toekomst, benadrukt dat Nederland op een belangrijk kruispunt staat. De vraag naar elektriciteit stijgt razendsnel, onder meer door de groei van elektrische auto’s, warmtepompen, datacenters en industrieën die overstappen op elektrisch produceren.
Het stroomnet raakt daardoor steeds voller. Op sommige plekken zijn er al wachtlijsten voor bedrijven, sportclubs en woningprojecten die willen aansluiten.
Volgens Jetten is het daarom noodzakelijk om te kijken waar op korte termijn ruimte gecreëerd kan worden:
-
zonder ingewikkelde procedures,
-
zonder miljardeninvesteringen,
-
en zonder ingrijpende verbouwingen.
Openbare verlichting vormt daarbij een interessant puzzelstuk. In Nederland staan ruim 3,5 miljoen lichtmasten, die samen verantwoordelijk zijn voor een aanzienlijk deel van het energiegebruik van gemeenten.
Dat betekent volgens Jetten niet dat het licht overal en altijd uit moet. Hij pleit voor slimme verlichting: fel waar nodig, gedimd waar mogelijk.

“Het gaat niet om besparen om het besparen,” benadrukte hij. “Het gaat om bewust omgaan met energie op momenten dat het net overbelast is.”
Hij wijst erop dat veel gemeenten al experimenteren met sensoren, dimschema’s en energiezuinige LED-verlichting. In sommige dorpen gaat het licht automatisch feller branden zodra er iemand langsloopt; op andere plekken wordt verlichting ’s nachts al deels gedimd.
Toch vindt Jetten dat dit niet langer afhankelijk mag zijn van individuele gemeenten: er moet een landelijke strategie komen.

De zorgen van burgers: ‘Een donkere straat voelt niet veilig’
Waar Jetten vooral kijkt naar duurzaamheid en het efficiënt inzetten van energie, klinkt bij veel Nederlanders een heel andere zorg: veiligheid.
1. Onveiligheidsgevoel
Vooral vrouwen, ouderen en ouders van tieners spreken zich daar duidelijk over uit. Donkere straten worden al snel geassocieerd met onoverzichtelijke situaties, minder zicht en een groter gevoel van kwetsbaarheid.
Het gaat daarbij niet alleen om daadwerkelijke risico’s, maar vooral om het gevoel dat ontstaat wanneer een buurt minder verlicht is.
“Je voelt je gewoon minder
prettig in het donker,” schrijft een gebruiker op X.
“Hoe leg ik mijn dochter van 15 uit dat ze voortaan door donkere
straten naar huis moet fietsen?”
2. Verkeersveiligheid
Verkeersdeskundigen wijzen daarnaast op de gevaren van te weinig licht op:
-
rotondes
-
kruispunten
-
fietspaden
-
oversteken
-
landelijke wegen zonder vangrails
Nederland is een fietsland, en goede zichtbaarheid is een belangrijk onderdeel van verkeersveiligheid. Vooral in de herfst- en wintermaanden, wanneer veel scholieren vroeg vertrekken en laat thuiskomen, kan dimmen volgens experts tot verwarrende of gevaarlijke situaties leiden.
Een verkeersonderzoeker uit
Utrecht verwoordde het zo:
“Het is een begrijpelijke maatregel vanuit energiebesparing, maar
we moeten ontzettend voorzichtig zijn. Je wilt geen risico dat te
voorkomen was.”
Is de energiewinst wel zo groot?
Een andere lijn van kritiek richt zich op de vraag of deze maatregel überhaupt veel oplevert. Straatverlichting zou volgens sceptici maar een klein deel zijn van het totale energieverbruik in Nederland.
Critici noemen het daarom symboolpolitiek: zichtbaar, maar niet substantieel.
Waarom, zo vragen zij, ligt de focus op:
-
gezinnen,
-
woonwijken,
-
dorpen en steden,
terwijl energie-intensieve sectoren zoals industrie, datacenters, agrarische bedrijven en luchtvaart minder vaak onderwerp zijn van dergelijke maatregelen?
De kritiek komt neer op één
vraag:
Wordt de
verantwoordelijkheid eerlijk verdeeld?
Jetten reageerde daarop door te zeggen dat de energietransitie een gezamenlijke inspanning is, waarbij zowel grote als kleine maatregelen bijdragen aan het geheel.
Experts vragen om nuance: niet overal hoeft het licht aan te blijven
Hoewel veel Nederlanders moeite hebben met het voorstel, klinkt er ook constructieve feedback.
Locatiegebonden verlichtingsplannen
Steeds meer experts pleiten voor een gebiedsgerichte aanpak. Niet elke straat hoeft dezelfde hoeveelheid licht. Mogelijke plekken waar dimmen wél verantwoord kan zijn:
-
lege parkeerplaatsen na 22.00 uur
-
industrieterreinen buiten werktijden
-
fietspaden met sensoren die licht aanzetten bij beweging
-
sportcomplexen die ’s nachts gesloten zijn
-
parken waar geen doorstroom is
Deze aanpak wordt in delen van Duitsland en Scandinavië al toegepast.
Slimme technologie als alternatief
Nederland loopt technisch voorop en beschikt over:
-
LED-lampen die 90% minder energie verbruiken dan oude lampen
-
sensoren die licht automatisch laten oplichten bij beweging
-
slimme lantaarnpalen die onderling communiceren
Volgens ingenieurs is het zelfs mogelijk om verlichting volledig te laten reageren op het aantal voorbijgangers, de verkeersdrukte en weersomstandigheden.
De vraag is dus niet óf er bespaard kan worden, maar hoe dat kan zonder dat mensen zich onveilig voelen.
Gemeenten zitten klem: zij moeten het uiteindelijk uitvoeren
Gemeentebesturen reageren verdeeld. Veel gemeenten willen wel bijdragen aan energiebesparing, maar benadrukken dat zij dagelijks verantwoordelijk zijn voor de leefbaarheid van wijken.
Een wethouder uit
Noord-Brabant zei hierover:
“Wij zijn de eersten die gebeld worden wanneer een lantaarnpaal uit
staat. Mensen voelen het meteen in hun eigen straat. Je kunt dat
niet met één landelijke maatregel oplossen.”
Daarnaast zitten veel gemeenten vast aan:
-
bestaande verlichtingscontracten
-
onderhoudsplannen
-
oude infrastructuur die niet zomaar aangepast kan worden
Een landelijke verplichting zou daarom niet alleen gevoelig liggen, maar ook technisch lastig uitvoerbaar zijn.

