-

Algemeen

Verdrietig nieuws voor OML-Jegor: ”Enorm grote klap”

Avatar foto

Gepubliceerd

op

Jegor Chamrai deelt verdrietig nieuws: ‘Een rare start van de week, veel slecht nieuws gehoord’

Jegor Chamrai, bekend van het televisieprogramma Over Mijn Lijk, heeft op Instagram zijn emoties gedeeld na een emotioneel zware week. De 33-jarige, die kampt met een kwaadaardige hersentum0r, schreef openhartig over het verdriet dat hij ervaart door slecht nieuws over anderen en zijn eigen situatie. Zijn post raakt velen, met name omdat Jegor ondanks alles de kracht vindt om het leven voluit te omarmen.

Een zware week voor Jegor

Jegor, die deelnam aan het tiende seizoen van Over Mijn Lijk, plaatste een emotionele Instagram Story waarin hij een foto van zichzelf deelde. Hij schreef daarbij: “Een rare start van de week. Veel slecht nieuws gehoord van andere jongvolwassenen met k*nker, het 0verlijden van Eva, en mijn eigen MR! die in januari gepland staat.”

De combinatie van persoonlijke zorgen en het verdrietige nieuws uit zijn omgeving heeft een diepe impact gehad. Jegor gaf aan: “Ik heb wel een klap gehad van al dit nieuws. Tegelijkertijd ben ik vastberaden om het volle uit het leven te halen!”

Leven in reservetijd

Jegor heeft te maken met een onzekere toekomst door de hersentum0r die bij hem werd vastgesteld. Ondanks zijn beperkte levensverwachting, besloot hij samen met zijn vrouw Daisy om een gezin te stichten. Begin dit jaar werden ze de trotse ouders van hun zoontje Lev. Het besluit om voor een kind te gaan was niet zonder twijfels. Jegor deelde eerder dat hij soms worstelt met schuldgevoelens richting zijn zoon.

In Over Mijn Lijk: De Reünie vertelde Jegor: “Laatst hebben we minder goed nieuws gehoord, en dan krijg ik bijna een schuldgevoel, van: waarom heb ik dit gedaan?” Hij doelt hiermee op de angst dat zijn zoon op jonge leeftijd afscheid van hem zal moeten nemen. Jegor sprak hierover met presentator Tim Hofman: “Ik ben gewoon zo bang dat er een fase komt dat hij mij niet herinnert omdat ik te snel doodga.”

De impact van Eva’s 0verlijden

Afgelopen zaterdag 0verleed mede Over Mijn Lijk-deelnemer Eva Hermans-Kroot op slechts 26-jarige leeftijd aan de gevolgen van longk*nker. Haar 0verlijden heeft Jegor diep geraakt. Eva werd net als Jegor geliefd bij het publiek vanwege haar openhartigheid en positieve instelling, ondanks haar z!ekte.

Eva’s laatste dagen werden intens gevolgd, en haar afscheidsgesprek met Qmusic-dj Mattie Valk en zijn team ging viraal. In dat gesprek bedankte Eva haar familie, vrienden en de luisteraars voor hun steun. Jegor heeft via Instagram laten weten dat het 0verlijden van Eva hem hard heeft geraakt. Haar veerkracht en vastberadenheid blijven voor hem en velen een bron van inspiratie.

Schuldgevoel en hoop

Jegor’s keuze om vader te worden, ondanks zijn z!ekte, brengt niet alleen vreugde, maar ook zorgen met zich mee. Hij uitte tegenover Tim Hofman zijn angst dat zijn zoon Lev hem misschien niet zal herinneren. “Ik hoop zo dat ik genoeg tijd krijg om hem te leren kennen en dat hij iets van mij meeneemt voor de rest van zijn leven,” zei hij tijdens de reünie-aflevering van het programma.

Toch wil Jegor zich niet laten verlammen door deze angsten. In zijn Instagram Story benadrukte hij zijn vastberadenheid om het maximale uit het leven te halen, ondanks de uitdagingen die op zijn pad komen. Zijn woorden resoneren bij veel volgers die hem steunen in zijn strijd en zijn optimisme bewonderen.

Een golf van steun

Na zijn emotionele Instagram Story stroomden de steunbetuigingen binnen. Volgers laten weten hoeveel respect ze hebben voor Jegor’s veerkracht en openheid. Een volger schreef: “Je bent een inspiratie voor velen. Blijf doorgaan, voor jezelf en voor je gezin.” Een ander voegde toe: “Het is bewonderenswaardig hoe je met zoveel moed en liefde door deze moeilijke tijden gaat.”

