Algemeen
Jet de Nijs deelt triest bericht: ”Hetgeen waarvan je weet dat komen gaat”
De gezondheidstoestand van Rob de Nijs is volgens zijn vrouw, Jet, in vergelijking met zo’n zes maanden geleden ‘stabiel’.

Ondanks deze stabiliteit leeft Jet echter elke ochtend in angst. In een interview met De Telegraaf vertelt ze waarom deze angst haar dagelijks bezighoudt.
Zoals eerder uitgebreid is bericht, lijdt Rob de Nijs aan de z!ekte van Parkinson. Vorig jaar werd hij met spoed naar het z!ekenhuis gebracht vanwege ademhalingsproblemen en longembolieën, wat bijna fataal werd.
Nu, iets meer dan vier maanden later, verblijft hij weer thuis. Jet deelt mee dat de z!ekte gestaag vordert en dat Rob nu de hele dag door verzorging nodig heeft.
Deze situatie veroorzaakt bij Jet een voortdurende angst. “Ik ben bang voor wat ik weet dat komen gaat.
Elke ochtend als ik wakker word, kijk ik naast me om te zien of hij nog leeft. Of zijn borstkas nog op en neer beweegt.”
Gedurende de dag blijft Jet regelmatig controleren of Rob nog in leven is. “Dan kijk ik vanuit de keuken naar Rob in zijn rolstoel en denk ik: wat zit hij er vreemd bij.
Na een paar stappen zie ik hem ademen, maar dat is toch wel heel erg confronterend. Maar hij ademt nog!”
Hoewel Rob door zijn z!ekte niet meer zo mobiel is als voorheen,
geniet hij nog steeds van bepaalde activiteiten.

Hij was bijvoorbeeld dol op lezen, maar dat is nu niet meer mogelijk. Wel kijkt hij dagelijks naar documentaires, waar hij volgens Jet erg van geniet.
Een belangrijke reden waarom Rob ondanks zijn z!ekte nog steeds vasthoudt aan het leven, is hun zoontje Julius, die volgens Jet ‘elke ochtend zijn armpjes om hem heen slaat’.
De situatie van Rob de Nijs is een aangrijpend verhaal dat laat zien hoe een ernstige z!ekte niet alleen de persoon zelf, maar ook zijn naasten diep beïnvloedt.
Jet’s voortdurende angst en zorgen weerspiegelen de moeilijke realiteit van het omgaan met de z!ekte van een geliefde.
Het gezin blijft echter vastberaden om samen door te gaan, met de liefde en steun van elkaar als hun belangrijkste krachtbron.
Hun verhaal is een herinnering aan de waarde van liefde, hoop en veerkracht in moeilijke tijden.
Terwijl de gezondheid van Rob de Nijs stabiel blijft, is het
duidelijk dat zijn vrouw Jet en hun zoontje Julius een essentiële
rol spelen in zijn strijd tegen de z!ekte van Parkinson.

Jet’s voortdurende zorgen en angst laten zien hoezeer ze betrokken is bij het welzijn van haar man, en hoe sterk de band tussen hen is.
Voor Rob biedt de steun van zijn familie en het dagelijkse genot van kleine pleziertjes, zoals het kijken naar documentaires, een bron van kracht en hoop te midden van de uitdagingen waarmee hij wordt geconfronteerd.
Zijn vastberadenheid om te blijven vechten, zelfs in het licht van de voortschrijdende z!ekte, getuigt van zijn innerlijke kracht en doorzettingsvermogen.
De openhartige getuigenis van Jet over haar angsten en zorgen benadrukt ook het belang van het delen van emoties en het zoeken naar steun in moeilijke tijden.
Het geeft anderen die in een vergelijkbare situatie verkeren
misschien ook de moed om hun gevoelens te uiten en hulp te zoeken
wanneer dat nodig is.

