Algemeen
LLDL-deelneemster Wendy checkt wat René in zijn broek heeft en ziet dan iets
Het televisieprogramma “Lang Leve de Liefde” heeft de laatste tijd deelnemers gezien die al bekendheid genoten uit andere programma’s. Zo is Wendy, eerder te zien geweest in “Een Jaar Van Je Leven”, nu te gast in het datingprogramma. Ze weet als geen ander hoe het voelt om 24/7 gefilmd te worden, maar soms kan dat ook leiden tot ongemakkelijke situaties.

In “Lang Leve de Liefde” worden singles aan elkaar gekoppeld en
brengen ze 24 uur met elkaar door in een speciaal ontworpen huis.
Het programma biedt een interessante inkijk in de dynamiek tussen
mensen die elkaar nauwelijks kennen en probeert te ontdekken of er
een vonk kan overslaan.

Deelnemers aan het programma kunnen zich soms verliezen in de
tijd, vooral als ze een goede klik hebben met hun date. In andere
gevallen kan de tijd traag voorbijgaan en moeten ze manieren vinden
om zichzelf bezig te houden. Dit kan tot grappige en soms gênante
situaties leiden.

Op een dag, terwijl ze met René in het huis is, besluit Wendy om
eens een kijkje te nemen in zijn broek. Ze merkt echter al snel
iets opmerkelijks op: zijn broek staat nog open. In een impulsieve
opmerking zegt ze hardop wat ze ziet, en dat leidt tot enige
verwarring en schaamte bij René. Hij probeert snel zijn gulp dicht
te ritsen, terwijl Wendy zich afvraagt wat er precies aan de hand
is.

Deze onverwachte gebeurtenis maakt de al stroeve date tussen
Wendy en René er niet beter op. De twee lijken moeite te hebben om
een connectie te vinden, en deze ongemakkelijke situatie heeft de
sfeer niet geholpen. Later, wanneer René ook nog zijn eigen
gemaakte nummers begint te zingen, wordt duidelijk dat deze date
niet echt naar tevredenheid verloopt en dat er weinig romantische
vonken lijken over te springen.

“Lang Leve de Liefde” biedt een intrigerend kijkje in de wereld
van daten en relaties, waarbij deelnemers in een unieke situatie
worden geplaatst en geconfronteerd worden met verschillende
uitdagingen. De interactie tussen mensen die elkaar voor het eerst
ontmoeten, kan variëren van onmiddellijke aantrekkingskracht tot
ongemakkelijkheid en onzekerheid. Het programma blijft boeiende en
soms verrassende momenten bieden terwijl de deelnemers proberen te
ontdekken of er liefde in de lucht hangt.

Deelnemen aan een datingprogramma zoals “Lang Leve de Liefde”
kan zowel spannend als uitdagend zijn. Het brengt mensen samen die
op zoek zijn naar liefde en een kans willen geven aan nieuwe
relaties. Hoewel niet elke ontmoeting vlot verloopt, biedt het
programma deelnemers de gelegenheid om te groeien en te leren over
zichzelf en anderen.

Wendy en René, ondanks hun ongemakkelijke start, zijn slechts
een voorbeeld van de verschillende persoonlijkheden en interacties
die het programma kan bieden. Terwijl sommige deelnemers een sterke
connectie vinden en mogelijk hun soulmate ontmoeten, kunnen anderen
worstelen met communicatie en zich onzeker voelen in deze ongewone
situatie.

Het is belangrijk op te merken dat datingprogramma’s zoals “Lang
Leve de Liefde” de diversiteit van menselijke relaties
weerspiegelen. Niet alle ontmoetingen leiden tot liefde, maar ze
dragen wel bij aan het begrip van wat het betekent om een relatie
op te bouwen. Dit soort programma’s bieden kijkers de mogelijkheid
om zich te identificeren met de deelnemers, hun uitdagingen en hun
triomfen.

