Algemeen
Al 11 jaar lang betaalt Peter helemaal nergens meer voor
Peter Clerckx (50) koos 10 jaar geleden om nergens meer voor te betalen, zonder uitgaven en zonder inkomsten. En dat bevalt hem uitstekend.

Hij onthult: “Mijn identiteitskaart is geblokkeerd, ik kan niet eens een bankrekening openen, maar eerlijk: ik voel me rijker dan ooit.”

De meeste gezinnen hebben het moeilijk om de eindjes aan elkaar te knopen. Stijgende elektriciteitsprijzen, onbetaalbare boodschappen en huurprijzen die de pan uit swingen.

Daar heeft beter totaal geen last van. Hij vindt dat het systeem niet werkt en hij wilde er niet meer aan meedoen.

Tot dat inzicht kwam hij door de zorg voor zijn terminale moeder. Peter vertelt: “Toen had ik een jaar geen inkomen, maar ondertussen bleven de vaste kosten wel doorlopen.”

Peter wilde niet meer werken om de put te vullen en anderen rijk te maken. Op dat moment besloot Peter om uit het systeem te stappen.

Maar de man slaapt niet op straat. Hij woont in een beschermde woning in de binnenstad van het feeërieke Brugge. Daar is ook zijn project Ecoliving gevestigd.

Het betreft een kringloopwinkel waar mensen bij voorkeur met gemeenschapsmunten betalen. Peter woont letterlijk tussen de dozen. Omdat de eigenaar op termijn plannen heeft met het pand, moet de man geen huur betalen. Wel moet Peter het pand goed blijven onderhouden.

Koken doet hij op een zonnekoker op straat. “Ik heb alleen maar zonlicht nodig en als dat er niet is gebruik ik een houtkacheltje”, legt hij uit.

Hoewel Peter nooit boodschappen doet, eet hij heel goed. Hij haalt zijn voedingswaren bij supermarkten die het anders zouden weggooien. Peter verspilt geen voedsel. Hij mengt alles tot een stoofpotje en met de restjes maakt hij bouillon.

En hoe wast hij zichzelf en zijn kleren dan? Dat doet hij met regenwater. Hij drinkt overigens ook gewoon regenwater. Zeep doet hij niet aan mee. Dat zorgt er volgens hem voor dat het huidflora uit balans wordt gebracht en dan ga je zelfs stinken, geeft hij nog mee.
Algemeen
Humberto Tan zwaar onder vuur na interview met Martijn Krabbé

RTL ligt onder vuur na het uitgebreide en emotionele interview met Martijn Krabbé in het programma RTL Tonight. De presentator, die ongeneeslijk z!ek is door uitgezaaide longk*nker, sprak dinsdagavond openhartig over zijn angsten, zijn gezin en het naderende afscheid. Het gesprek, dat plaatsvond aan zijn eigen keukentafel en werd geleid door Humberto Tan, maakte veel los bij het publiek. Waar veel kijkers het interview omschreven als indrukwekkend, eerlijk en ontroerend, klinkt er op sociale media ook stevige kritiek op de manier waarop het werd gebracht.

Een gesprek dat niemand onberoerd liet
Vanaf het eerste moment was duidelijk dat het interview geen standaard televisiegesprek zou worden. Geen studiopubliek, geen luchtige onderwerpen, maar een man die zonder omwegen sprak over de realiteit van leven met een ongeneeslijke z!ekte. Krabbé vertelde hoe zijn dagen eruitzien, hoe de nachten soms zwaarder zijn dan de dagen en hoe zijn grootste angst niet zozeer draait om zichzelf, maar om wat hij achterlaat.
Hij sprak met zachte stem, maar duidelijke woorden over zijn vrouw Deborah en hun kinderen. Over de gedachte dat zij straks zonder hem verder moeten, en hoe hij probeert hen zo goed mogelijk “achter te laten”. Juist die eerlijkheid maakte diepe indruk op veel kijkers. Tegelijkertijd riep het ook ongemak op bij een deel van het publiek, dat zich afvroeg of deze kwetsbaarheid wel thuishoort in een televisieformat.

Kritiek: ‘tranentrekkerij’ en ‘effectbejag’
Op sociale media ontstond al snel een fel debat. Met name op X uitten enkele bekende accounts hun ongenoegen. Influencer MiesBee schreef dat ze zich “onpasselijk” voelde bij wat zij omschreef als tranentrekkerij. Ze vroeg zich hardop af of Krabbé zichzelf hier wel een plezier mee deed door zo ver te gaan in zijn openheid.
Ook Marieke Derksen, dochter van een bekende mediapersoonlijkheid, liet zich kritisch uit. Volgens haar ging RTL een grens over door het gesprek zo uitgebreid en emotioneel in beeld te brengen. Zij sprak zelfs van het “uitbuiten van z!eke mensen voor goede kijkcijfers”. Die woorden vonden weerklank bij een groep kijkers die vond dat het interview te lang duurde en te veel nadruk legde op emotie.
Sommigen wezen daarbij niet zozeer naar Krabbé zelf, maar naar de rol van de zender en de interviewer. De interviewstijl van Humberto Tan werd door critici omschreven als te sturend en te gericht op het losmaken van emoties. Er werd gesproken over “effectbejag” en “smakeloze televisie”.

