Algemeen
Verpleegster bekent dat ze meer dan 5.000 baby’s heeft verwisseld bij de geboorte
Een uitspraak die mijn vader altijd deed, is dat ik nooit hoefde te twijfelen over mijn afkomst als de dochter van mijn ouders. Dit had niets te maken met fysieke gelijkenis, maar alles met het feit dat ik thuis geboren ben en dus zeker niet per 0ngeluk verwisseld kon zijn met een ander kind.

We gaan er normaal gesproken van uit dat verwisselingen bij de
geboorte zeldzaam zijn, maar recentelijk kwam er schokkend nieuws
naar buiten. Een verpleegster die werkzaam was op de kraamafdeling
van het University Teaching Hospital (UTH) in Zambia beweert
namelijk meer dan 5.000 baby’s te hebben verwisseld gedurende haar
carrière.

Elizabeth Mwewa, de betrokken verpleegster, heeft een terminale
kankerdiagnose gekregen en besloot haar zonden te belijden, zowel
aan God als aan de mensen die getroffen zijn, vooral degenen die in
UTH zijn bevallen tijdens haar dienstjaren. Ze geeft toe dat ze in
de 12 jaar dat ze op de kraamafdeling werkte bijna 5.000 baby’s
heeft verwisseld.

Wat nog schokkender is, is dat Mwewa toegeeft dat ze het leuk
vond om baby’s te verwisselen en daarom jarenlang doorging met deze
praktijk.

De waakzaamheid van mijn vader lijkt nu niet zo vreemd,
toch?

Hoewel ze nu inziet dat haar daden verkeerd waren, heeft ze
duizenden kinderen achtergelaten waarvan de ouders niet hun
biologische ouders zijn.

Mwewa merkt op: “Als je tussen 1983 en 1995 in UTH bent geboren,
is de kans groot dat je ouders misschien niet je biologische ouders
zijn. Kijk dus goed naar je broers en zussen. Als bijvoorbeeld
iedereen in je gezin een andere huidskleur heeft, ben jij
waarschijnlijk dat kind, en het spijt me echt heel erg.”

Hoewel het nog niet duidelijk is of haar beweringen waar zijn,
zou het verstandig zijn als degenen die in die periode in UTH zijn
geboren, overwegen om een DNA-test te laten uitvoeren. Mwewa
beweert zelfs dat de verwisseling van baby’s heeft geleid tot het
uit elkaar vallen van sommige huwelijken omdat het vaderschap van
kinderen in twijfel werd getrokken.

Mwewa wijst er ook op dat “ze ervoor heeft gezorgd dat veel
moeders baby’s borstvoeding gaven die niet van hen waren.” Het is
al moeilijk genoeg om te bedenken dat duizenden kinderen zijn
opgevoed door vreemden, maar het is ook hartverscheurend om te
denken dat sommige van deze baby’s mogelijk in de verkeerde handen
zijn terechtgekomen, allemaal vanwege de zieke grappen van een
verpleegster die speelde met de toekomst van gezinnen en
individuen.

“Ik weet dat ik gezondigd heb tegen God, en ik smeek Hem om
vergeving. Ik vraag ook de Zambianen om mij te vergeven voor de
slechte dingen die ik heb gedaan met onschuldige kinderen,” zegt
Mwewa. “Ik besef nu dat ik bezeten was door een demon om dit te
doen. Ik wil niet naar de hel gaan. Het spijt me heel erg dat ik
zoveel heb gezondigd. Alsjeblieft, vergeef me.”

Als Mwewa inderdaad de waarheid spreekt, dan is dit een
diepgewortelde zonde van ongekende omvang. God kan haar vergeven,
maar het is twijfelachtig of de families die ze heeft gekwetst haar
kunnen vergeven.

UPDATE: Er zijn vragen gerezen over de geloofwaardigheid van
Mwewa’s beweringen. Een factchecker van Snopes.com heeft opgemerkt
dat om tussen 1983 en 1995 5.000 baby’s te hebben verwisseld, Mwewa
gedurende ongeveer 13 jaar bijna dagelijks een baby zou moeten
hebben verwisseld. Desondanks, als haar verklaringen waar blijken
te zijn, blijft het een angstaanjagende gedachte.