Daarnaast leert de show ons ook dat liefde en relaties niet altijd volgens een voorspelbaar script verlopen. Soms zijn de meest onverwachte ontmoetingen degene die ons het meest bijblijven. Deelnemers kunnen groeien door hun ervaringen, zelfs als er geen romantische klik is, en kunnen waardevolle vriendschappen sluiten of inzicht krijgen in wat ze zoeken in een partner.
Al met al biedt “Lang Leve de Liefde” een boeiende kijk op de wereld van daten en menselijke relaties. Het programma herinnert ons eraan dat liefde, hoewel soms ingewikkeld en onvoorspelbaar, een krachtige drijfveer is die mensen inspireert om zichzelf open te stellen voor nieuwe kansen en verbindingen te zoeken. En wie weet, misschien vinden sommigen uiteindelijk de liefde waar ze naar op zoek waren.
Algemeen
Dit zijn de nieuwe strenge regels voor 2026 met contant geld in huis

Contant geld in huis bewaren is de afgelopen jaren weer onderwerp van gesprek geworden. Waar digitaal betalen lange tijd vanzelfsprekend was, zorgen recente pinstoringen, cyberincidenten en zorgen over digitale kwetsbaarheid ervoor dat steeds meer mensen nadenken over een financiële back-up in contanten. Tegelijkertijd blijft het grootste deel van ons betalingsverkeer digitaal verlopen en lijkt cash voor velen iets van vroeger. Juist dat spanningsveld roept vragen op: hoeveel contant geld mag je eigenlijk thuis bewaren, wat zijn de risico’s en waar moet je rekening mee houden?

Waarom contant geld weer aandacht krijgt
De aanleiding is helder. In de afgelopen jaren hebben meerdere landelijke pinstoringen laten zien hoe afhankelijk we zijn geworden van digitale systemen. Supermarkten waar niet afgerekend kan worden, tankstations die tijdelijk sluiten en betaalautomaten die uitvallen: het zijn situaties die veel mensen aan het denken zetten. Contant geld wordt daardoor weer gezien als een vangnet, iets wat zekerheid biedt als digitale betalingen even niet werken.
Daarnaast speelt ook een breder gevoel van onzekerheid mee. Cyberdreiging, geopolitieke spanningen en zorgen over de stabiliteit van systemen maken dat mensen zich willen voorbereiden op uitzonderlijke situaties. Cash voelt tastbaar en betrouwbaar, omdat het niet afhankelijk is van elektriciteit, netwerken of software.

Is er een wettelijk maximum voor cash thuis?
Een van de meest gestelde vragen is of er een maximum bestaat voor hoeveel contant geld je thuis mag bewaren. Het korte antwoord: nee. In Nederland is er geen wet die bepaalt dat je maar een bepaald bedrag in huis mag hebben. Juridisch gezien mag je elk bedrag aan contanten thuis bewaren, zolang het geld op legale wijze is verkregen.
De verwarring ontstaat vaak door fiscale regels. Die gaan niet over wat je mág bezitten, maar over hoe vermogen wordt belast. Contant geld valt namelijk onder je vermogen en moet worden opgegeven bij de belastingaangifte als je boven bepaalde vrijstellingen uitkomt.

Hoe zit het fiscaal precies?
De Belastingdienst beschouwt contant geld als onderdeel van box 3, samen met spaargeld en beleggingen. Er geldt een aparte vrijstelling voor contanten. Voor 2025 ligt die vrijstelling op 661 euro voor alleenstaanden en 1322 euro voor fiscale partners samen. Bedragen boven deze grens tellen mee als vermogen.
Dat betekent overigens niet automatisch dat je belasting betaalt. Of je daadwerkelijk box 3-belasting verschuldigd bent, hangt af van je totale vermogen en de algemene vrijstelling. Pas als je boven die algemene drempel uitkomt, wordt er belasting geheven over een fictief rendement.
Vanaf 2025 rekent de Belastingdienst voor banktegoeden en contant geld met een fictief rendement van 1,44 procent. Over dat veronderstelde rendement betaal je 36 procent belasting. Het gaat dus niet om belasting over het volledige cashbedrag, maar over een theoretische opbrengst.

