-

Algemeen

Terug in de tijd: Zo zag Frans Bauer er vroeger uit

Avatar foto

Gepubliceerd

op

Na een afwezigheid van maar liefst twintig jaar zijn de Bauers eindelijk terug op televisie, en ze zijn sterker dan ooit!

De langverwachte comeback van deze geliefde familie werd met veel enthousiasme ontvangen door het publiek, wat bleek uit de indrukwekkende kijkcijfers van de eerste aflevering.

Bijna 1.5 miljoen kijkers stemden af op de terugkeer van De Bauers, wat volgens kijkcijferexpert Tina Nijkamp onmiskenbaar bewijst: “De Bauers zijn terug van weggeweest!”

In de openingsaflevering van de soapserie “De Bauers” haalt Frans een oude foto tevoorschijn uit zijn jeugdjaren, zo’n dertig jaar geleden genomen toen hij slechts 19 jaar oud was, net zo oud als zijn zoon, Frans Bauer Junior, nu is.

Trots houdt vader Frans de foto naast het gezicht van zijn zoon en verklaart: “Wij zijn identiek.”

Maar velen vinden dat Junior ook veel weg heeft van zijn moeder, Mariska Bauer.

Frans Bauer vierde afgelopen december zijn vijftigste verjaardag, en zijn vrouw Mariska zette hem in het zonnetje op haar Instagram-pagina met een nostalgische compilatie van Frans door de jaren heen, vanaf zijn prille begin tot aan zijn vijftigste verjaardag als kersverse Abraham.

Hoe zag Frans Bauer er vroeger uit? Zelfs op jonge leeftijd was hij al te herkennen aan zijn vriendelijke ogen en aanstekelijke lach, eigenschappen die duidelijk zijn doorgegeven aan zijn vier zoons.

Op een foto van Frans als twaalfjarige zien we een sterke gelijkenis met zijn jongste zoon Lucas.

En naarmate de jaren verstreken, wordt de gelijkenis met zijn oudste zoon Christiaan steeds opvallender.

Mis het niet: “De Bauers” is elke donderdag om 20.30 uur te zien op NPO1.

Algemeen

Wederom een enorme klap voor de PVV: ‘De vernedering van rechts’

Avatar foto

Gepubliceerd

op

Hevige politieke en publieke reacties op nieuwe Kamervoorzitter: keuze leidt tot felle discussie

De verkiezing van een nieuwe Kamervoorzitter, normaal gesproken een procedurele stap in het parlementaire proces, groeide dit keer uit tot een moment dat Den Haag en de rest van het land in beroering bracht. Na drie stemrondes werd Thom van Campen gekozen als nieuwe voorzitter, terwijl Martin Bosma – die in de eerste twee rondes duidelijk de meeste stemmen kreeg – uiteindelijk aan de kant werd geschoven.

Wat volgde was een golf van reacties. In de Kamer, op sociale media en in talkshows werd druk gediscussieerd over de vraag of deze uitkomst het gevolg was van een eerlijke afweging van kwaliteiten, of van politieke strategie die de geloofwaardigheid van het proces onder druk zette.


Een stemronde die meer vragen opriep dan antwoorden gaf

Het contrast tussen de eerste twee rondes en de uiteindelijke uitslag viel veel mensen meteen op. Bosma stond aanvankelijk ruim bovenaan, maar bleek in de beslissende ronde niet langer de voorkeurskandidaat.

Volgens critici leek het erop dat de procedure minder draaide om het kiezen van de meest ervaren of meest natuurlijke voorzitter, maar vooral om het voorkomen van een ongewenste uitkomst. Voorstanders van Bosma benadrukten dat hij de afgelopen jaren herhaaldelijk had laten zien dat hij Kamerdebatten ordelijk en rustig kon leiden. Zelfs politieke tegenstanders roemden zijn kalme stijl en heldere manier van voorzitten.

Toch kreeg hij niet het vertrouwen van een meerderheid. Dat maakte deze voorzittersverkiezing tot een bron van debat: gaat het in zo’n functie om vakmanschap, of om politieke comfortzones?


Online ontstond direct een storm van verontwaardiging

Binnen enkele minuten nadat de uitslag bekend werd gemaakt, barstte op sociale media een golf van woede en ongeloof los. Oud-Kamerlid Harm Beertema merkte op dat de derde ronde eerder leek op een blokkade dan op een zorgvuldige beoordeling. Zijn analyse werd duizenden keren gedeeld en onderschreven.

