Algemeen
Gemeentelijke woonlasten weer flink omhoog: dit ga je volgend jaar betalen
Huiseigenaren in Nederland moeten zich voorbereiden op een hogere rekening voor gemeentelijke woonlasten in 2024. De gemiddelde stijging bedraagt 4,8%, wat neerkomt op een extra kostenpost van ongeveer €45 per huishouden. Dit betekent dat huiseigenaren volgend jaar gemiddeld €996 betalen aan onroerendezaakbelasting (ozb), rioolheffing en afvalstoffenheffing. Deze cijfers zijn afkomstig uit een steekproef van Vereniging Eigen Huis (VEH) onder 113 gemeenten.

Hoewel het gemiddelde een indicatie geeft, zijn de verschillen tussen gemeenten aanzienlijk. In sommige gemeenten worden huishoudens veel zwaarder belast dan in andere. Het rapport waarschuwt ook dat de stijging van de woonlasten hoger is dan de verwachte inflatie van ruim 3% in 2024, wat de druk op huishoudens verder vergroot.
Grote Verschillen tussen Gemeenten
In gemeenten zoals het villadorp Laren in Noord-Holland betalen huishoudens fors meer, met een gemiddelde rekening van €1647 aan woonlasten. Aan de andere kant van het spectrum staat het Overijsselse Rijssen-Holten, waar huiseigenaren slechts €703 betalen. Dit verschil van bijna €1000 illustreert hoe sterk de lasten kunnen variëren op basis van gemeentelijk beleid en lokale omstandigheden.
Naast de verschillen in absolute bedragen zijn er gemeenten waar de lasten fors stijgen. In Reusel-De Mierden, Barendrecht, Overbetuwe, Hillegom en Druten stijgen de woonlasten met percentages tussen de 10% en 17%, wat neerkomt op een jaarlijkse toename van €70 tot €180.
De Blik op 2026: Het ‘Ravijnjaar’
Vereniging Eigen Huis waarschuwt ook voor een toekomstige uitdaging die in 2026 zichtbaar kan worden: het zogenoemde ‘ravijnjaar’. Gemeenten zullen dan te maken krijgen met significante begrotingstekorten door aflopende subsidies en stijgende kosten. Hoewel de precieze impact nog onzeker is, vrezen veel deskundigen dat deze tekorten mogelijk worden gecompenseerd met nóg hogere belastingen voor huiseigenaren.

Opvallend is dat veel gemeenten nu nog niet lijken te anticiperen op deze toekomstige financiële problemen. Volgens VEH zijn de onzekerheden te groot om nu al maatregelen te nemen, zoals het verhogen van de ozb. Dit betekent echter niet dat huiseigenaren gerustgesteld kunnen zijn; de kans is groot dat zij uiteindelijk de rekening gepresenteerd krijgen.
Ozb Blijft de Grootste Inkomstenbron
De onroerendezaakbelasting blijft een cruciale inkomstenbron voor gemeenten, die zelf het tarief mogen bepalen. In Renkum, de grootste stijger van het land, neemt de ozb in 2024 met maar liefst 39% toe. Hiermee stijgt de gemiddelde ozb in Renkum in slechts twee jaar tijd met €277. Dit illustreert hoe sommige gemeenten de ozb gebruiken om begrotingstekorten te dichten. Aan de andere kant zijn er ook gemeenten – bijna 10% van de onderzochte plaatsen – die de ozb-tarieven juist hebben verlaagd.
Riool- en Afvalstoffenheffing: Grote Variaties
Naast de ozb zijn er ook grote verschillen in de riool- en afvalstoffenheffing. Hoewel deze belastingen wettelijk niet meer dan kostendekkend mogen zijn, varieert het bedrag dat huiseigenaren betalen aanzienlijk. In Rijswijk betalen inwoners bijvoorbeeld €568 aan afvalstoffenheffing, terwijl dit in Losser slechts €219 is. Deze verschillen worden veroorzaakt door uiteenlopende inzamelkosten en de manier waarop gemeenten eventuele financiële meevallers doorberekenen aan inwoners.