Terwijl Rob de Nijs en zijn gezin elke dag worden geconfronteerd met de uitdagingen van de z!ekte, straalt hun verhaal ook een boodschap van liefde, veerkracht en hoop uit.
Het herinnert ons eraan dat zelfs in de donkerste momenten van het leven, de kracht van liefde en verbondenheid ons kan helpen om door te gaan en te blijven geloven in een betere toekomst.
Het is een inspirerend verhaal dat laat zien hoe, zelfs te midden van tegenspoed, de menselijke geest veerkrachtig is en in staat is om te blijven vechten voor wat echt belangrijk is: liefde, familie en hoop.
Algemeen
KNMI waarschuwt de bevolking voor zware orkanen en massale stroomuitval

Het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (KNMI) heeft een indringend rapport gepubliceerd waarin wordt gewaarschuwd dat klimaatverandering ervoor zorgt dat scenario’s die lange tijd als “onvoorstelbaar” golden, ook in Nederland realistisch worden. In het zogenoemde extreem rapport schetst het weerinstituut negen mogelijke weersituaties en gevolgscenario’s die in de nabije toekomst zouden kunnen voorkomen. Het doel van het rapport is nadrukkelijk niet om paniek te zaaien, maar om bewustwording te creëren en bestuurders, organisaties en burgers aan te zetten tot betere voorbereiding.

Bewustwording, geen paniek
Volgens KNMI-directeur Maarten van Aalst is het rapport bedoeld als een wake-upcall. “We zien dat de grenzen van wat we kennen verschuiven,” stelt hij. “Situaties die vroeger extreem zeldzaam waren, komen dichterbij. En als we ons daar niet op voorbereiden, kunnen de gevolgen groot zijn.” Van Aalst benadrukt dat het KNMI liever vooruitkijkt dan achteraf moet constateren dat schade en maatschappelijke ontwrichting voorkomen hadden kunnen worden.
De timing van het rapport is niet toevallig. Precies tien jaar geleden werd het Akkoord van Parijs gesloten, waarin werd afgesproken de wereldwijde opwarming te beperken tot maximaal 1,5 graad. Inmiddels wordt steeds duidelijker dat dit doel moeilijk haalbaar is. Daardoor neemt de kans toe op weerextremen die buiten onze historische ervaring vallen.

Stormen met ongekende kracht
Een van de scenario’s in het rapport gaat over zware stormen die hun oorsprong vinden boven warmer zeewater. Door stijgende zeetemperaturen kunnen stormsystemen meer energie opnemen. Dat vergroot de kans dat zeer krachtige stormen ook West-Europa bereiken.
Als voorbeeld wordt verwezen naar een zware storm die vorig jaar over Frankrijk trok, nadat deze onverwacht richting Europa was afgebogen. Onderzoek laat zien dat zo’n systeem ook Nederland had kunnen treffen, met zeer zware windstoten en aanzienlijke schade aan natuur, infrastructuur en gebouwen. Niet alleen materiële schade speelt hierbij een rol, maar ook de mentale impact op bewoners en hulpdiensten.
Kwetsbaarheid van het energiesysteem
Een ander belangrijk aandachtspunt in het rapport is de kwetsbaarheid van het elektriciteitsnet. Niet zozeer door één extreem weertype, maar door een combinatie van factoren. Denk aan een langdurig hogedrukgebied in de winter, met weinig wind en zon, terwijl de energievraag juist hoog is.