Veel berichten klonken in dezelfde lijn: hoe kan iemand die twee rondes bovenaan staat in de slotfase toch worden weggestemd, zonder duidelijke inhoudelijke reden?

Onder de reacties zat een voelbare frustratie over het idee dat gevestigde partijen elkaar vasthouden om een bepaalde politieke richting te voorkomen. Volgens veel commentatoren aangaf dit moment een bredere zorg: dat het parlement niet altijd aansluit bij de wens van een groot deel van de kiezers.

Ook Elbertus van Lagen uitte zorgen over het groeiende wantrouwen in de politiek. Zijn uitspraak dat het vertrouwen nóg verder zou kunnen dalen, raakte een gevoelige snaar bij veel burgers.


Journalisten zien een patroon in deze gang van zaken

De discussie bleef niet beperkt tot sociale media. Verschillende journalisten reageerden kritisch op de stemprocedure. Bart Nijman omschreef de situatie als een ‘politiek onderonsje’, een verwijzing naar het idee dat partijen soms vooral bezig zijn elkaar intern te beschermen in plaats van de beste kandidaat naar voren te schuiven.

Zijn woorden kregen veel bijval. Voor een grote groep kijkers voelde de verkiezing inderdaad als een proces waarin de uitkomst al min of meer was bepaald voordat de rondes begonnen. Niet door open debat of door inhoudelijke afweging, maar door afspraken achter de schermen.

Daardoor ervoer een deel van het publiek de uitkomst als een gemiste kans voor transparantie en professionaliteit.


Een gevoel van buitensluiting bij veel kiezers

Voor veel mensen ging de discussie niet alleen over de functie van de nieuwe Kamervoorzitter. Het voelde ook als een symbolische gebeurtenis waarin zichtbaar werd hoe grote groepen kiezers zich niet vertegenwoordigd voelen.

Na de verkiezingen, waarin de rechtse partijen een grote overwinning behaalden, leek dit moment dat gevoel verder te versterken. De boodschap die sommige burgers eruit haalden: zelfs wanneer een kandidaat op basis van stemmen en ervaring een logische keuze lijkt, kunnen politieke afspraken alsnog bepalen dat hij niet wordt gekozen.

In gesprekken rond het Binnenhof viel te horen dat de keuze mogelijk voortkomt uit een reflex die al jarenlang te zien is: het proberen te behouden van vertrouwde verhoudingen binnen het politieke midden. Het resultaat is dat veel burgers de indruk krijgen dat hun stem minder invloed heeft dan ze hopen.


Een gemiste kans om vertrouwen te herstellen

De derde stemronde werd door veel politieke analisten gezien als een belangrijk moment om te laten zien dat kwaliteit boven partijgrenzen kan worden gesteld. Dat gebeurde niet, en juist daardoor werd een kans gemist om vertrouwen bij het publiek te versterken.

Doordat de keuze uiteindelijk vooral werd gezien als een strategisch besluit, is de kloof tussen politiek en burger opnieuw zichtbaar geworden. Mensen die de stemmingen live volgden, zagen hoe een kandidaat met veel ervaring en brede erkenning toch aan de kant werd gezet.

Voor burgers die al langer twijfelen aan de manier waarop de politiek functioneert, gaf dit moment nieuwe aanleiding om zich af te vragen of het parlement werkelijk handelt op basis van transparantie en inhoud.


Het debat over vertrouwen in de politiek laait verder op

De intense reacties van burgers, journalisten en oud-politici laten zien dat de behoefte aan een opener en eerlijker politiek proces groot is. De voorzittersverkiezing werd daardoor meer dan een procedurele stap: het werd een moment waarin het grotere vraagstuk van vertrouwen opnieuw centraal kwam te staan.

Veel mensen hopen dat dit geen gesprek is dat snel wegzakt. Het is juist een kans om te bespreken hoe democratische processen beter kunnen worden bewaakt en hoe de afstand tussen burgers en politiek kan worden verkleind.

Het zou waardevol zijn als er ruimte komt voor een breed gesprek over representatie, transparantie en de rol van politieke strategie bij belangrijke beslissingen.


Praat mee over deze politieke ontwikkeling

Hoe kijk jij naar deze gang van zaken?
Vond je de keuze logisch, of zie je het – net als veel anderen – als een gemiste kans voor geloofwaardig leiderschap?

Deel jouw mening op onze Facebookpagina en praat mee over een onderwerp dat veel Nederlanders bezighoudt.

Lees verder