Algemeen
Met dit trucje gaat de batterij van je telefoon of laptop een stuk langer mee! (werkt echt)
Tips om de Batterijduur van je Elektronische Apparaten te Verlengen
Heb je het gevoel dat je telefoon na een paar uur gebruik al bijna leeg is? Of dat je laptop het maar kort volhoudt? Dit komt omdat elke keer dat je jouw apparaat oplaadt, de conditie van de batterij iets verslechtert. Hier zijn enkele tips om de batterij van je apparaat zo lang mogelijk in goede staat te houden.

Hoe Werken Lithium-Ion Batterijen?
De batterijen in veel van je elektronische apparaten, zoals telefoons en laptops, zijn lithium-ion batterijen. Deze batterijen werken door een samenspel tussen positieve en negatieve deeltjes binnenin. Over het algemeen kunnen deze batterijen ongeveer 300 tot 500 keer volledig opgeladen worden. Hierbij maakt het niet uit of je de batterij in één keer helemaal gebruikt of in meerdere keren.
Slim Opladen
Wil je dat je batterij zo lang mogelijk meegaat? Probeer dan de batterij te gebruiken binnen een bepaalde marge, namelijk tussen de 20% en 80% van de volledige capaciteit. Laat je apparaat ook niet onnodig lang aan de oplader liggen en vermijd dat je batterij helemaal leeg raakt voordat je hem weer oplaadt. Het is ook een goed idee om de originele oplader en kabel te gebruiken. Zo weet je zeker dat je apparaat precies de juiste hoeveelheid stroom krijgt.
Energie Besparen
Het is beter voor je apparaat en je portemonnee om zuinig om te
gaan met je batterij. Let op met extreme temperaturen; te warm of
te koud is niet goed voor de levensduur van je batterij. Voor
telefoons is het advies om ze te gebruiken bij temperaturen tussen
de 0 en 35 graden Celsius. Het is ook belangrijk om je software
up-to-date te houden. Ontwikkelaars voeren vaak updates uit die
helpen om batterij te besparen. Een slecht bereik of wifi-signaal
kan er ook voor zorgen dat je batterij sneller leegloopt.

Daarnaast kunnen een hoge schermhelderheid en het gebruik van functies zoals bluetooth extra belastend zijn voor je batterij. Veel apparaten hebben een speciale energiebesparende modus die helpt om achtergrondtaken te verminderen. Gebruik deze modus om de batterijduur te verlengen.
Wanneer de Batterij Vervangen?
Uiteindelijk zal elke batterij verouderen en minder lang meegaan. Als dat gebeurt, kun je overwegen om de batterij te vervangen. Afhankelijk van je apparaat kan dit makkelijk of juist wat moeilijker zijn. Bij sommige telefoons en laptops is het vervangen van de batterij heel eenvoudig. Je hoeft dan alleen maar voor een originele nieuwe batterij te zorgen en deze te plaatsen. Bij andere apparaten, zoals iPhones, kan het wat duurder en lastiger zijn.
Tips voor een Langere Batterijduur
- Gebruik Altijd de Originele Oplader en Kabel: Dit zorgt ervoor dat je apparaat precies de juiste hoeveelheid stroom krijgt.
- Laat je Apparaat Niet te Lang aan de Oplader Liggen: Het continu opladen van een volledig opgeladen batterij kan de levensduur verkorten.
- Houd je Software Up-to-Date: Ontwikkelaars brengen updates uit die de efficiëntie en levensduur van de batterij kunnen verbeteren.
- Gebruik de Energiebesparende Modus: Deze modus kan helpen om achtergrondtaken te verminderen en de levensduur van je batterij te verlengen.
- Houd je Schermhelderheid Zo Laag Mogelijk: Een hoge schermhelderheid verbruikt veel energie.
- Voorkom dat je Batterij Helemaal Leegloopt: Probeer je batterij op te laden voordat deze onder de 20% komt.