Een Gematigder Stijging dan in 2023, maar Nog Steeds Fors
Hoewel de stijging van de woonlasten in 2024 gemiddeld €45 per huishouden bedraagt, is dit iets minder scherp dan de toename in 2023, toen de lasten met gemiddeld €51 stegen. Toch blijven de absolute bedragen en de stijgingspercentages zorgwekkend, vooral in een tijd waarin de koopkracht van veel Nederlanders al onder druk staat door stijgende kosten voor energie, boodschappen en andere levensbehoeften.
Wat Betekent Dit voor Huiseigenaren?
De stijgende gemeentelijke woonlasten maken het voor veel huishoudens lastig om de eindjes aan elkaar te knopen. Vooral in gemeenten met bovengemiddelde stijgingen, zoals Renkum, zullen huiseigenaren de gevolgen voelen. Vereniging Eigen Huis roept huiseigenaren op om kritisch te blijven kijken naar de keuzes van hun gemeenten en vraagt beleidsmakers om transparanter te zijn over de verdeling van lasten.
In het voorjaar zal Vereniging Eigen Huis een volledig overzicht publiceren van de gemeentelijke woonlasten in alle Nederlandse gemeenten. Dit rapport biedt huiseigenaren inzicht in de specifieke kosten die zij kunnen verwachten, en hoe deze zich verhouden tot het landelijke gemiddelde.

Conclusie
Met een gemiddelde stijging van 4,8% in de gemeentelijke woonlasten en uitschieters die oplopen tot 17%, zullen veel Nederlandse huiseigenaren in 2024 opnieuw diep in de buidel moeten tasten. De verschillen tussen gemeenten blijven groot, en de onzekerheid over toekomstige ontwikkelingen, zoals het ‘ravijnjaar’ in 2026, werpt een schaduw over de financiële toekomst van huiseigenaren.
Hoewel sommige gemeenten proberen de lasten te verlagen of stabiel te houden, blijft de algemene trend stijgend. Vereniging Eigen Huis roept op tot meer transparantie en verantwoording van gemeenten, en benadrukt het belang van langetermijnoplossingen om begrotingstekorten niet volledig af te wentelen op de inwoners.
Algemeen
Jutta Leerdam reageert op ‘scheldpartij’ na val: DIT zei ze echt

De afgelopen dagen kreeg Jutta Leerdam te maken met een storm aan reacties. Niet alleen vanwege haar pijnlijke val op het ijs in Thialf, maar vooral door wat er daarna gebeurde. Waar de focus aanvankelijk lag op het sportieve drama, verschoof die al snel naar een randzaak: vermeend taalgebruik direct na haar crash. En juist dat zorgde voor felle discussies, verontwaardiging en uiteindelijk ook voor een reactie van Leerdam zelf.

Een dramatisch moment op het verkeerde moment
Tweede Kerstdag moest voor Jutta Leerdam een sportief hoogtepunt worden. In Thialf stond ze aan de start van haar favoriete afstand, met alles op alles gezet om zich rechtstreeks te plaatsen voor de Olympische Winterspelen in Milaan. De verwachtingen waren hoog, de druk was voelbaar, en de tribunes zaten vol.
Maar in de tweede bocht ging het mis. Leerdam verloor de controle, gleed weg en kwam hard in de kussens terecht. De klap was zichtbaar en de teleurstelling minstens zo groot. In één klap leek haar directe Olympische kwalificatie uit beeld te verdwijnen.
Na afloop verscheen ze zichtbaar aangeslagen voor de camera. Met tranen in haar ogen probeerde ze onder woorden te brengen wat er was gebeurd. Ze sprak over een gevoel alsof ze ergens op stond, alsof er iets op het ijs lag of alsof haar schaats een botte plek had. “Dit wil je gewoon niet,” zei ze. “Ik baal hier zó van.”
Het waren woorden die pasten bij een topsporter die weet wat er op het spel staat en die voelt dat een cruciaal moment haar door de vingers glipt.

Sportieve teleurstelling raakt op de achtergrond
Opvallend genoeg ging het publieke debat al snel nauwelijks meer over de sportieve gevolgen van de val. Terwijl het voor Leerdam zelf draait om training, kwalificatie en de hoop op een aanwijsplek voor de Spelen, verlegde een deel van het publiek de aandacht naar iets heel anders.
Onder videofragmenten van de NOS ontstonden discussies over wat Leerdam direct na haar val zou hebben geroepen. Meerdere kijkers meenden een woord te herkennen dat als kwetsend wordt ervaren. Dat leidde tot beschuldigingen en stevige reacties, waarbij sommigen vonden dat haar taalgebruik “niet kon”, zeker gezien haar voorbeeldfunctie.
Binnen korte tijd ging het niet meer over ijs, schaatsen of Olympische dromen, maar over interpretaties van lipbewegingen en flarden audio in een emotioneel moment.

