Algemeen
Grote zorgen om Joost Klein: ‘Hij is vermist’
Songfestival-dissonant Joost Klein is spoorloos. De Europapa-Fries lijkt van de radar verdwenen en reageert nergens meer op.

Zelfs een van zijn beste vrienden slaagt er niet in om contact met hem te krijgen. Evert Santegoeds onthult in zijn podcast Strikt Privé wat er gaande is.
‘EBU geloofwaardiger’
Evert Santegoeds heeft inmiddels de kant van de EBU gekozen. Hij maakt dit duidelijk met een opvallende metafoor: “Als ik op vakantie ga en er moeten mensen op mijn kat passen, vraag ik dan Joost Klein, de stuntkabouter en die blauwe kip om op mijn kat en huis te passen, of die nette meneer van de EBU? En dan kies ik toch voor die nette meneer van de EBU, omdat ik daar net iets meer vertrouwen in heb.”
Joost vermist
Op de cover van de nieuwe Privé staat Joost Klein afgebeeld met zijn handen voor zijn ogen. “Zo moet hij zich nu ook voelen,” merkt Jordi Versteegden van De Telegraaf op.
Evert vult aan: “Dat zou je denken ja, maar niemand krijgt
contact met hem. Een van zijn beste vrienden, Tim Haars, die heeft
meegeschreven aan Europapa, kreeg hem ook niet te pakken. Het is
allemaal wat zwaar aangekomen denk ik.”

‘Verman je een beetje’
Evert vindt dat Joost zich moet herpakken. “Je weet waar je aan meegedaan hebt en wat het kan losmaken. Je hebt er de afgelopen twee weken van genoten, totdat het misging.
Geef daar gewoon je verhaal over en vertel wat er aan de hand is.”
Volgens Evert zou het verstandig zijn als Joost zijn excuses maakt en probeert te redden wat er nog te redden valt.
“Nu is de Zweedse justitie waarschijnlijk de eerste die gaat laten horen dat hij vervolgd zal gaan worden.” Jordi voegt daaraan toe: “En dan kan het een pijnlijk staartje krijgen.”
Klacht ingediend
De AVROTROS maakte onlangs bekend een klacht te hebben ingediend tegen alle delegaties. Evert: “Ja, dan valt het woord onveilig.
Daar kan niemand iets mee.” Hij vervolgt: “Er zijn meer landen
die geklaagd hebben. Maar ja, het is de grootste tv-show ter
wereld. Daar heeft iedereen stress.”

De situatie rondom Joost Klein is complex en de spanningen lopen hoog op. Het incident tijdens het Eurovisie Songfestival heeft niet alleen zijn deelname beëindigd, maar heeft ook geleid tot grote onzekerheid over zijn toekomst.
De beschuldigingen tegen Joost en de klachten van de AVROTROS tegen de delegaties zorgen voor een gespannen sfeer en veel speculatie.
Ondanks de negatieve publiciteit en de dreiging van juridische stappen, blijft er een kans voor Joost om zijn reputatie te herstellen.
Open en eerlijk communiceren over wat er is gebeurd en verantwoordelijkheid nemen kan helpen om het vertrouwen van het publiek en de betrokken partijen terug te winnen.
Het zou ook kunnen bijdragen aan een eerlijkere beoordeling van zijn acties en de omstandigheden die tot het incident hebben geleid.
Het is nu afwachten hoe Joost en zijn team deze situatie zullen aanpakken en welke stappen ze zullen ondernemen om de schade te beperken en verder te gaan.
De steun van zijn vrienden en fans zal cruciaal zijn in deze uitdagende periode.
Algemeen
KNMI waarschuwt de bevolking voor zware orkanen en massale stroomuitval

Het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (KNMI) heeft een indringend rapport gepubliceerd waarin wordt gewaarschuwd dat klimaatverandering ervoor zorgt dat scenario’s die lange tijd als “onvoorstelbaar” golden, ook in Nederland realistisch worden. In het zogenoemde extreem rapport schetst het weerinstituut negen mogelijke weersituaties en gevolgscenario’s die in de nabije toekomst zouden kunnen voorkomen. Het doel van het rapport is nadrukkelijk niet om paniek te zaaien, maar om bewustwording te creëren en bestuurders, organisaties en burgers aan te zetten tot betere voorbereiding.

Bewustwording, geen paniek
Volgens KNMI-directeur Maarten van Aalst is het rapport bedoeld als een wake-upcall. “We zien dat de grenzen van wat we kennen verschuiven,” stelt hij. “Situaties die vroeger extreem zeldzaam waren, komen dichterbij. En als we ons daar niet op voorbereiden, kunnen de gevolgen groot zijn.” Van Aalst benadrukt dat het KNMI liever vooruitkijkt dan achteraf moet constateren dat schade en maatschappelijke ontwrichting voorkomen hadden kunnen worden.
De timing van het rapport is niet toevallig. Precies tien jaar geleden werd het Akkoord van Parijs gesloten, waarin werd afgesproken de wereldwijde opwarming te beperken tot maximaal 1,5 graad. Inmiddels wordt steeds duidelijker dat dit doel moeilijk haalbaar is. Daardoor neemt de kans toe op weerextremen die buiten onze historische ervaring vallen.