Net zo veel steun en bewondering
Tegenover die kritische geluiden stond echter een minstens zo grote groep kijkers die het interview juist waardeerde. Voor hen was dit geen uitbuiting, maar een zeldzaam eerlijk gesprek dat herkenning en troost bood. Onder de hashtag van het programma verschenen honderden berichten van mensen die aangaven geraakt te zijn.
Kijkers schreven dat ze onverwacht tranen in de ogen kregen, maar dat die tranen niet voortkwamen uit sensatie, maar uit menselijkheid. Velen prezen Krabbé om zijn moed om zo open te spreken over een onderwerp waar nog altijd veel taboe op rust: angst voor het einde, zorgen om nabestaanden en de rauwe werkelijkheid van ongeneeslijke z!ekte.
Een kijker schreef: “Dit is geen televisie om weg te zappen. Dit is televisie die je dwingt om even stil te staan.” Anderen benadrukten dat ze zich gesteund voelden door het gesprek, omdat ze zelf of in hun omgeving met z!ekte te maken hebben gehad.

Angst, maar ook levenslust
In het interview vertelde Krabbé dat zijn angst vooral ’s nachts toeslaat. Overdag probeert hij te leven, te lachen en geen dag te verspillen. Maar als het stil wordt, komen de gedachten. Dan maakt hij zich zorgen over hoe zijn gezin het straks zal redden. Hij vertelde dat hij zijn vrouw altijd wakker mag maken, ook midden in de nacht. Deborah bevestigde dat die gesprekken zwaar zijn, maar dat ze proberen niet in somberheid te blijven hangen.
Wat veel kijkers raakte, was de balans die het stel liet zien tussen verdriet en levenslust. Ze spraken niet alleen over afscheid, maar ook over het leven dat er nu nog is. Over kleine momenten, humor en het belang van niet vooruitlopen op wat nog komt. Die nuance maakte dat het gesprek voor velen meer was dan alleen een confronterend portret van z!ekte.
Terugblik op zijn carrière
Een ander onderdeel van het interview was de terugblik op Krabbés lange carrière. Fragmenten uit eerdere programma’s kwamen voorbij, waaronder een aflevering waarin hij een ongeneeslijk z!eke vrouw hielp om haar kinderen financieel veilig achter te laten. Dat fragment raakte hem zichtbaar, omdat hij zichzelf daarin herkende.
Hij vertelde dat hij destijds al voelde hoe belangrijk het is om praktische zaken te regelen, juist uit liefde. Dat inzicht heeft hij meegenomen in zijn eigen bevestiging. Niet vanuit angst, maar vanuit zorg en verantwoordelijkheid.
De staande ovatie die bleef hangen
Een van de meest besproken momenten was het terugzien van de staande ovatie die Krabbé kreeg tijdens het Televizierring-gala. Het applaus duurde minutenlang en maakte diepe indruk. Krabbé gaf toe dat hij zich daar ongemakkelijk bij voelde. Hij wilde niet als individu op een voetstuk worden geplaatst.
Voor hem stond die ovatie symbool voor iets groters: voor iedereen die met k*nker te maken krijgt, voor patiënten en hun naasten. Hij benadrukte dat de enorme golf aan liefde en steun die hij nu ontvangt, onlosmakelijk verbonden is met zijn z!ekte. Die gedachte stemt hem dankbaar, maar ook weemoedig.
Waar ligt de grens?
Het interview roept een bredere vraag op die verder gaat dan dit ene gesprek: waar ligt de grens tussen openheid en exploitatie? Mag televisie ruimte bieden aan zulke kwetsbare verhalen, of moet er juist terughoudendheid zijn?
Voorstanders zeggen dat juist deze openheid het onderwerp bespreekbaar maakt en mensen verbindt. Tegenstanders vrezen dat emotie te gemakkelijk wordt ingezet als middel om kijkers te trekken. Het antwoord is niet eenduidig en lijkt sterk afhankelijk van hoe de kijker het gesprek beleeft.
Een gesprek dat blijft nazinderen
Wat vaststaat, is dat het interview met Martijn Krabbé niemand onberoerd liet. Het bracht tranen, boosheid, bewondering en discussie. Voor de één was het te veel, voor de ander precies wat nodig was. Krabbé zelf leek vooral één ding te willen: eerlijk zijn, zonder opsmuk.
Misschien is dat ook de reden dat het gesprek zo’n impact had. Niet omdat het perfect was, maar omdat het menselijk was. En juist dat maakt het debat eromheen zo fel en zo begrijpelijk tegelijk.