Conclusie
Door enkele eenvoudige aanpassingen aan je oplaad- en gebruiksgewoonten kun je de levensduur van je batterij aanzienlijk verlengen. Het gebruik van originele opladers, het vermijden van extreme temperaturen, het up-to-date houden van je software, en het gebruik van energiebesparende modi zijn enkele van de meest effectieve manieren om dit te bereiken. Hoewel elke batterij uiteindelijk aan vervanging toe zal zijn, kunnen deze tips helpen om de tijd tussen vervangingen te verlengen en de prestaties van je apparaten te optimaliseren.
Bron: Radar
Algemeen
Dit zijn de nieuwe strenge regels voor 2026 met contant geld in huis

Contant geld in huis bewaren is de afgelopen jaren weer onderwerp van gesprek geworden. Waar digitaal betalen lange tijd vanzelfsprekend was, zorgen recente pinstoringen, cyberincidenten en zorgen over digitale kwetsbaarheid ervoor dat steeds meer mensen nadenken over een financiële back-up in contanten. Tegelijkertijd blijft het grootste deel van ons betalingsverkeer digitaal verlopen en lijkt cash voor velen iets van vroeger. Juist dat spanningsveld roept vragen op: hoeveel contant geld mag je eigenlijk thuis bewaren, wat zijn de risico’s en waar moet je rekening mee houden?

Waarom contant geld weer aandacht krijgt
De aanleiding is helder. In de afgelopen jaren hebben meerdere landelijke pinstoringen laten zien hoe afhankelijk we zijn geworden van digitale systemen. Supermarkten waar niet afgerekend kan worden, tankstations die tijdelijk sluiten en betaalautomaten die uitvallen: het zijn situaties die veel mensen aan het denken zetten. Contant geld wordt daardoor weer gezien als een vangnet, iets wat zekerheid biedt als digitale betalingen even niet werken.
Daarnaast speelt ook een breder gevoel van onzekerheid mee. Cyberdreiging, geopolitieke spanningen en zorgen over de stabiliteit van systemen maken dat mensen zich willen voorbereiden op uitzonderlijke situaties. Cash voelt tastbaar en betrouwbaar, omdat het niet afhankelijk is van elektriciteit, netwerken of software.

Is er een wettelijk maximum voor cash thuis?
Een van de meest gestelde vragen is of er een maximum bestaat voor hoeveel contant geld je thuis mag bewaren. Het korte antwoord: nee. In Nederland is er geen wet die bepaalt dat je maar een bepaald bedrag in huis mag hebben. Juridisch gezien mag je elk bedrag aan contanten thuis bewaren, zolang het geld op legale wijze is verkregen.
De verwarring ontstaat vaak door fiscale regels. Die gaan niet over wat je mág bezitten, maar over hoe vermogen wordt belast. Contant geld valt namelijk onder je vermogen en moet worden opgegeven bij de belastingaangifte als je boven bepaalde vrijstellingen uitkomt.

Hoe zit het fiscaal precies?
De Belastingdienst beschouwt contant geld als onderdeel van box 3, samen met spaargeld en beleggingen. Er geldt een aparte vrijstelling voor contanten. Voor 2025 ligt die vrijstelling op 661 euro voor alleenstaanden en 1322 euro voor fiscale partners samen. Bedragen boven deze grens tellen mee als vermogen.
Dat betekent overigens niet automatisch dat je belasting betaalt. Of je daadwerkelijk box 3-belasting verschuldigd bent, hangt af van je totale vermogen en de algemene vrijstelling. Pas als je boven die algemene drempel uitkomt, wordt er belasting geheven over een fictief rendement.
Vanaf 2025 rekent de Belastingdienst voor banktegoeden en contant geld met een fictief rendement van 1,44 procent. Over dat veronderstelde rendement betaal je 36 procent belasting. Het gaat dus niet om belasting over het volledige cashbedrag, maar over een theoretische opbrengst.