Ook zijn deelname aan Over Mijn Lijk heeft veel mensen geraakt. Het programma biedt een platform aan mensen die ondanks een terminale z!ekte hun dromen najagen en het leven vieren. Jegor’s verhaal, net als dat van Eva, herinnert kijkers eraan hoe kostbaar het leven is.

Een onzeker vooruitzicht

Jegor kijkt in januari aan tegen een nieuwe MR!-scan, waarvan de uitslag zal bepalen hoe zijn z!ekte zich ontwikkelt. Deze periode van onzekerheid brengt spanning met zich mee, maar Jegor blijft zich richten op wat echt belangrijk is: tijd doorbrengen met zijn vrouw Daisy en hun zoon Lev.

Zijn openheid over zijn gevoelens en worstelingen biedt troost aan andere jonge mensen die met vergelijkbare situaties te maken hebben. Jegor’s verhaal benadrukt de kracht van kwetsbaarheid en hoe belangrijk het is om liefde en steun te vinden in moeilijke tijden.

Over Mijn Lijk: Een blijvende erfenis

Het programma Over Mijn Lijk blijft een unieke plek bieden voor verhalen zoals die van Jegor en Eva. Beide deelnemers hebben een diepe indruk achtergelaten op het publiek, niet alleen door hun moed, maar ook door hun vastberadenheid om betekenisvolle keuzes te maken, zelfs in het aangezicht van onoverkomelijke uitdagingen.

Het 0verlijden van Eva heeft het programma en zijn kijkers opnieuw herinnerd aan de harde realiteit waarmee deze deelnemers worden geconfronteerd. Tegelijkertijd benadrukt het de waarde van de tijd die we hebben en hoe belangrijk het is om het leven te vieren.

Blik op de toekomst

Jegor’s emotionele update en zijn vastberadenheid om te blijven genieten van het leven, ondanks tegenslagen, dienen als een krachtige herinnering aan de veerkracht van de menselijke geest. Hij blijft niet alleen een inspiratiebron voor zijn volgers, maar ook voor iedereen die te maken heeft met z!ekte en verlies.

Zijn verhaal, net als dat van Eva, is een oproep om bewust te leven, tijd door te brengen met dierbaren en de momenten van geluk te koesteren, hoe kort ze ook mogen duren. Terwijl Jegor zich voorbereidt op de komende uitdagingen, blijft zijn positiviteit een lichtpuntje voor velen.

Algemeen

Nieuw plan Rob Jetten roept enorme weerstand op in het hele land: ”Waar stopt dit”

Avatar foto

Gepubliceerd

op

Rob Jetten wil straatverlichting dimmen: waarom zijn voorstel zoveel losmaakt in Nederland

Het debat over energie, duurzaamheid en de toekomst van ons stroomnet bereikt steeds vaker de dagelijkse leefomgeving van Nederlanders. Waar de energietransitie lange tijd draaide om grote windparken, zonnepanelen en internationale klimaatdoelen, schuift die discussie nu steeds zichtbaarder richting maatregelen die bewoners direct raken. Een van de meest besproken voorstellen van dit moment komt van D66-leider Rob Jetten, die onlangs opperde om in heel Nederland de straatverlichting in de avonduren te dimmen of op rustige momenten zelfs (deels) uit te schakelen.

De gedachte daarachter is volgens Jetten eenvoudig: als Nederland slimmer met energie omgaat, kunnen we het overbelaste stroomnet ontlasten en tegelijkertijd het bewustzijn vergroten over ons eigen energieverbruik. Maar wat voor de één klinkt als een praktische stap in een groter duurzaamheidsplan, voelt voor de ander als een directe aantasting van veiligheid, leefbaarheid en comfort.

Het voorstel leidde binnen enkele uren tot een vloedgolf aan reacties. Zowel online als in lokale gemeenteraden werd fel gediscussieerd over de vraag: kan je zomaar het licht in de openbare ruimte terugschroeven?

In deze uitgebreide analyse zetten we de achtergronden, reacties, zorgen én mogelijke oplossingen op een rij.


Waarom straatverlichting volgens Jetten op tafel ligt

Rob Jetten, die zich tijdens zijn politieke loopbaan heeft ontpopt tot een van de meest zichtbare voorstanders van een duurzame toekomst, benadrukt dat Nederland op een belangrijk kruispunt staat. De vraag naar elektriciteit stijgt razendsnel, onder meer door de groei van elektrische auto’s, warmtepompen, datacenters en industrieën die overstappen op elektrisch produceren.

Het stroomnet raakt daardoor steeds voller. Op sommige plekken zijn er al wachtlijsten voor bedrijven, sportclubs en woningprojecten die willen aansluiten.