Sociale media als vergrootglas
De situatie illustreert opnieuw hoe sportmomenten in het huidige medialandschap worden uitvergroot. Een valpartij duurt enkele seconden, maar de nasleep kan dagenlang voortduren. Op sociale media wordt elk beeld vertraagd, elk frame geanalyseerd en elke emotionele reactie onder een vergrootglas gelegd.
In het geval van Leerdam gebeurde dat op een moment van pure frustratie. Topsporters weten dat ze in beeld zijn, maar niemand kan garanderen dat elk woord in zo’n moment zorgvuldig wordt afgewogen. Juist die spanning tussen emotie en publieke beoordeling zorgt regelmatig voor discussie.
Toch vonden veel mensen het nodig dat Leerdam zich zou verantwoorden. En opmerkelijk genoeg deed ze dat ook.

Jutta Leerdam reageert zelf
Onder de bewuste video liet Leerdam zelf een reactie achter. Kort, duidelijk en zonder omhaal. Ze schreef dat ze niet het woord had gebruikt waarover werd gespeculeerd, maar iets anders had gezegd: “kak zooi”.
Met die uitleg wilde ze duidelijkheid scheppen en het misverstand uit de wereld helpen. Of die uitleg voor iedereen voldoende was, is een andere vraag. Maar feit is dat Leerdam zich genoodzaakt voelde om zich publiekelijk te verantwoorden voor iets wat zich afspeelde in een fractie van een seconde, vlak na een harde val.
Voor sommigen was dat al te veel aandacht voor een detail. Anderen vonden het juist goed dat ze reageerde en helderheid gaf. De meningen bleven verdeeld.
De menselijke kant van topsport
Wat in de discussie soms onderbelicht bleef, is de menselijke kant van het verhaal. Topsport draait om milliseconden, om perfectie, om jarenlange voorbereiding. Een fout, een glijder of een onzichtbaar detail op het ijs kan alles veranderen.
Leerdam wist op dat moment dat haar directe Olympische route op losse schroeven stond. De frustratie, het verdriet en de boosheid die daarbij komen kijken, zijn menselijk. Dat die emoties zich soms uiten in woorden die niet vooraf zijn gefilterd, is niet uitzonderlijk.
Toch lijkt de tolerantie daarvoor kleiner te worden, zeker bij sporters met een groot bereik en een bekend privéleven.

Extra aandacht door privécontext
Dat Leerdam extra onder een vergrootglas ligt, heeft ook te maken met haar bekendheid buiten de sport. Haar relatie met Jake Paul zorgt ervoor dat internationale ogen op haar gericht zijn. Tijdens de wedstrijd was Paul aanwezig op de tribune, zichtbaar betrokken en meeleven.
Die combinatie van topsport, media-aandacht en een bekend privéleven maakt dat elk moment – sportief of emotioneel – sneller viraal gaat. Voor Leerdam betekent dat dat fouten, teleurstellingen en emoties zelden alleen van haarzelf blijven.
Sportieve toekomst blijft leidend
Ondanks alle ophef blijft voor Leerdam één ding centraal staan: haar sportieve toekomst. De valpartij betekent niet automatisch het einde van haar Olympische droom. Ze kan nog hopen op een aanwijsplek, afhankelijk van prestaties, vorm en beslissingen van de bond.
Dat perspectief vraagt focus, rust en herstel – fysiek én mentaal. De dagen na de wedstrijd zullen in het teken staan van evaluatie, training en vooruitkijken, niet van sociale media.
Een bredere discussie
Het incident roept ook een bredere vraag op: hoeveel ruimte geven we topsporters om mens te zijn? Verwachten we altijd voorbeeldgedrag, zelfs in momenten van pijn en teleurstelling? En hoe eerlijk is het om iemand te beoordelen op een vermeend woord, terwijl de sportieve prestatie en context ondergesneeuwd raken?
Steeds vaker lijken sporters zich niet alleen te moeten verantwoorden voor wat ze doen, maar ook voor hoe hun emoties eruitzien, klinken of geïnterpreteerd worden.
Tot slot
Voor Jutta Leerdam was Tweede Kerstdag vooral een sportief drama. Een val, tranen en een onzeker vervolg richting Milaan. Dat dat moment werd overschaduwd door discussie over taalgebruik, zegt misschien meer over het huidige medialandschap dan over haarzelf.
Met haar korte reactie heeft ze geprobeerd de rust te herstellen. Of dat lukt, zal de komende dagen blijken. Eén ding is duidelijk: de focus mag dan even verschoven zijn, voor Leerdam zelf draait het nog altijd om het ijs, de stopwatch en de volgende kans.