Hoeveel kun je eigenlijk pinnen?
Wie contant geld wil aanhouden, moet het natuurlijk eerst opnemen. Ook daar gelden regels. Banken hanteren opname- en daglimieten die per bank en per klant kunnen verschillen. Die limieten zijn bedoeld om fraude, diefstal en witwaspraktijken tegen te gaan.
Standaardlimieten liggen vaak rond enkele honderden euro’s per dag, maar kunnen tijdelijk worden verhoogd als je dat aanvraagt. Bij grotere bedragen is het verstandig om vooraf contact op te nemen met de bank. Zo voorkom je dat opnames worden geweigerd of dat er later vragen ontstaan.
Waarom grote cashopnames aandacht trekken
Grote of frequente contante transacties vallen op. Banken zijn verplicht om ongebruikelijke transacties te monitoren in het kader van anti-witwaswetgeving. Dat betekent niet dat je iets fout doet, maar wel dat je mogelijk vragen krijgt over de herkomst of het doel van het geld.
Wie contant geld opneemt voor een duidelijk doel en dit kan uitleggen, heeft doorgaans niets te vrezen. Bonnetjes bewaren en overzicht houden helpt. Onverklaarbare patronen of chaotisch cashverkeer kan juist extra aandacht opleveren.
De risico’s van geld in huis
Contant geld thuis bewaren klinkt veilig, maar brengt duidelijke risico’s met zich mee. Inbraak is de meest voor de hand liggende. Contant geld is niet traceerbaar en bij diefstal vrijwel altijd definitief verdwenen. Ook brand of waterschade kan ervoor zorgen dat het geld verloren gaat.
Daar komt bij dat inboedelverzekeringen contant geld vaak maar beperkt vergoeden. Veel polissen keren maximaal 250 tot 500 euro uit bij verlies of diefstal van cash. Grotere bedragen zijn meestal niet verzekerd, tenzij daar expliciete afspraken over zijn gemaakt.
Een kluis kan het risico verminderen, maar biedt geen volledige garantie. Verzekeraars stellen vaak eisen aan het type kluis, de verankering en de locatie. Bovendien verandert een kluis niets aan fiscale verplichtingen.
Waarom mensen toch een noodbuffer willen
Ondanks de risico’s kiezen veel mensen toch voor een beperkte hoeveelheid contant geld in huis. De belangrijkste reden is praktische zekerheid. Bij storingen of calamiteiten kun je met cash nog steeds essentiële aankopen doen, zoals boodschappen of brandstof.
Adviesorganen benadrukken al langer dat een bescheiden noodvoorraad verstandig kan zijn. Het gaat daarbij niet om grote bedragen, maar om genoeg geld om enkele dagen te overbruggen. Hoeveel dat is, verschilt per huishouden en leefstijl.
Veelgemaakte misverstanden
Een veelgehoorde gedachte is dat “meer beter is”. In de praktijk geldt vaak het tegenovergestelde. Hoe meer contant geld je bewaart, hoe groter het risico en hoe minder het bijdraagt aan extra veiligheid. Een paar dagen aan basisuitgaven is meestal voldoende.
Ook vergeten mensen soms dat contant geld geen rendement oplevert en bij inflatie zelfs aan waarde verliest. Het is dus geen spaarvorm, maar een noodvoorziening.
Praktische tips voor wie cash bewaart
Wie besluit contant geld in huis te houden, doet er goed aan dit zorgvuldig te doen. Bewaar het op een discrete plek, deel de informatie met zo min mogelijk mensen en leg het niet samen met belangrijke documenten zoals paspoorten. Houd daarnaast administratief bij wanneer en waarom het geld is opgenomen.
Fiscaal gezien is transparantie belangrijk. Geef het bedrag op als het boven de vrijstelling uitkomt. Verzwijgen levert meer risico dan voordeel op.
De nuchtere middenweg
Contant geld is geen wondermiddel en ook geen overblijfsel uit een ver verleden. Het is een hulpmiddel voor uitzonderlijke situaties. Juridisch mag het, fiscaal zijn er duidelijke spelregels en praktisch zijn er risico’s die niet genegeerd mogen worden.
Wie kiest voor een bescheiden, goed opgeborgen noodbuffer en zich houdt aan de regels, combineert rust met realisme. Uiteindelijk draait het niet om de vraag of contant geld goed of slecht is, maar om wat past bij jouw situatie en gevoel van zekerheid.