Hoeveel kun je eigenlijk pinnen?
Wie contant geld wil aanhouden, moet het natuurlijk eerst opnemen. Ook daar gelden regels. Banken hanteren opname- en daglimieten die per bank en per klant kunnen verschillen. Die limieten zijn bedoeld om fraude, diefstal en witwaspraktijken tegen te gaan.
Standaardlimieten liggen vaak rond enkele honderden euro’s per dag, maar kunnen tijdelijk worden verhoogd als je dat aanvraagt. Bij grotere bedragen is het verstandig om vooraf contact op te nemen met de bank. Zo voorkom je dat opnames worden geweigerd of dat er later vragen ontstaan.
Waarom grote cashopnames aandacht trekken
Grote of frequente contante transacties vallen op. Banken zijn verplicht om ongebruikelijke transacties te monitoren in het kader van anti-witwaswetgeving. Dat betekent niet dat je iets fout doet, maar wel dat je mogelijk vragen krijgt over de herkomst of het doel van het geld.
Wie contant geld opneemt voor een duidelijk doel en dit kan uitleggen, heeft doorgaans niets te vrezen. Bonnetjes bewaren en overzicht houden helpt. Onverklaarbare patronen of chaotisch cashverkeer kan juist extra aandacht opleveren.
De risico’s van geld in huis
Contant geld thuis bewaren klinkt veilig, maar brengt duidelijke risico’s met zich mee. Inbraak is de meest voor de hand liggende. Contant geld is niet traceerbaar en bij diefstal vrijwel altijd definitief verdwenen. Ook brand of waterschade kan ervoor zorgen dat het geld verloren gaat.
Daar komt bij dat inboedelverzekeringen contant geld vaak maar beperkt vergoeden. Veel polissen keren maximaal 250 tot 500 euro uit bij verlies of diefstal van cash. Grotere bedragen zijn meestal niet verzekerd, tenzij daar expliciete afspraken over zijn gemaakt.
Een kluis kan het risico verminderen, maar biedt geen volledige garantie. Verzekeraars stellen vaak eisen aan het type kluis, de verankering en de locatie. Bovendien verandert een kluis niets aan fiscale verplichtingen.
Waarom mensen toch een noodbuffer willen
Ondanks de risico’s kiezen veel mensen toch voor een beperkte hoeveelheid contant geld in huis. De belangrijkste reden is praktische zekerheid. Bij storingen of calamiteiten kun je met cash nog steeds essentiële aankopen doen, zoals boodschappen of brandstof.
Adviesorganen benadrukken al langer dat een bescheiden noodvoorraad verstandig kan zijn. Het gaat daarbij niet om grote bedragen, maar om genoeg geld om enkele dagen te overbruggen. Hoeveel dat is, verschilt per huishouden en leefstijl.
Veelgemaakte misverstanden
Een veelgehoorde gedachte is dat “meer beter is”. In de praktijk geldt vaak het tegenovergestelde. Hoe meer contant geld je bewaart, hoe groter het risico en hoe minder het bijdraagt aan extra veiligheid. Een paar dagen aan basisuitgaven is meestal voldoende.
Ook vergeten mensen soms dat contant geld geen rendement oplevert en bij inflatie zelfs aan waarde verliest. Het is dus geen spaarvorm, maar een noodvoorziening.
Praktische tips voor wie cash bewaart
Wie besluit contant geld in huis te houden, doet er goed aan dit zorgvuldig te doen. Bewaar het op een discrete plek, deel de informatie met zo min mogelijk mensen en leg het niet samen met belangrijke documenten zoals paspoorten. Houd daarnaast administratief bij wanneer en waarom het geld is opgenomen.
Fiscaal gezien is transparantie belangrijk. Geef het bedrag op als het boven de vrijstelling uitkomt. Verzwijgen levert meer risico dan voordeel op.
De nuchtere middenweg
Contant geld is geen wondermiddel en ook geen overblijfsel uit een ver verleden. Het is een hulpmiddel voor uitzonderlijke situaties. Juridisch mag het, fiscaal zijn er duidelijke spelregels en praktisch zijn er risico’s die niet genegeerd mogen worden.
Wie kiest voor een bescheiden, goed opgeborgen noodbuffer en zich houdt aan de regels, combineert rust met realisme. Uiteindelijk draait het niet om de vraag of contant geld goed of slecht is, maar om wat past bij jouw situatie en gevoel van zekerheid.