Stormen met ongekende kracht
Een van de scenario’s in het rapport gaat over zware stormen die hun oorsprong vinden boven warmer zeewater. Door stijgende zeetemperaturen kunnen stormsystemen meer energie opnemen. Dat vergroot de kans dat zeer krachtige stormen ook West-Europa bereiken.
Als voorbeeld wordt verwezen naar een zware storm die vorig jaar over Frankrijk trok, nadat deze onverwacht richting Europa was afgebogen. Onderzoek laat zien dat zo’n systeem ook Nederland had kunnen treffen, met zeer zware windstoten en aanzienlijke schade aan natuur, infrastructuur en gebouwen. Niet alleen materiële schade speelt hierbij een rol, maar ook de mentale impact op bewoners en hulpdiensten.
Kwetsbaarheid van het energiesysteem
Een ander belangrijk aandachtspunt in het rapport is de kwetsbaarheid van het elektriciteitsnet. Niet zozeer door één extreem weertype, maar door een combinatie van factoren. Denk aan een langdurig hogedrukgebied in de winter, met weinig wind en zon, terwijl de energievraag juist hoog is.

Onderzoekers hebben doorgerekend wat er gebeurt als windmolens nauwelijks draaien en zonnepanelen weinig opleveren, terwijl huishoudens en bedrijven veel stroom gebruiken. In zo’n situatie zou tijdelijk niet aan de volledige vraag kunnen worden voldaan. Hoewel de kans hierop klein is, onderstreept het rapport dat dit soort scenario’s serieus genomen moeten worden bij de inrichting van het energiesysteem.
Extreme hitte in steden
Steden zijn extra kwetsbaar voor hitte. Het KNMI kijkt daarom ook naar het scenario van een zeer zware en langdurige hitteperiode, vooral in dichtbebouwde gebieden zoals Amsterdam. In eerdere zomers is al gebleken dat infrastructuur zoals spoorlijnen, bruggen en openbaar vervoer gevoelig is voor langdurige hoge temperaturen.
Volgens het rapport had een eerdere hittegolf al ernstiger gevolgen kunnen hebben als verkoelende weersystemen iets later waren gearriveerd. In een toekomstscenario met langdurige extreme hitte kan de druk op zorg, hulpdiensten en energievoorziening sterk toenemen. Dat vraagt om gerichte maatregelen, zoals vergroening van steden, schaduwplekken en hitteplannen voor kwetsbare groepen.

Gezondheid en nieuwe risico’s
Klimaatverandering heeft niet alleen invloed op het weer, maar ook op de volksgezondheid. In het rapport wordt aandacht besteed aan het mogelijke vaker voorkomen van bepaalde ziekteverwekkers die profiteren van warmere omstandigheden. Zo wordt gekeken naar virussen die via insecten worden overgedragen.
Onderzoekers geven aan dat langere, warmere zomers het leefgebied van bepaalde insecten kunnen vergroten. Daardoor kunnen ziekteverwekkers zich gemakkelijker verspreiden. Dit betekent niet dat er direct reden is tot ongerustheid, maar wel dat monitoring, onderzoek en preventie belangrijker worden.
Wateroverlast en overstromingen
Nederland is van oudsher gewend om met water te leven, maar klimaatverandering stelt dat vermogen op de proef. Het rapport beschrijft scenario’s met extreme neerslag in korte tijd, wat kan leiden tot wateroverlast in stedelijke gebieden en druk op dijken en waterkeringen.
Hoewel Nederland goed beschermd is, benadrukt het KNMI dat systemen ontworpen zijn op basis van historische gegevens. Als die omstandigheden veranderen, moeten ook de veiligheidsnormen en plannen mee-evolueren.
Samenhang van gevolgen
Wat het rapport vooral duidelijk maakt, is dat extremen zelden op zichzelf staan. Een hittegolf kan leiden tot stroomproblemen, druk op zorg en verminderde mobiliteit. Een zware storm kan infrastructuur beschadigen en economische schade veroorzaken. Die samenhang maakt voorbereiding complex, maar ook noodzakelijk.
Van Aalst noemt dit “meervoudige risico’s”: “Het gaat niet om één gebeurtenis, maar om de keten van gevolgen die daarop volgt. Juist daar moeten we beter op anticiperen.”
Vooruitdenken als sleutel
Het KNMI benadrukt dat veel schade voorkomen kan worden door tijdig beleid en aanpassingen. Dat betekent investeren in klimaatbestendige infrastructuur, het aanpassen van steden, het versterken van energie- en watersystemen en goede communicatie richting burgers.
Het rapport roept bestuurders op om scenario’s niet weg te zetten als onwaarschijnlijk, maar ze te gebruiken als oefenmateriaal. “Als je weet wat er kan gebeuren, kun je betere keuzes maken,” aldus Van Aalst.
Wat betekent dit voor inwoners?
Voor inwoners betekent het rapport vooral dat het verstandig is om bewust te zijn van veranderende omstandigheden. Dat kan variëren van voorbereid zijn op hitte, tot het volgen van adviezen bij extreem weer. Tegelijk blijft Nederland een veilig en goed georganiseerd land, waar veel kennis en middelen beschikbaar zijn om risico’s te beperken.
Een realistische blik vooruit
Het extreem rapport van het KNMI schetst geen doembeeld, maar een realistische blik op een veranderend klimaat. Door mogelijke scenario’s nu al te benoemen, ontstaat ruimte om te handelen voordat situaties zich voordoen. De boodschap is helder: wat ooit ondenkbaar leek, vraagt nu om aandacht, planning en samenwerking.
Niet uit angst, maar uit verantwoordelijkheid voor de toekomst.