Volgens Jetten is het daarom noodzakelijk om te kijken waar op korte termijn ruimte gecreëerd kan worden:

  • zonder ingewikkelde procedures,

  • zonder miljardeninvesteringen,

  • en zonder ingrijpende verbouwingen.

Openbare verlichting vormt daarbij een interessant puzzelstuk. In Nederland staan ruim 3,5 miljoen lichtmasten, die samen verantwoordelijk zijn voor een aanzienlijk deel van het energiegebruik van gemeenten.

Dat betekent volgens Jetten niet dat het licht overal en altijd uit moet. Hij pleit voor slimme verlichting: fel waar nodig, gedimd waar mogelijk.

“Het gaat niet om besparen om het besparen,” benadrukte hij. “Het gaat om bewust omgaan met energie op momenten dat het net overbelast is.”

Hij wijst erop dat veel gemeenten al experimenteren met sensoren, dimschema’s en energiezuinige LED-verlichting. In sommige dorpen gaat het licht automatisch feller branden zodra er iemand langsloopt; op andere plekken wordt verlichting ’s nachts al deels gedimd.

Toch vindt Jetten dat dit niet langer afhankelijk mag zijn van individuele gemeenten: er moet een landelijke strategie komen.


De zorgen van burgers: ‘Een donkere straat voelt niet veilig’

Waar Jetten vooral kijkt naar duurzaamheid en het efficiënt inzetten van energie, klinkt bij veel Nederlanders een heel andere zorg: veiligheid.

1. Onveiligheidsgevoel

Vooral vrouwen, ouderen en ouders van tieners spreken zich daar duidelijk over uit. Donkere straten worden al snel geassocieerd met onoverzichtelijke situaties, minder zicht en een groter gevoel van kwetsbaarheid.

Het gaat daarbij niet alleen om daadwerkelijke risico’s, maar vooral om het gevoel dat ontstaat wanneer een buurt minder verlicht is.

“Je voelt je gewoon minder prettig in het donker,” schrijft een gebruiker op X.
“Hoe leg ik mijn dochter van 15 uit dat ze voortaan door donkere straten naar huis moet fietsen?”

2. Verkeersveiligheid

Verkeersdeskundigen wijzen daarnaast op de gevaren van te weinig licht op:

  • rotondes

  • kruispunten

  • fietspaden

  • oversteken

  • landelijke wegen zonder vangrails

Nederland is een fietsland, en goede zichtbaarheid is een belangrijk onderdeel van verkeersveiligheid. Vooral in de herfst- en wintermaanden, wanneer veel scholieren vroeg vertrekken en laat thuiskomen, kan dimmen volgens experts tot verwarrende of gevaarlijke situaties leiden.

Een verkeersonderzoeker uit Utrecht verwoordde het zo:
“Het is een begrijpelijke maatregel vanuit energiebesparing, maar we moeten ontzettend voorzichtig zijn. Je wilt geen risico dat te voorkomen was.”


Is de energiewinst wel zo groot?

Een andere lijn van kritiek richt zich op de vraag of deze maatregel überhaupt veel oplevert. Straatverlichting zou volgens sceptici maar een klein deel zijn van het totale energieverbruik in Nederland.

Critici noemen het daarom symboolpolitiek: zichtbaar, maar niet substantieel.

Waarom, zo vragen zij, ligt de focus op:

  • gezinnen,

  • woonwijken,

  • dorpen en steden,

terwijl energie-intensieve sectoren zoals industrie, datacenters, agrarische bedrijven en luchtvaart minder vaak onderwerp zijn van dergelijke maatregelen?

De kritiek komt neer op één vraag:
Wordt de verantwoordelijkheid eerlijk verdeeld?

Jetten reageerde daarop door te zeggen dat de energietransitie een gezamenlijke inspanning is, waarbij zowel grote als kleine maatregelen bijdragen aan het geheel.


Experts vragen om nuance: niet overal hoeft het licht aan te blijven

Hoewel veel Nederlanders moeite hebben met het voorstel, klinkt er ook constructieve feedback.

Locatiegebonden verlichtingsplannen

Steeds meer experts pleiten voor een gebiedsgerichte aanpak. Niet elke straat hoeft dezelfde hoeveelheid licht. Mogelijke plekken waar dimmen wél verantwoord kan zijn:

  • lege parkeerplaatsen na 22.00 uur

  • industrieterreinen buiten werktijden

  • fietspaden met sensoren die licht aanzetten bij beweging

  • sportcomplexen die ’s nachts gesloten zijn

  • parken waar geen doorstroom is

Deze aanpak wordt in delen van Duitsland en Scandinavië al toegepast.