De grotere discussie: wie draagt de last van de energietransitie?
Onder de oppervlakte speelt
een bredere vraag:
Wie draagt het meest de
gevolgen van duurzaamheidsmaatregelen?
Burgers zien steeds:
-
hogere energierekeningen
-
strengere regels in huis
-
discussies over zonnepanelen en warmtepompen
-
nu ook mogelijke aanpassingen in de openbare ruimte
Daarbij ontstaat het gevoel dat huishoudens veel moeten inleveren, terwijl grote bedrijven minder zichtbare offers brengen.
Jetten benadrukt dat dit beeld niet klopt en dat het bedrijfsleven juist zware transitie-eisen krijgt opgelegd. Toch blijft het gevoel bestaan dat de balans niet altijd eerlijk voelt—een gevoel dat eerder al opdook in debatten over stikstof, klimaatplannen en woningbouw.

De politieke dimensie: waarom het voorstel gevoelig ligt
In de politiek wordt het voorstel nauwlettend in de gaten gehouden, omdat het raakt aan gevoelige thema’s zoals:
-
veiligheid
-
leefbaarheid
-
energiearmoede
-
vertrouwen in de overheid
Voor oppositiepartijen vormt het voorstel een kans om vragen te stellen over de koers van het klimaatbeleid. Coalitiepartners worstelen juist met de balans tussen ambitie en uitvoerbaarheid.
Er wordt gevreesd dat een maatregel die als “klein en praktisch” wordt gepresenteerd, in de praktijk kan uitgroeien tot een bron van grote maatschappelijke weerstand.

Waar liggen de kansen voor een gezamenlijk plan?
Als er één ding duidelijk is, dan is het dat niemand in Nederland zit te wachten op onveilige situaties. Maar veel Nederlanders zien wél dat energiebesparing gewenst is.
De oplossing lijkt daarom te liggen in een combinatie van:
-
slimme technologie
-
gebiedsgericht maatwerk
-
goede communicatie
-
burgerparticipatie
-
transparante data over effecten en energiewinsten
Een landelijke strategie kan werken — maar alleen als deze rekening houdt met de diversiteit van Nederlandse straten, wijken en inwoners.

Een gesprek dat nog lang niet voorbij is
Het voorstel van Rob Jetten heeft losgemaakt wat veel Nederlanders al langer voelen: de energietransitie schuift steeds dichter naar het persoonlijke domein. Waar het eerst ging over windmolens, CO₂-doelen en internationale afspraken, gaat het nu over de straat waarin je woont en de route die je ’s avonds fietst.
De behoefte aan duidelijkheid, nuance en veiligheid is groter dan ooit.
De komende maanden zullen bepalend zijn voor hoe dit voorstel verder wordt opgepakt. Gemeenten, experts, bewoners en politici zullen hun stemmen laten horen. Want hoe noodzakelijk energiebesparing ook is, de manier waarop dat gebeurt moet passen bij het dagelijks leven van miljoenen Nederlanders.
Wat vind jij?
Moet Nederland slimmer omgaan met verlichting, of is dit een grens
die niet overschreden mag worden?
Praat mee op onze Facebookpagina en deel je mening.