Wat denkt u van Mwewa’s bekentenis? Had u ooit gedacht dat een
verpleegster baby’s zou kunnen verwisselen? Wat zou u doen als u
zou ontdekken dat u bij de geboorte bent verwisseld? Laat het ons
weten in de reacties!

Algemeen
Humberto Tan zwaar onder vuur na interview met Martijn Krabbé

RTL ligt onder vuur na het uitgebreide en emotionele interview met Martijn Krabbé in het programma RTL Tonight. De presentator, die ongeneeslijk z!ek is door uitgezaaide longk*nker, sprak dinsdagavond openhartig over zijn angsten, zijn gezin en het naderende afscheid. Het gesprek, dat plaatsvond aan zijn eigen keukentafel en werd geleid door Humberto Tan, maakte veel los bij het publiek. Waar veel kijkers het interview omschreven als indrukwekkend, eerlijk en ontroerend, klinkt er op sociale media ook stevige kritiek op de manier waarop het werd gebracht.

Een gesprek dat niemand onberoerd liet
Vanaf het eerste moment was duidelijk dat het interview geen standaard televisiegesprek zou worden. Geen studiopubliek, geen luchtige onderwerpen, maar een man die zonder omwegen sprak over de realiteit van leven met een ongeneeslijke z!ekte. Krabbé vertelde hoe zijn dagen eruitzien, hoe de nachten soms zwaarder zijn dan de dagen en hoe zijn grootste angst niet zozeer draait om zichzelf, maar om wat hij achterlaat.
Hij sprak met zachte stem, maar duidelijke woorden over zijn vrouw Deborah en hun kinderen. Over de gedachte dat zij straks zonder hem verder moeten, en hoe hij probeert hen zo goed mogelijk “achter te laten”. Juist die eerlijkheid maakte diepe indruk op veel kijkers. Tegelijkertijd riep het ook ongemak op bij een deel van het publiek, dat zich afvroeg of deze kwetsbaarheid wel thuishoort in een televisieformat.

Kritiek: ‘tranentrekkerij’ en ‘effectbejag’
Op sociale media ontstond al snel een fel debat. Met name op X uitten enkele bekende accounts hun ongenoegen. Influencer MiesBee schreef dat ze zich “onpasselijk” voelde bij wat zij omschreef als tranentrekkerij. Ze vroeg zich hardop af of Krabbé zichzelf hier wel een plezier mee deed door zo ver te gaan in zijn openheid.
Ook Marieke Derksen, dochter van een bekende mediapersoonlijkheid, liet zich kritisch uit. Volgens haar ging RTL een grens over door het gesprek zo uitgebreid en emotioneel in beeld te brengen. Zij sprak zelfs van het “uitbuiten van z!eke mensen voor goede kijkcijfers”. Die woorden vonden weerklank bij een groep kijkers die vond dat het interview te lang duurde en te veel nadruk legde op emotie.
Sommigen wezen daarbij niet zozeer naar Krabbé zelf, maar naar de rol van de zender en de interviewer. De interviewstijl van Humberto Tan werd door critici omschreven als te sturend en te gericht op het losmaken van emoties. Er werd gesproken over “effectbejag” en “smakeloze televisie”.

Net zo veel steun en bewondering
Tegenover die kritische geluiden stond echter een minstens zo grote groep kijkers die het interview juist waardeerde. Voor hen was dit geen uitbuiting, maar een zeldzaam eerlijk gesprek dat herkenning en troost bood. Onder de hashtag van het programma verschenen honderden berichten van mensen die aangaven geraakt te zijn.
Kijkers schreven dat ze onverwacht tranen in de ogen kregen, maar dat die tranen niet voortkwamen uit sensatie, maar uit menselijkheid. Velen prezen Krabbé om zijn moed om zo open te spreken over een onderwerp waar nog altijd veel taboe op rust: angst voor het einde, zorgen om nabestaanden en de rauwe werkelijkheid van ongeneeslijke z!ekte.
Een kijker schreef: “Dit is geen televisie om weg te zappen. Dit is televisie die je dwingt om even stil te staan.” Anderen benadrukten dat ze zich gesteund voelden door het gesprek, omdat ze zelf of in hun omgeving met z!ekte te maken hebben gehad.