Slimme technologie als alternatief

Nederland loopt technisch voorop en beschikt over:

  • LED-lampen die 90% minder energie verbruiken dan oude lampen

  • sensoren die licht automatisch laten oplichten bij beweging

  • slimme lantaarnpalen die onderling communiceren

Volgens ingenieurs is het zelfs mogelijk om verlichting volledig te laten reageren op het aantal voorbijgangers, de verkeersdrukte en weersomstandigheden.

De vraag is dus niet óf er bespaard kan worden, maar hoe dat kan zonder dat mensen zich onveilig voelen.


Gemeenten zitten klem: zij moeten het uiteindelijk uitvoeren

Gemeentebesturen reageren verdeeld. Veel gemeenten willen wel bijdragen aan energiebesparing, maar benadrukken dat zij dagelijks verantwoordelijk zijn voor de leefbaarheid van wijken.

Een wethouder uit Noord-Brabant zei hierover:
“Wij zijn de eersten die gebeld worden wanneer een lantaarnpaal uit staat. Mensen voelen het meteen in hun eigen straat. Je kunt dat niet met één landelijke maatregel oplossen.”

Daarnaast zitten veel gemeenten vast aan:

  • bestaande verlichtingscontracten

  • onderhoudsplannen

  • oude infrastructuur die niet zomaar aangepast kan worden

Een landelijke verplichting zou daarom niet alleen gevoelig liggen, maar ook technisch lastig uitvoerbaar zijn.


De grotere discussie: wie draagt de last van de energietransitie?

Onder de oppervlakte speelt een bredere vraag:
Wie draagt het meest de gevolgen van duurzaamheidsmaatregelen?

Burgers zien steeds:

  • hogere energierekeningen

  • strengere regels in huis

  • discussies over zonnepanelen en warmtepompen

  • nu ook mogelijke aanpassingen in de openbare ruimte

Daarbij ontstaat het gevoel dat huishoudens veel moeten inleveren, terwijl grote bedrijven minder zichtbare offers brengen.

Jetten benadrukt dat dit beeld niet klopt en dat het bedrijfsleven juist zware transitie-eisen krijgt opgelegd. Toch blijft het gevoel bestaan dat de balans niet altijd eerlijk voelt—een gevoel dat eerder al opdook in debatten over stikstof, klimaatplannen en woningbouw.


De politieke dimensie: waarom het voorstel gevoelig ligt

In de politiek wordt het voorstel nauwlettend in de gaten gehouden, omdat het raakt aan gevoelige thema’s zoals:

  • veiligheid

  • leefbaarheid

  • energiearmoede

  • vertrouwen in de overheid

Voor oppositiepartijen vormt het voorstel een kans om vragen te stellen over de koers van het klimaatbeleid. Coalitiepartners worstelen juist met de balans tussen ambitie en uitvoerbaarheid.

Er wordt gevreesd dat een maatregel die als “klein en praktisch” wordt gepresenteerd, in de praktijk kan uitgroeien tot een bron van grote maatschappelijke weerstand.


Waar liggen de kansen voor een gezamenlijk plan?

Als er één ding duidelijk is, dan is het dat niemand in Nederland zit te wachten op onveilige situaties. Maar veel Nederlanders zien wél dat energiebesparing gewenst is.

De oplossing lijkt daarom te liggen in een combinatie van:

  • slimme technologie

  • gebiedsgericht maatwerk

  • goede communicatie

  • burgerparticipatie

  • transparante data over effecten en energiewinsten

Een landelijke strategie kan werken — maar alleen als deze rekening houdt met de diversiteit van Nederlandse straten, wijken en inwoners.


Een gesprek dat nog lang niet voorbij is

Het voorstel van Rob Jetten heeft losgemaakt wat veel Nederlanders al langer voelen: de energietransitie schuift steeds dichter naar het persoonlijke domein. Waar het eerst ging over windmolens, CO₂-doelen en internationale afspraken, gaat het nu over de straat waarin je woont en de route die je ’s avonds fietst.

De behoefte aan duidelijkheid, nuance en veiligheid is groter dan ooit.

De komende maanden zullen bepalend zijn voor hoe dit voorstel verder wordt opgepakt. Gemeenten, experts, bewoners en politici zullen hun stemmen laten horen. Want hoe noodzakelijk energiebesparing ook is, de manier waarop dat gebeurt moet passen bij het dagelijks leven van miljoenen Nederlanders.

Wat vind jij?
Moet Nederland slimmer omgaan met verlichting, of is dit een grens die niet overschreden mag worden?
Praat mee op onze Facebookpagina en deel je mening.

Lees verder