Onderzoekers hebben doorgerekend wat er gebeurt als windmolens nauwelijks draaien en zonnepanelen weinig opleveren, terwijl huishoudens en bedrijven veel stroom gebruiken. In zo’n situatie zou tijdelijk niet aan de volledige vraag kunnen worden voldaan. Hoewel de kans hierop klein is, onderstreept het rapport dat dit soort scenario’s serieus genomen moeten worden bij de inrichting van het energiesysteem.
Extreme hitte in steden
Steden zijn extra kwetsbaar voor hitte. Het KNMI kijkt daarom ook naar het scenario van een zeer zware en langdurige hitteperiode, vooral in dichtbebouwde gebieden zoals Amsterdam. In eerdere zomers is al gebleken dat infrastructuur zoals spoorlijnen, bruggen en openbaar vervoer gevoelig is voor langdurige hoge temperaturen.
Volgens het rapport had een eerdere hittegolf al ernstiger gevolgen kunnen hebben als verkoelende weersystemen iets later waren gearriveerd. In een toekomstscenario met langdurige extreme hitte kan de druk op zorg, hulpdiensten en energievoorziening sterk toenemen. Dat vraagt om gerichte maatregelen, zoals vergroening van steden, schaduwplekken en hitteplannen voor kwetsbare groepen.

Gezondheid en nieuwe risico’s
Klimaatverandering heeft niet alleen invloed op het weer, maar ook op de volksgezondheid. In het rapport wordt aandacht besteed aan het mogelijke vaker voorkomen van bepaalde ziekteverwekkers die profiteren van warmere omstandigheden. Zo wordt gekeken naar virussen die via insecten worden overgedragen.
Onderzoekers geven aan dat langere, warmere zomers het leefgebied van bepaalde insecten kunnen vergroten. Daardoor kunnen ziekteverwekkers zich gemakkelijker verspreiden. Dit betekent niet dat er direct reden is tot ongerustheid, maar wel dat monitoring, onderzoek en preventie belangrijker worden.
Wateroverlast en overstromingen
Nederland is van oudsher gewend om met water te leven, maar klimaatverandering stelt dat vermogen op de proef. Het rapport beschrijft scenario’s met extreme neerslag in korte tijd, wat kan leiden tot wateroverlast in stedelijke gebieden en druk op dijken en waterkeringen.
Hoewel Nederland goed beschermd is, benadrukt het KNMI dat systemen ontworpen zijn op basis van historische gegevens. Als die omstandigheden veranderen, moeten ook de veiligheidsnormen en plannen mee-evolueren.
Samenhang van gevolgen
Wat het rapport vooral duidelijk maakt, is dat extremen zelden op zichzelf staan. Een hittegolf kan leiden tot stroomproblemen, druk op zorg en verminderde mobiliteit. Een zware storm kan infrastructuur beschadigen en economische schade veroorzaken. Die samenhang maakt voorbereiding complex, maar ook noodzakelijk.
Van Aalst noemt dit “meervoudige risico’s”: “Het gaat niet om één gebeurtenis, maar om de keten van gevolgen die daarop volgt. Juist daar moeten we beter op anticiperen.”
Vooruitdenken als sleutel
Het KNMI benadrukt dat veel schade voorkomen kan worden door tijdig beleid en aanpassingen. Dat betekent investeren in klimaatbestendige infrastructuur, het aanpassen van steden, het versterken van energie- en watersystemen en goede communicatie richting burgers.
Het rapport roept bestuurders op om scenario’s niet weg te zetten als onwaarschijnlijk, maar ze te gebruiken als oefenmateriaal. “Als je weet wat er kan gebeuren, kun je betere keuzes maken,” aldus Van Aalst.
Wat betekent dit voor inwoners?
Voor inwoners betekent het rapport vooral dat het verstandig is om bewust te zijn van veranderende omstandigheden. Dat kan variëren van voorbereid zijn op hitte, tot het volgen van adviezen bij extreem weer. Tegelijk blijft Nederland een veilig en goed georganiseerd land, waar veel kennis en middelen beschikbaar zijn om risico’s te beperken.
Een realistische blik vooruit
Het extreem rapport van het KNMI schetst geen doembeeld, maar een realistische blik op een veranderend klimaat. Door mogelijke scenario’s nu al te benoemen, ontstaat ruimte om te handelen voordat situaties zich voordoen. De boodschap is helder: wat ooit ondenkbaar leek, vraagt nu om aandacht, planning en samenwerking.
Niet uit angst, maar uit verantwoordelijkheid voor de toekomst.