Angst, maar ook levenslust
In het interview vertelde Krabbé dat zijn angst vooral ’s nachts toeslaat. Overdag probeert hij te leven, te lachen en geen dag te verspillen. Maar als het stil wordt, komen de gedachten. Dan maakt hij zich zorgen over hoe zijn gezin het straks zal redden. Hij vertelde dat hij zijn vrouw altijd wakker mag maken, ook midden in de nacht. Deborah bevestigde dat die gesprekken zwaar zijn, maar dat ze proberen niet in somberheid te blijven hangen.
Wat veel kijkers raakte, was de balans die het stel liet zien tussen verdriet en levenslust. Ze spraken niet alleen over afscheid, maar ook over het leven dat er nu nog is. Over kleine momenten, humor en het belang van niet vooruitlopen op wat nog komt. Die nuance maakte dat het gesprek voor velen meer was dan alleen een confronterend portret van z!ekte.
Terugblik op zijn carrière
Een ander onderdeel van het interview was de terugblik op Krabbés lange carrière. Fragmenten uit eerdere programma’s kwamen voorbij, waaronder een aflevering waarin hij een ongeneeslijk z!eke vrouw hielp om haar kinderen financieel veilig achter te laten. Dat fragment raakte hem zichtbaar, omdat hij zichzelf daarin herkende.
Hij vertelde dat hij destijds al voelde hoe belangrijk het is om praktische zaken te regelen, juist uit liefde. Dat inzicht heeft hij meegenomen in zijn eigen bevestiging. Niet vanuit angst, maar vanuit zorg en verantwoordelijkheid.
De staande ovatie die bleef hangen
Een van de meest besproken momenten was het terugzien van de staande ovatie die Krabbé kreeg tijdens het Televizierring-gala. Het applaus duurde minutenlang en maakte diepe indruk. Krabbé gaf toe dat hij zich daar ongemakkelijk bij voelde. Hij wilde niet als individu op een voetstuk worden geplaatst.
Voor hem stond die ovatie symbool voor iets groters: voor iedereen die met k*nker te maken krijgt, voor patiënten en hun naasten. Hij benadrukte dat de enorme golf aan liefde en steun die hij nu ontvangt, onlosmakelijk verbonden is met zijn z!ekte. Die gedachte stemt hem dankbaar, maar ook weemoedig.
Waar ligt de grens?
Het interview roept een bredere vraag op die verder gaat dan dit ene gesprek: waar ligt de grens tussen openheid en exploitatie? Mag televisie ruimte bieden aan zulke kwetsbare verhalen, of moet er juist terughoudendheid zijn?
Voorstanders zeggen dat juist deze openheid het onderwerp bespreekbaar maakt en mensen verbindt. Tegenstanders vrezen dat emotie te gemakkelijk wordt ingezet als middel om kijkers te trekken. Het antwoord is niet eenduidig en lijkt sterk afhankelijk van hoe de kijker het gesprek beleeft.
Een gesprek dat blijft nazinderen
Wat vaststaat, is dat het interview met Martijn Krabbé niemand onberoerd liet. Het bracht tranen, boosheid, bewondering en discussie. Voor de één was het te veel, voor de ander precies wat nodig was. Krabbé zelf leek vooral één ding te willen: eerlijk zijn, zonder opsmuk.
Misschien is dat ook de reden dat het gesprek zo’n impact had. Niet omdat het perfect was, maar omdat het menselijk was. En juist dat maakt het debat eromheen zo fel en zo begrijpelijk tegelijk.